Vragen van het lid Ulenbelt (SP) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het bericht dat mensen met terminale kanker door het UWV worden goedgekeurd voor werk (ingezonden 19 november 2014).

Antwoord van Minister Asscher (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 9 december 2014).

Vraag 1

Wat is uw reactie op het bericht «UWV zet werknemer met kanker onder druk», waaruit blijkt dat terminale kankerpatiënten door het UWV (Uitvoeringsorgaan Werknemersverzekeringen) worden goedgekeurd voor werk?1

Antwoord 1

In het desbetreffende bericht wordt aangegeven dat UWV mensen met kanker onder druk zet om aan het werk te gaan. Ik realiseer me dat het hier om een zeer gevoelige kwestie gaat.

Op individuele gevallen kan ik niet ingaan. Wel kan ik in algemene zin reageren op dit bericht.

Bij de WIA-keuring is de wet- en regelgeving leidend. Daarbij gaat het meer in het bijzonder om het Schattingsbesluit Arbeidsongeschiktheidswetten en de professionele standaard van deze beroepsgroep, zoals die zijn neergelegd in verzekeringsgeneeskundige protocollen en professionele richtlijnen.

Dit houdt onder meer in dat patiënten die terminaal zijn – in die zin dat zij naar de verwachting van artsen binnen enkele maanden komen te overlijden – vanzelfsprekend niet worden goedgekeurd door de verzekeringsarts. Deze patiënten zijn volledig duurzaam arbeidsongeschikt.

Dit kan anders liggen bij patiënten die weliswaar een slechte prognose hebben en als gevolg van hun ziekte op langere termijn komen te overlijden. Met deze patiënten worden de mogelijkheden voor terugkeer naar werk conform de richtlijnen besproken.

Respect voor de eigen inschatting van de patiënt is daarbij een belangrijke leidraad. Daarom dient de verzekeringsarts zich rekenschap te geven van de visie van de betrokkene op diens arbeidsmogelijkheden. Indien de verzekeringsarts een discrepantie ziet tussen de inschatting door de patiënt zelf van de arbeidsmogelijkheden ten opzichte van de klinische prognose, dan zal de verzekeringsarts recente informatie van de behandelaar betrekken bij zijn oordeel. Het UWV zal alleen praten over re-integratie als dat mogelijk is.

Het is zeker niet de doelstelling van het UWV om terminale patiënten onder druk te zetten. Als er re-integratiemogelijkheden zijn en als daarbij ondersteuning nodig is, zal het UWV die bieden.

Vraag 2

Is er betreffende de omgang met de plicht om te werken specifiek beleid voor mensen die terminaal ziek zijn? Zo ja, welk beleid is dat en heeft het UWV juist gehandeld? Zo nee, waarom ontbreekt dergelijk beleid? Bent u, indien dergelijk beleid ontbreekt, voornemens maatregelen te nemen?

Antwoord 2

Zoals ik heb toegelicht in mijn antwoord op vraag 1, geldt hiervoor beleid dat onder meer is vastgelegd in het Schattingsbesluit Arbeidsongeschiktheidswetten, verzekeringsgeneeskundige protocollen en professionele richtlijnen.

Vraag 3

Deelt u de opvatting dat mensen die terminaal ziek zijn door het UWV met rust moeten worden gelaten? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 3

Ja. In mijn antwoord op vraag 1 heb ik toegelicht hoe het UWV omgaat met mensen die terminaal ziek zijn.

Naar boven