Vragen van het lid DeRoon (PVV) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over het gebrek aan persvrijheid in Papua (ingezonden 26 juni 2015).

Antwoord van Minister Koenders (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 20 juli 2015)

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het bericht «Papua maakt zich geen illusies over persvrijheid»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2, 3, 4 en 5

Klopt de berichtgeving dat het Indonesische leger verslaggevers nauwlettend in de gaten houdt? Zo ja, wat betekent dit volgens u voor de persvrijheid in Indonesië?

Klopt het dat er nog steeds bijna geen visa worden verstrekt voor journalisten in Papua? Zo ja, wat betekent dit volgens u voor de persvrijheid in Indonesië?

Klopt het dat de Indonesische Minister van Defensie Ryacudu heeft gezegd dat hij goede berichten verwacht van buitenlandse journalisten in Papua, en als dit niet het geval is zij eenvoudig het land kunnen worden uitgegooid? Zo ja, wat betekent dit volgens u voor de persvrijheid in Indonesië?

Bent u bereid uw mening, dat de persvrijheid in Indonesië over het algemeen groot is, bij te stellen? Zo neen, waarom niet?2

Antwoord 2, 3, 4 en 5

Zoals het kabinet in de beantwoording van uw vragen van 8 mei jl. (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2014–2015, nr. 2416) heeft aangegeven, is de persvrijheid in Indonesië over het algemeen groot. Daarbij is echter tevens aangegeven dat de omgang met lokale journalisten in Papua en West-Papua een punt van zorg blijft.

De aankondiging van president Widodo dat voor buitenlandse journalisten die Papua en West-Papua willen bezoeken voortaan dezelfde regels gelden als voor de rest van Indonesië is bemoedigend. Aan de verdere uitwerking van deze aankondiging wordt nu gewerkt. Vooruitlopend hierop heeft volgens onze informatie in ieder geval één buitenlandse journalist inmiddels zonder problemen toestemming gekregen om Papua te bezoeken.

De praktijk dat journalisten geen visa kunnen krijgen voor Papua en dat hun activiteiten nauwlettend worden gemonitord, zou dan ook tot het verleden moeten gaan behoren. Het kabinet verwacht dat ook de Indonesische Minister van Defensie uitvoering zal geven aan de nieuwe regels.

Vraag 6

Kunt u aangeven op welke manieren en momenten Nederland de openstelling van Papua voor journalisten krachtig heeft bepleit, sinds de aanvaarding van de motie De Roon en Wilders?3

Antwoord 6

Zoals aangegeven in de beantwoording van uw vragen van 8 mei jl. alsmede in de Mensenrechtenrapportage 2014, heeft Nederland dit herhaaldelijk bepleit bij de Indonesische autoriteiten, bijvoorbeeld in haar contacten met het Indonesische Ministerie van Politiek, Recht en Veiligheid. Meest recentelijk bepleitte Nederland dit tijdens de hoogambtelijke consultaties met Indonesië op 17 maart jl. in Den Haag.

Vraag 7

Kunt u aangeven welke stappen u in de nabije toekomst gaat nemen om het gebrek aan persvrijheid in Papua aan de kaak te stellen?

Antwoord 7

De persvrijheid in Indonesië, en in Papua in het bijzonder, heeft de voortdurende aandacht van de Nederlandse overheid. In die context zal Nederland de implementatie van de recente aankondiging van president Widodo nauwgezet volgen, o.a. via de Nederlandse ambassade in Jakarta, en hiernaar zo nodig in een volgend overleg met Indonesië vragen.

Vraag 8

Deelt u de mening dat het welwillende bezoek van president Joko Widodo onlangs aan Papua een toneelstukje was? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 8

Die mening deelt het kabinet niet. De president heeft tijdens zijn bezoek van 9–10 mei jl. een aantal bemoedigende stappen aangekondigd en hij verleende gratie aan vijf politieke gevangenen. President Widodo bezocht de regio al voor de tweede keer sinds zijn aantreden in oktober 2014, wat als signaal kan worden gezien voor zijn bereidheid om zich in te spannen voor een betere verstandhouding met de provincies.


X Noot
2

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2014–2015, nr. 2416

X Noot
3

Kamerstuk, 34 000 V, nr. 24

Naar boven