Vragen van het lid Marcouch (PvdA) aan de Ministers van Veiligheid en Justitie en
van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over een nazistisch «pamflet» dat aan moskeeën
in Nederland is gestuurd (ingezonden 26 februari 2016).
Antwoord van Minister Asscher (Sociale Zaken en Werkgelegenheid), mede namens de Minister
van Veiligheid en Justitie (ontvangen 22 maart 2016).
Vraag 1
Kent u het pamflet waarop onder andere nazisymbolen en anti-islamteksten staan en
dat aan vele Nederlandse moskeeën is gestuurd?1 Herinnert u zich uw antwoorden op eerdere vragen naar aanleiding van de bezetting
van een moskee door rechtsradicalen?2
Vraag 2
Weet u hoeveel moskeeën in Nederland een afschrift van dit pamflet hebben ontvangen?
Zo ja, hoeveel, zo nee, kunt u dit laten onderzoeken?
Antwoord 2
Op dit moment hebben 33 besturen van moskeeën aangifte gedaan. De centrale coördinatie
van de beoordeling van de aangiften ligt bij parket Den Haag. Dit houdt in dat alle
aangiften die bij de politie in het land binnenkomen onder regie zullen vallen van
de politie-eenheid Den Haag. Er komt één onderzoek omdat het OM en de politie ervan
uitgaan dat het één en dezelfde afzender betreft.
Vraag 3
Deelt u de mening dat dit pamflet afschuwelijk is en de grenzen van de vrijheid van
meningsuiting verre overschrijdt? Zo ja, waarom en wilt u dit ook aan moskeeën duidelijk
maken? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3
Ja die mening deel ik. Iedereen heeft in Nederland het recht om er zijn eigen gedachten
en geloof op na te houden. Vrijheid van meningsuiting mag niet misbruikt worden om
de ander daarin te beperken of angst aan te jagen. Ik ben op 10 maart jl. samen met
de NCTV in gesprek gegaan met vertegenwoordigers van de moskeeën om ze een hart onder
de riem te steken en om te kijken wat we kunnen betekenen.
Vraag 4
Deelt u de mening dat dergelijke uitingen, vanwege de onnodige kwetsende aard, de
discussie over de islam in Nederland alleen maar bemoeilijkt en bevolkingsgroepen
tegen elkaar opzet? Zo ja, waarom, zo nee, waarom niet?
Antwoord 4
Ja. Nederland is een land waar iedereen zichzelf moet kunnen zijn. De vrijheden in
onze open samenleving gelden voor alle bevolkingsgroepen en alle religieuze gezindten.
Vrijheden van de een mogen niet leiden tot beperking van vrijheden van de ander.
Vraag 5
Deelt u de mening dat het rechtsradicalisme evenals het moslimextremisme bestreden
moet worden? Zo ja, hoe gebeurt dat, zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
Extremistische uitingen en daden zijn ontoelaatbaar, ongeacht uit welke hoek deze
afkomstig zijn. Strafbare uitingen en daden zullen worden aangepakt, ongeacht de ideologische
richting waaruit de dader afkomstig is. Het OM en de Politie treden hier tegenop.
Vraag 6
Heeft een van de moskeeën, die een dergelijk pamflet heeft ontvangen, aangifte bij
de politie gedaan? Zo ja, wat is de stand van zaken van het onderzoek en vervolging?
Zo nee, heeft het Openbaar Ministerie ambtshalve vervolging ingesteld?
Antwoord 6
Op dit moment hebben 33 besturen van moskeeën op verschillende plekken aangifte gedaan.
In het overleg op 10 maart jl. is het belang van aangifte doen benadrukt. Er loopt
een strafrechtelijk onderzoek naar de herkomst van de pamfletten die vorige week door
meerdere moskeeën zijn ontvangen. Het Openbaar Ministerie (OM) acht hetgeen op de
flyer is afgebeeld strafbaar op grond van artikel 137 c en d van het Wetboek van Strafrecht
(belediging en haatzaaien). In het belang van het onderzoek kan ik hierover verder
geen mededelingen doen.
Vraag 7
Begrijpt u dat bezoekers van moskeeën door dergelijke pamfletten zich onveiliger gaan
voelen? Zo ja, waarom? Hoe beoordeelt u de veiligheid in en rondom moskeeën? Kunt
u deze veiligheid laten analyseren en bij een verhoogd risico erop toe zien dat de
passende beschermingsmaatregelen worden genomen? Zo nee, waarom begrijpt u dat niet?
Antwoord 7
Geweld tegen en bedreiging van moslims en islamitische gebedshuizen is onacceptabel.
De overheid onderhoudt intensief contact met moskeebesturen en vertegenwoordigers
van verschillende islamitische gemeenschappen om de situatie te monitoren. NCTV gaat
in aanvulling op het overleg van 10 maart samen met de Nationale Politie opnieuw in
gesprek met moskeebestuurders. Er is sprake van extra alertheid met betrekking tot
de veiligheidssituatie van moskeeën.
X Noot
1Onderhands meegezonden aan departement
X Noot
2Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2014–2015, nr. 1936