Vragen van het lid Van Raak (SP) aan de Minister-President over de inzet van de burgemeester van Hilversum als «steunzender» in het referendum (ingezonden 22 februari 2016).

Antwoord van Minister Koenders (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 2 maart 2016).

Vraag 1

Hebt u ook al zin in het referendum?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Wanneer heeft de burgemeester van Hilversum toegezegd dat hij een van de «steunzenders» wil zijn in uw «ja»-campagne voor het referendum?

Vraag 3

Waarom deelt u kennelijk niet de opvatting dat de burgemeester vanwege zijn functie boven de partijen zou moeten staan en zich juist niet actief moet mengen in een politieke strijd?

Vraag 4

Wanneer heeft de burgemeester van Hilversum zijn wethouders en de gemeenteraad gevraagd wat zij vinden van deze functie van «steunzender» voor de «ja»-campagne?

Vraag 5

Welke burgemeesters worden nog meer ingezet voor uw «ja»-campagne?

Antwoord 2 t/m 5

De lijst van personen en organisaties die in de media terecht is gekomen is niets meer dan het resultaat van een interne brainstorm op werkniveau over mogelijke opiniemakers die zich in het debat zouden kunnen mengen. Het is geen overzicht van mensen en organisaties waarmee afspraken zijn gemaakt.

Vraag 6

Maakt het openen van minder stembureaus in gemeenten ook onderdeel uit van uw campagne?

Antwoord 6

Neen. Het kabinet heeft alle gemeenten laten weten dat het hecht aan een goede organisatie van het referendum en aan toegankelijkheid voor de kiezers. Het is aan gemeenten om een voldoende aantal stemlokalen in te richten. Zowel bij reguliere verkiezingen als bij een referendum maken zij daarin een eigen afweging. Zie tevens de beantwoording door de Minister van Binnenlandse Zaken van 10 februari jl. op uw eerdere Kamervragen (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2015–2016, nr. 1492) over dit onderwerp.

Naar boven