Vraag 1
Bent u bekend met het bericht van de NOS «Geen verzekering voor ebola-arts», waarin
wordt gesteld dat Nederlandse artsen niet naar ebola-gebied kunnen afreizen, omdat
de verzekering de kosten voor eventuele repatriëring niet dekt?1
Vraag 2, 3, 4
Aangezien het kabinet de oproep heeft gedaan aan artsen om zich vrijwillig te melden
voor inzet in ebola-gebied, moet het kabinet zich dan ook niet inzetten om die uitzending
mogelijk te maken door repatriëring te garanderen?
Bent u bereid om geld te reserveren binnen het noodhulpbudget dat voor de ebola-crisis
is vrijgemaakt, zodat eventueel besmette artsen en verpleegkundigen kunnen worden
gerepatrieerd?
Deelt u de mening dat een investering in eventuele repatriëring van zeer noodzakelijk
medisch personeel beter besteed is dan simpelweg geld overmaken naar de overheden
in ebola-gebied?
Antwoord vraag 2, 3, 4
Repatriëringsmogelijkheden zijn van belang voor de hulpverleners die naar het getroffen
gebied afreizen. Het kabinet erkent dit. Bij repatriëring uit door ebola getroffen
landen zijn twee factoren met name van belang: enerzijds de vraag of repatriëring
door de werkgever of verzekeraar wordt vergoed, anderzijds beperkte wereldwijde beschikbare
capaciteit om repatriëringsvluchten voor met ebola besmette personen uit te voeren.
Aangaande de eerste factor; het Ministerie van Buitenlandse Zaken is geregeld in contact
met de Bond van Verzekeraars. De Bond bevestigt dat er nog steeds verzekeraars zijn
die repatriëringen in (nieuwe) polissen opnemen, ook voor organisaties die nieuwe
hulpverleners uit willen zenden.
Aangaande de tweede factor; de afgelopen weken is er in en buiten Nederland veel overlegd
om tot een werkend systeem voor de zorg voor hulpverleners te komen. Zoals vermeld
in de Kamerbrief inzake Nederlandse inspanningen ter bestrijding van Ebola (Kamerstuk
33 625, nr.132) heeft Nederland voor repatriëringscapaciteit met de VS (US State Department) een
Memorandum of Understanding afgesloten over het gebruik van een evacuatietoestel (van
Phoenix air) voor Nederlanders die Ebola-symptomen vertonen. Er is door Nederland
nog geen gebruik gemaakt van het toestel. Phoenix Air gaat zijn repatriëringscapaciteit
verdubbelen, omdat de vraag waarschijnlijk de capaciteit gaat overstijgen.
Ook op Europees niveau spant Nederland zich in om medische repatriëring voor hulpverleners
mogelijk te maken en om het capaciteitsprobleem aan te pakken. Tijdens de Europese
Raad van 23-24 oktober en de Raad Buitenlandse Zaken van 20 oktober zijn conclusies
aangenomen over een Europese garantie. De lidstaten en de Europese Commissie zijn
overeengekomen binnen de beschikbare middelen een garantie te geven voor adequate
zorg voor internationale gezondheidswerkers via behandeling in het land zelf of medische
repatriëring, waarbij tot 100% van de kosten van repatriëring van (mogelijk) besmette
internationale hulpverleners kunnen worden vergoed.
Een medische repatriëring is altijd maatwerk, waar werkgever, verzekeraar, Nederlandse
overheid en de Europese Unie (laatste alleen in geval van een ebola-besmetting) elk
een rol hebben. Uitgangspunt is dat de verantwoordelijkheid in eerste instantie bij
de verzekeraar en de werkgever ligt. Indien deze geen repatriëring kunnen regelen,
zal de Nederlandse overheid zich maximaal inspannen om, eventueel via het EU-systeem
de medische repatriëring te laten plaatsvinden. Kosten blijven in principe lastens
verzekeraar.
Daarnaast wil het kabinet benadrukken dat Nederland niet simpelweg geld overmaakt
naar overheden van landen waar ebola heerst, maar dat Nederland organisaties zoals
Artsen zonder Grenzen, het Rode Kruis, UNICEF en WHO financiert. Deze organisaties
doen ontzettend goed werk in de getroffen landen en dragen bij aan de preventie en
bestrijding van ebola.