Vragen van de leden Knops (CDA), Voordewind (ChristenUnie) en Van der Staaij (SGP)
aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de vernieling van diverse kerken in Khartoum
door het regime in Sudan (ingezonden 8 december 2014).
Antwoord van Minister Koenders (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 23 december 2014)
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van de berichtgeving over de vernieling van diverse kerken in
Khartoum door het regime in Sudan?1
Vraag 2, 3 en 4
Klopt het dat het Sudanese regime naast de vernieling van kerken tevens verschillende
kerkelijke leiders heeft opgepakt en gemeenteleden heeft verdreven?
Is het waar dat het regime onlangs de bezittingen in beslag heeft genomen van de grootste
protestantse kerk in Khartoum en het gebouw vernield heeft?
Welke redenen geeft het regime voor deze schandalige praktijken?
Antwoord 2, 3 en 4
De voornoemde berichtgeving verwijst naar verschillende kerken. Van de Pentacostal
Church zijn bezittingen in beslag genomen, evenals van het Cultureel Centrum van de
Evangelical Church. Van de Bahri Evangelical Presbyterian Church zijn enkele tientallen
leden enige uren in hechtenis genomen.
Een juridisch geschil over grondbezit tussen de kerkleden onderling ligt ten grondslag
aan de kwestie met betrekking tot Bahri Evangelical Presbyterian Church. Een aantal
leden van deze kerk heeft kerkelijke bezittingen verkocht, waartegen andere leden
van de kerk protesteerden. Van deze tweespalt hebben delen van de overheid gebruik
gemaakt. Overigens heeft het Ministry of Guidance and Religious Endowment wel getracht te bemiddelen en wordt een onderzoekscommissie ingesteld. In algemene
zin stelt de overheid in vergelijkbare gevallen dikwijls dat de kerken de vereiste
bouwvergunningen ontberen.
Vraag 5
Klopt het dat in juli van dit jaar een richtlijn is aangenomen dat voorziet in een
verbod op de bouw van nieuwe kerken? Zo ja, hoe beoordeelt u dit?
Antwoord 5
Deze richtlijn is al in 2012 aangekondigd, en werd juli jl. nog eens door de overheid
bevestigd. Het is onduidelijk of de richtlijn op schrift staat. Wel is het tegengaan
van bouwen van nieuwe kerken staand beleid, volgens de Sudanese overheid ingegeven
door het feit dat Sudan op dit moment voldoende kerken heeft. Vrijheid van religie
en levensovertuiging is een van de speerpunten van het Nederlandse mensenrechtenbeleid,
elke belemmering die een overheid aan mensen oplegt in de uitvoering van hun geloof
keurt het kabinet daarom af.
Vraag 6 en 7
Vloeit het verbod op de bouw van nieuwe kerken voort uit de radicaal-islamitische
leer, van oorsprong gebaseerd op het zogenoemde Pact van Omar, dat christenen een
dhimmi-status gaf?
Is dit schrijnende voorbeeld wat u betreft bewijs voor de stelling dat de radicale
islam een belangrijke oorzaak is van christenvervolging?
Antwoord 6 en 7
In de context van Sudan kan men niet stellen dat deze activiteiten gericht tegen kerken
bewijs zijn voor de stelling dat de radicale islam de belangrijkste oorzaak van christenvervolging
zou zijn. De praktijk waarbij voor nieuwe kerken geen (bouw)vergunning wordt afgegeven
wordt volgens de Sudanese autoriteiten ingegeven door het feit dat Sudan sinds de
afscheiding van Zuid-Sudan minder Christenen kent, en er dus ook minder kerken nodig
zijn. Dhimmi-status van Christenen is in Sudan niet aan de orde. Zo zitten er bijvoorbeeld
Kopten in het Sudanese parlement.
Vraag 8
Bent u bereid bilateraal, alsmede in EU- en VN-verband, krachtig te protesteren tegen
deze flagrante schending van de vrijheid van godsdienst?
Antwoord 8
Nederland brengt deze schendingen van de vrijheid van godsdienst regelmatig op, wereldwijd
en ook specifiek in Sudan. Dit doen we niet alleen bilateraal, maar ook in EU- en
VN-verband, en dat zullen we ook blijven doen. Met betrekking tot de in deze Kamervragen
aangehaalde gebeurtenissen heeft de EU-Ambassadeur de zaak bij het Ministry of Guidance and Religious Endowment aan de orde gesteld, en ook onze ambassadeur ter plaatse stelt godsdienstvrijheid
regelmatig aan de orde.
Vraag 9
Bent u tevens bereid te pleiten voor extra sancties tegen het radicaal-islamitische
regime in Sudan? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 9
Tegen het regime in Sudan zijn al geruime tijd sancties van kracht, waaronder een
VN en EU wapenembargo en sancties gericht tegen personen (zoals reisrestricties en
bevriezing van tegoeden) en economische sancties van de VS. De sancties van de VN
en EU zijn ingesteld als reactie op de situatie in Darfur. De VS stelde sancties in
omdat het vaststelde dat Sudan een bedreiging vormde, onder andere door hun steun
voor terrorisme. Op dit moment bestaan er geen verdere plannen voor (internationale)
sancties.