Vragen het lid MartinBosma (PVV) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de implementatie van de sharia in de stembureaus bij het referendum op 6 april (ingezonden 9 maart 2016).

Antwoord van Minister Plasterk (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen 25 maart 2016).

Vraag 1 en 2

Heeft u kennisgenomen van de instructie voor de mensen die de stembureaus bemannen bij het referendum van 6 april?1

Weet u dat stembureaupersoneel wordt opgeroepen alleen vrouwen in te schakelen bij het controleren van burka-dragers?

Antwoord 1 en 2

Ja.

Vraag 3 en 4

Waarom wordt meegewerkt aan islamitische sekse-apartheid?

Vindt u het acceptabel dat stembureaupersoneel wordt opgeroepen zich in te zetten voor segregatie en de uitvoering van bepalingen van de sharia? Hoe verhoudt zich dit tot slogans van uw ministerie inzake «integratie»?

Antwoord 3 en 4

De instructie komt niet van mijn ministerie, maar van de gemeente Amsterdam. Eind vorig jaar is een wetsvoorstel bij uw Kamer ingediend, dat voorziet in een gedeeltelijk verbod op het dragen van gezichtsbedekkende kleding in het onderwijs, het openbaar vervoer, overheidsgebouwen en de zorg. Wanneer dit voorstel kracht van wet krijgt, zal het verbod op het dragen van gezichtsbedekkende kleding ook in stembureaus gelden.

Ook nu reeds geldt dat het uitbrengen van de stem slechts mogelijk is nadat de kiezer is geïdentificeerd, dus, ingeval van een kiezer in boerka of niqab, nadat deze het gezicht heeft getoond. De wijze waarop deze identificatie plaatsvindt, is aan de gemeente.


X Noot
1

Bijlage onderhands naar departement verzonden

Naar boven