Vragen van het lid Jasper vanDijk (SP) aan de Ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van Economische Zaken en van Veiligheid en Justitie over dure kaartjes voor concerten (ingezonden 14 december 2015).

Antwoord van Minister Kamp (Economische Zaken), mede namens de Minister van Veiligheid en Justitie (ontvangen 28 januari 2016). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2015–2016, nr. 994.

Vraag 1

Wat is uw oordeel over het bericht «4.950 euro voor kaarten van Adele»?1

Antwoord 1

Bij de totstandkoming van de prijs speelt de verhouding tussen vraag en aanbod een belangrijke rol. Wanneer sprake is van schaarste kunnen consumenten een hogere prijs voor een product of dienst over hebben dan wanneer er geen sprake is van schaarste. Handelaren zijn vrij om de prijs te bepalen en consumenten zijn op hun beurt vrij om de gevraagde prijs al dan niet te aanvaarden.

Vraag 2

Vindt u «reserveringskosten» van 1.047 euro voor vier kaartjes van Adele nog verdedigbaar? Gaat dit geld naar Seatwave en uiteindelijk naar eigenaar Live Nation? Zo nee, waar gaat het geld van de reserveringskosten wel naartoe?2

Antwoord 2

Navraag bij Seatwave leert dat de reserveringskosten als percentage van de betaalde kaartprijs – die door de verkopende consument wordt bepaald – worden berekend en ten gunste van Seatwave komen. Bij lage prijzen leidt dit tot lage kosten en bij hoge prijzen, zoals de tickets voor Adele, leidt dit tot hoge kosten.

Vraag 3

Deelt u de mening dat het onwenselijk is dat culturele en sportieve evenementen door secundaire tickethandel minder toegankelijk worden door de enorme bedragen die gevraagd worden?

Antwoord 3

Vooropgesteld: de toegankelijkheid tot culturele en sportieve evenementen is belangrijk is. Tegelijkertijd ben ik van mening dat de meeste culturele en sportevenementen breed toegankelijk zijn voor consumenten. Voor de meeste culturele (zoals optredens van nationale artiesten en theatervoorstellingen) en sportevenementen heeft de consument voldoende keuze wat betreft het aanbod en de prijs. Voor bepaalde evenementen, zoals concerten van grote internationale artiesten, heeft de consument te maken met een beperkt aanbod en een grote vraag. Grote internationale artiesten treden vaak slechts sporadisch in Nederland op.

Vraag 4, 5 en 7

Deelt u de mening dat het tot perverse prikkels kan leiden als websites die tickets doorverkopen (zoals Seatwave) in eigendom zijn van primaire ticketverkopers (zoals Ticketmaster)? Zo nee, waarom niet?

Wat vindt u ervan dat Ticketmaster in zijn voorwaarden stelt dat het zonder schriftelijke toestemming «niet is toegestaan het toegangsbewijs te verkopen aan derden of op enige andere wijze op commerciële wijze direct of indirect aan derden te verstrekken»? Valt dit te rijmen met het feit dat Seatwave eigendom is van Ticketmaster, waar de doorverkoop van kaarten wordt gefaciliteerd?3

Vindt u het aanvaardbaar als primaire kaartverkopers betrokken zijn bij de doorverkoop van kaarten waarbij hoge winsten worden behaald?

Antwoord 4, 5, en 7

Het kabinet hecht belang aan het op transparante wijze aanbieden van producten en diensten, te meer als sprake is van verwevenheid tussen de primaire- en secundaire kaartverkopers. Mede gelet op deze verwevenheid heb ik de in de Kamervragen geschetste casuïstiek onder de aandacht van de Autoriteit Consument en Markt (ACM) gebracht. De ACM is onder meer bevoegd om toezicht te houden op de naleving van de Mededingingswet en consumentenwetgeving.

Ten aanzien van de gehanteerde voorwaarden geldt dat in beginsel marktpartijen – binnen de grenzen van de geldende wettelijke verplichtingen en bepalingen – kunnen bepalen welke voorwaarden zij aan hun toegangskaarten verbinden, dan wel, welke activiteiten zij ontplooien om toegangskaarten te verkopen. Seatwave en Ticketmaster zijn binnen de Live Nation groep afzonderlijke entiteiten die elk hun eigen algemene voorwaarden kunnen opstellen. Het is aan de rechter om te beoordelen of het hanteren van bepaalde voorwaarden door dochtermaatschappijen al dan niet rechtmatig is.

Vraag 6 en 8

Hoe oordeelt u over de uitzending van Kassa met een fragment uit de documentaire Viagogo, the great ticket scandal,over de banden tussen primaire en secundaire tickethandel?4

Bent u bereid te onderzoeken in hoeverre primaire kaartverkopers in Nederland samenwerken met de secundaire tickethandel?

Antwoord 6 en 8

Aangezien een dergelijke constructie in beginsel niet verboden is, zien we geen reden voor een dergelijk onderzoek. Zoals in de antwoorden op de vragen 4, 5 en 7 is aangegeven, is deze casuïstiek onder de aandacht van de ACM gebracht. Wanneer zij misstanden in deze markt constateert, is zij op grond van de consumentenwetging en Mededingingswet bevoegd om handhavend op te treden. De ACM doet geen mededelingen over eventueel lopende onderzoeken naar mogelijke misstanden.

Vraag 9

Deelt u de mening dat kaartjes voor culturele en sportieve evenementen geen gewone economische goederen zijn en dat het zinvol is om erop toe te zien dat de verkoop van tickets redelijk en billijk verloopt?

Antwoord 9

Zoals in het antwoord op vraag 1 is vermeld, speelt de verhouding tussen vraag en aanbod een belangrijke rol bij de totstandkoming van de prijs van in dit geval toegangskaarten. Er bestaat reeds wetgeving, zoals de regels over oneerlijke handelspraktijken, die tot doel heeft consumenten te beschermen bij de verkoop van producten en diensten. Zo dienen consumenten voor het sluiten van een overeenkomst op juiste en niet misleidende wijze geïnformeerd te worden over bijvoorbeeld de prijs(opbouw) van het product of dienst en de belangrijkste kenmerken, zoals het feit dat het een doorverkocht ticket betreft. De ACM houdt toezicht op de naleving van die wetgeving.

Vraag 10

Ziet u mogelijkheden om in te grijpen wanneer de secundaire tickethandel de primaire tickethandel verstoort, zoals bij de kaartverkoop van Adele in de Ziggodome het geval lijkt te zijn? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 10

Secundaire tickethandelaren dienen zich net als andere handelaren te houden aan bestaande wet- en regelgeving, onder andere op het gebied van consumentenbescherming en mededinging. Zo dienen consumenten voor het sluiten van de overeenkomst die informatie te krijgen die hen in staat om een weloverwogen koopbeslissing te nemen en mogen ze op grond van de regels over oneerlijke handelspraktijken niet worden misleid. Ook dienen handelaren zich te houden aan de Mededingingswet en mag er bijvoorbeeld geen sprake zijn van misbruik van de economische machtspositie. De ACM houdt toezicht op deze regels en heeft verschillende instrumenten tot haar beschikking om overtredingen te sanctioneren. De ACM (destijds de Consumentenautoriteit) heeft in het verleden aan verschillende secundaire tickethandelaren lasten onder dwangsom opgelegd wegens het niet het vermelden van essentiële informatie.

Naar boven