Vragen van het lid Siderius (SP) aan de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over wijzigingen in de toegestane hulpmiddelen bij de centrale examens VO in 2016 (ingezonden 21 januari 2016).

Antwoord van Staatssecretaris Dekker (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen 9 februari 2016).

Vraag 1

Acht u het wenselijk dat de spellingsregels rond het gebruik van hulpmiddelen bij eindexamens in een lopend examenjaar wezenlijk worden veranderd? Wat zijn de argumenten om plotseling geen spellingscontrole meer toe te staan voor leerlingen met dyslexie bij onder andere de examens Nederlands? Kunt u uw antwoord toelichten?1

Antwoord 1

Ik betreur de commotie die bij leerlingen, ouders en docenten is ontstaan over deze maatregel. Ik heb kennis genomen van het besluit dat het College voor Toetsen en Examens (CvTE) heeft genomen ten aanzien van de spellingcontrole. Het CvTE heeft mij laten weten dat ze – middels een wijziging van de Regeling toegestane hulmiddelen voor de centrale examens – op 11 november vorig jaar heeft besloten de inzet van het hulpmiddel spellingcontrole voor de centrale examens in 2016 en daarna uit te sluiten. Desgevraagd heeft het CvTE mij gemeld hier de volgende overwegingen bij te hebben gehad:

  • Er heerst een sterke opvatting bij scholen naar aanleiding van het herinvoeren van speling in het centraal examen, dat de leerlingen die op de computer examen doen worden bevoordeeld. Dit leidt tot ongelijke examencondities tussen leerlingen die het centraal examen Nederlands (en Engels in het vmbo gl/tl) op papier of op de computer maken.

  • Het CvTE constateerde dat, onder andere door de verbeterde techniek en de toegenomen computervaardigheden, de conclusie uit eerder onderzoek dat spellingcontrole voor deze leerlingen geen voordeel biedt, niet langer houdbaar is.

  • Op grond van deze constatering achtte het CvTE het gewenst om snel de regeling aan te passen, aangezien ongelijke examencondities zich niet verdragen met de doelstellingen van het centraal examen.

  • Het CvTE vond het aannemelijk dat het effect van spellingcontrole voor de leerlingen met dyslexie gering of zelfs verwaarloosbaar is omdat ook met spellingcontrole waarschijnlijk bij alle dyslectische leerlingen de maximale puntenaftrek voor spelling bereikt zal worden.

Aangezien het hier een wettelijke taak van het CvTE als zelfstandig bestuursorgaan betreft kan ik niet in dit besluit treden. Niettemin heb ik het CvTE verzocht dit besluit te heroverwegen voor de leerlingen met een beperking op het gebied van de spelling. Ten eerste vanwege het ontbreken van empirische gegevens met betrekking tot het effect van het gebruik van de spellingcontrole. Ten tweede omdat het CvTE de wijziging heeft doorgevoerd gedurende het lopende examenjaar, wat voor deze groep extra onrust betekent.

Daarbij ben ik me bewust van de mogelijke opwaartse druk die kan ontstaan op het aantal dyslexieverklaringen. Cijfers van de Inspectie van het Onderwijs geven aan dat het aandeel leerlingen dat op basis van dyslexie op een aangepaste manier examen doet de afgelopen jaren fors is gestegen, van 1,6 procent in 2007 naar 10,5 procent in 2015. Dit terwijl het gemiddelde percentage van kinderen met dyslexie rond de 4 procent ligt. Ik vind dit een zeer zorgelijke ontwikkeling, die om nadere actie vraagt. Daarover zal ik uw Kamer apart informeren.

Vraag 2

Acht u het wenselijk dat er grote onrust en spanning is ontstaan bij leerlingen met dyslexie vanwege het niet toestaan van spellingscontroles bij examens? Welke maatregelen gaat u nemen om deze onrust en spanning een halt toe te roepen?

Antwoord 2

Zie mijn antwoord op vraag 1.

Vraag 3

Is het tijdens een lopend examenjaar wijzigen van regels rondom het gebruik van hulpmiddelen bij examens in uw ogen een voorbeeld van een betrouwbare overheid?

Antwoord 3

Zie mijn antwoord op vraag 1.

Vraag 4

Hoe verhoudt deze wijziging zich met een jaar eerder uitgegeven brochure, waarin staat dat bij gebruik van de computer de spellingscontrole niet hoeft te worden uitgeschakeld en het gebruik daarvan zelfs voor de hand ligt voor leerlingen met dyslexie?2

Antwoord 4

De voorlichtingsbrochure is gepubliceerd op Examenblad.nl in september 2015, op grond van de toen geldende regelgeving rond het gebruik van hulpmiddelen. In die regelgeving en dus ook in de brochure was het uitschakelen van de spellingcontrole nog niet opgenomen. In november 2015 zijn scholen op de hoogte gesteld van de wijziging van de Regeling toegestane hulpmiddelen bij examens, en dus van het uitschakelen van de spellingcontrole. Daarbij is een toelichting gepubliceerd over de effecten van deze maatregel voor leerlingen met een beperking op het gebied van spelling; deze toelichting kan worden gezien als een aanvulling op de brochure. De brochuretekst is in januari van dit jaar aangepast.

