Vragen van het lid Marcouch (PvdA) aan de Minister van Veiligheid en Justitie over «warriortrainingen» van Nederlanders in Polen (ingezonden 2 juni 2015).

Antwoord van Staatssecretaris Dijkhoff (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 9 juli 2015). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2014–2015, nr. 2675

Vraag 1

Kent u het bericht «Lekker je wapen leegknallen in Pools oefendorp»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Weet u of er Nederlanders in andere landen, waaronder Polen, cursussen volgen waarbij deze cursisten leren dynamisch schieten in realistische omstandigheden? Zo ja, wat is de aard en omvang van deze trainingen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 2

Nee, daarover worden geen gegevens bijgehouden. Wel is bekend dat in verschillende landen, zoals Polen, maar ook bijvoorbeeld de VS, het mogelijk is dergelijke trainingen te volgen en het is aannemelijk dat daaraan ook Nederlanders deelnemen.

Vraag 3, 4 en 5

Kunnen Nederlanders die in het buitenland dergelijke warriortrainingen volgen zich schuldig maken aan feiten die naar Nederlands recht ook in Nederland kunnen worden vervolgd, bijvoorbeeld het trainen ten behoeve van terrorisme? Zo ja, welke feiten kunnen dat zijn? Hoe wordt dit gehandhaafd? Zo nee, waarom niet?

Zijn er voor het vanuit Nederland organiseren of bemiddelen voor dergelijke cursussen, juridische belemmeringen? Zo ja, welke zijn dat? Zo nee, waarom niet?

Is het mogelijk dat een bedrijf, dat vanuit Nederland de in het bericht genoemde warriortrainingen organiseert of deelname aan die cursussen faciliteert, zich daarbij schuldig maakt aan strafbare feiten? Zo ja, welke en hoe kan hiertegen worden opgetreden?

Antwoord 3, 4 en 5

In zijn algemeenheid is het deelnemen aan, het organiseren van of het bemiddelen voor een dergelijke training in het buitenland geen strafbaar feit in Nederland. Alleen als uit de specifieke feiten en omstandigheden van het geval zou blijken dat dergelijke trainingen te kwalificeren zijn als voorbereidingshandelingen voor het plegen van bepaalde strafbare feiten (bijvoorbeeld terrorisme, internationale misdrijven, moord of mishandeling), zou het volgen van een dergelijke cursus een strafbaar feit kunnen opleveren, dat – mits Nederland rechtsmacht heeft – hier vervolgbaar is. Hiervan is in verband met de bedoelde training van de Israeli Tactical School tot op heden niet gebleken.

Vraag 6

Deelt u de mening dat burgers die willen leren schieten teneinde zichzelf te kunnen verdedigen totaal op het verkeerde spoor zitten? Zo ja, wat kunt u doen om dit te voorkomen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 6

Op grond van de Circulaire Wapens en Munitie worden zelfverdedigingsdoeleinden slechts onder zeer uitzonderlijke omstandigheden aangemerkt als een redelijk belang voor het verlenen van een verlof tot het voorhanden hebben van een vuurwapen (zie onder 6 CWM). Er is voldoende wettelijk kader om personen die wat dit betreft op het verkeerde spoor zitten in een vroeg stadium te detecteren en zo nodig aan te pakken.

Vraag 7

Deelt u de mening dat Nederlanders, waaronder leden van Nederlandse schietverenigingen, die in andere landen warriortrainingen gaan volgen, in Nederland geen wapenvergunning meer zouden mogen hebben? Zo ja, hoe gaat u dit effectueren? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 7

Het volgen van schiettrainingen in het buitenland is op zichzelf niet verboden. Slechts als uit alle feiten en omstandigheden blijkt dat iemand door het volgen van een dergelijke training een gevaar voor zichzelf, de openbare orde of veiligheid zou kunnen vormen, zou op grond van artikel 28, tweede lid onder b van de Wet wapens en munitie een verlofaanvraag of verlenging kunnen worden geweigerd.

Vraag 8

Is het waar dat iemand een Verklaring Omtrent Gedrag moet overleggen alvorens hij aan een warriortraining in Polen mag deelnemen? Zo ja, in hoeverre mogen dergelijke verklaringen vanwege het doel waarvoor ze worden gebruikt, geweigerd worden? Deelt u de mening dat die geweigerd zouden moeten worden?

Antwoord 8

In het artikel over deze warriortraining wordt gesteld dat aan iedere deelnemer een VOG wordt gevraagd. Wettelijk gezien is er geen verplichting om een VOG over te leggen met het oog op het deelnemen aan een warriortraining in het buitenland.

Ik heb op grond van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens de mogelijkheid om een VOG aanvraag niet in behandeling te nemen indien de aanvraag van de VOG geen redelijk doel dient en er om die reden geen reden is een onderzoek naar het gedrag van de aanvrager te doen. Ik ben van mening dat de overheid niet door middel van het afgeven van een VOG het volgen van een in de berichtgeving bedoelde warriortraining zou moeten faciliteren. Bij een aanvraag in verband met het volgen van een dergelijke warriortraining is geen sprake van een redelijk doel en zal ik deze buiten behandeling laten.

Vraag 9

Deelt u voorts de mening dat het zeer onwaarschijnlijk is dat de in het artikel genoemde contactpersoon van de Israeli Tactical School in staat is te beoordelen of iemand niet bij extreme ideologische bewegingen is aangesloten» of andere kwade bedoelingen heeft? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 9

Ik acht het niet waarschijnlijk dat betrokkene over alle benodigde gegevens zal kunnen beschikken, omdat voor het verkrijgen van bepaalde gegevens wettelijke bevoegdheden nodig zijn.

Naar boven