Vragen van het lid Teeven (VVD) aan de Minister van Defensie over het bericht «Defensiepersoneel
vreest honderden ontslagen» (ingezonden 1 maart 2016).
Antwoord van Minister Hennis-Plasschaert (Defensie) (ontvangen 1 april 2016).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Defensiepersoneel vreest honderden ontslagen»?1
Vraag 2, 3, 4, 5
Zijn de zorgen van defensiepersoneel en vakbonden over het mogelijk verdwijnen van
honderden banen bij Defensie door een reorganisatie bij Defensie Materieel Organisatie
(DMO) gegrond? Klopt het dat honderden banen gaan verdwijnen door deze reorganisatie?
Zo ja, graag uw reactie; wat is de reden voor nog een reorganisatie bij DMO?
Als het klopt dat honderden banen gaan verdwijnen, kunt u dan specificeren om hoeveel
en om welke banen het precies gaat?
Klopt het dat ook banen verdwijnen bij het Joint Informatievoorziening Commando (JIVC)?
Zo ja, om hoeveel banen gaat het en wat voor banen zijn dit?
Welke gevolgen heeft het verdwijnen van banen bij het JIVC voor het stroomlijnen van
de ICT-processen bij Defensie? Vormt het verdwijnen van deze banen een extra obstakel
voor het oplossen van de ICT-problematiek bij Defensie?
Antwoord 2, 3, 4, 5
De IT-uitvoeringsorganisaties JIVC en Operations (beiden onderdeel van de DMO) worden
samengevoegd tot één IT-bedrijf. Dit is belangrijk omdat ze samen de IT-vernieuwing
vormgeven, waarover ik u eerder heb geïnformeerd (Kamerstuk 31 125, nr. 37). Bij die vernieuwing wordt geen onderscheid meer gemaakt tussen specifieke IT (JIVC)
en generieke IT (Operations).
De IT-vernieuwing zal invloed hebben op de samenstelling en de omvang van het nieuwe
IT-bedrijf, bijvoorbeeld omdat technologie wordt toegepast die andere competenties
vergt of omdat het beheer ervan minder mankracht vraagt.
De precieze gevolgen van deze ontwikkelingen voor de benodigde omvang en de samenstelling
van het toekomstige personeelsbestand zijn nog niet duidelijk. De nieuwe IT zal samen
met de markt tot stand worden gebracht. De vorm waarin dat gebeurt, is onderwerp van
de dialoog die tijdens de aanbestedingsfase met de markt zal worden gevoerd. Tijdens
die dialoog zal duidelijk worden wat de gevolgen zijn voor het personeelsbestand.
Hierover zal in een vroegtijdig stadium overleg worden gevoerd met de medezeggenschap
en de centrales van overheidspersoneel.
Vraag 6
Verdwijnen ook banen die direct of indirect invloed hebben op het al dan niet behalen
van het investeringsquotum? Zo ja, welke gevolgen verwacht u op dit terrein? Wat wordt
gedaan als die gevolgen negatief zijn voor het behalen van het investeringsquotum
in de komende jaren?
Antwoord 6
Nee. De DMO is uitvoerder van IT-projecten en materieelprojecten. De investeringsquote
wordt in belangrijke mate bepaald door de investeringen in materieel. De vernieuwingen
in het IT-domein geven op termijn zicht op een verbetering van de realisatie bij IT-projecten.
Vraag 7
Welk effect heeft het verdwijnen van honderden banen voor de doorlooptijd van lopende
investeringsprojecten bij DMO?
Antwoord 7
Naar verwachting heeft de herinrichting van het IT-domein geen effect op de doorlooptijd
van lopende investeringsprojecten.
Vraag 8
Hoe rijmt u het verdwijnen van honderden banen met voornemens om meer rust te creëren
binnen de bedrijfsprocessen van DMO?
Antwoord 8
In mijn brief van 2 juni 2015 (Kamerstuk 31 125, nr. 37) heb ik u geïnformeerd over mijn voornemen de IT in samenwerking met de markt te
vernieuwen. De verandering van de organisatie, die noodzakelijk is, zal uiteindelijk
leiden tot een slagvaardig, innovatief en betrouwbaar IT-bedrijf. Het personeel wordt
hierbij uitgebreid betrokken, onder meer door middel van nieuwsbrieven en voorlichtingssessies.
Vraag 9
Wat zijn de vooruitzichten voor het personeel dat zijn baan gaat verliezen door deze
reorganisatie? Kunnen zij ergens anders geplaatst worden bij Defensie? Zo nee, wat
zijn alternatieven?
Antwoord 9
Er kunnen nog geen uitspraken worden gedaan over de te verwachten overtolligheid.
Het streven is overtollig personeel van werk naar werk te begeleiden inclusief mogelijke
om- en bijscholing.
X Noot
1AD, 26 februari 2016