Vraag 5

Is er in uw ogen sprake van een doorgaande lijn tussen onderwijs, schoolexamen en centraal examen nu examenkandidaten gedurende de gehele schoolloopbaan en de eerder afgenomen examens wel gebruik mochten maken van de spellingscontrole en nu opeens niet meer?

Antwoord 5

De praktijk van het centraal examen wijkt, afhankelijk van de schoolpraktijk, wellicht op het onderdeel spellingcontrole af van die in het voorgaande onderwijs en de schoolexamens. De afwijking is echter zo beperkt dat er geen sprake van is dat de doorgaande lijn tussen onderwijs, schoolexamen en centraal examen wordt doorbroken. Aangezien er in het schoolexamen vaak ook andere kennis en vaardigheden worden getoetst, kunnen aard en inhoud van de toetsing verschillen. Een ander voorbeeld hiervan is dat een school voor vmbo bij aardrijkskunde in zowel les als schoolexamen een atlas als hulpmiddel kan inzetten, terwijl dit bij het centraal examen verboden is.

Vraag 6

Deelt u de zorgen van de Christelijke Scholengemeenschap Groningen over de afbraak van de stimulans rond het gebruik van hulpmiddelen, terwijl het goed leren gebruik te maken daarvan voor leerlingen met dyslexie ook vooruithelpt bij een vervolgopleiding en in de maatschappij? Kunt u uw antwoord ook toelichten?3

Antwoord 6

Die zorgen deel ik niet. Het gebruik van spellingcontrole is eenvoudig in te stellen. Spellingcontrole wordt dan ook algemeen gebruikt, ook intensief door mensen die in het onderwijs daartoe nooit in de gelegenheid werden gesteld.

Vraag 7

Hebben leerlingen met dyslexie volgens u een gelijke kans op het halen van een examen Nederlands als leerlingen zonder dyslexie, wanneer zij geen gebruik mogen maken van de spellingscontrole bij computergebruik? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 7

Zie mijn antwoord op vraag 1.

Vraag 8

Welk signaal wordt er volgens u naar de leerlingen met dyslexie gegeven, wanneer zij zoveel tijd en energie in het correct spellen van woorden moeten steken dat zij zich niet ten volle kunnen richten op de inhoud van het examen zelf?

Antwoord 8

In beginsel geldt deze vraag algemeen in een context waarin spelling wordt beoordeeld, ongeacht of spellingcontrole daarbij is toegestaan. Ik ga er van uit dat scholen ervoor zorgen, in lijn met het protocol dyslexie, dat ook de leerling met een leesbeperking leert zich op de inhoud van het examen te richten, en niet te focussen op het beperkte onderdeel spelling. Zie mijn antwoord op vraag 1.

Vraag 9

Hoe verhoudt deze wijziging zich tot de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte? Kunt u uw antwoord uitgebreid toelichten?

Antwoord 9

De Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte schrijft voor dat scholen onder andere bij toetsing belemmeringen door de beperking wegnemen. Bij het centraal examen moet de school daartoe binnen de regelgeving van het CvTE in de gelegenheid worden gesteld. Van een blokkade in de strijd met de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte zou volgens het CvTE sprake zijn indien het ontnemen van het hulpmiddel spellingcontrole in sterke mate de toegang tot het diploma zou belemmeren. In dit geval geldt dat spelling meetelt voor alle leerlingen, maar wel zo wordt beoordeeld dat spelling niet geïsoleerd de toegang tot het diploma blokkeert doordat er een maximum is gesteld aan het aantal punten dat afgetrokken mag worden voor spellingsfouten.

Vraag 10

Bent u bereid deze maatregel voor dit examenjaar (2015/2016) terug te draaien en voor volgend jaar goed met het veld in gesprek te gaan over wat wenselijk is ten aanzien van het gebruik van spellingscontrole door leerlingen met dyslexie? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 10

Het betreft hier een bevoegdheid van het CvTE, zie verder mijn antwoord op vraag 1.

Vraag 11

Bent u bereid om deze vragen vóór het Algemeen overleg over passend onderwijs voorzien op 10 februari 2016 te beantwoorden?

Antwoord 11

Ja. Ik heb tevens het CvTE verzocht voor 10 februari op mijn verzoek te reageren, zodat op zeer korte termijn helderheid ontstaat voor de leerlingen met dyslexie.


X Noot
1

Regeling van het College voor Toetsen en Examens van 16 oktober 2015, nummer CvTE-15.02096

X Noot
2

Brochure kandidaten met een beperking VO 2016, september 2015

X Noot
3

Brief CSG Expertisecentrum d.d. 8 december 2015 (2015D48944)

Naar boven