Vragen van het lid Dikkers (PvdA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en
Sport en de Staatssecretaris van Economische Zaken over het opnieuw in de fout gaan
van visverwerker Foppen (ingezonden 17 juni 2015).
Antwoord van Minister Schippers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 30 juni
2015)
Vraag 1
Kent u het feit dat visverwerker Foppen jarenlang het verboden middel natriumnitriet
in visworsten verwerkte?1
Antwoord 1
Ik heb kennis genomen van het genoemde bericht.
Vraag 2
Waarom is Foppen in 2010 gewaarschuwd voor het gebruik van deze stof, en is pas in
2014 opnieuw hierop gecontroleerd?
Antwoord 2
In 2010 heeft de NVWA tijdens een audit bij Foppen het conserveermiddel natriumnitriet
(E250) aangetroffen. Het daadwerkelijk gebruik van dit middel voor de productie van
visproducten werd niet geconstateerd. Het op voorraad hebben van nitriethoudend zout
is op zich geen overtreding. Daarom is Foppen in 2010 gewezen op de betreffende regelgeving
en op het feit dat dit middel in de visverwerking een niet toegelaten additief is.
In november 2014 heeft de NVWA tijdens een audit vastgesteld dat Foppen natriumnitriet
op voorraad had en daadwerkelijk gebruikte bij de productie van zalmworst. Dit is
een overtreding. In de Kamerbrief over de situatie bij Foppen, die u separaat ontvangt,
licht ik toe dat uit de risicobeoordeling bleek dat er geen sprake was van een risico
voor de volksgezondheid. Het terughalen van de zalmworst uit de winkelschappen was
niet aan de orde. Foppen heeft de partijen die het bedrijf op voorraad had vernietigd.
Mede omdat het bedrijf eerder in 2010 erop was gewezen dat het middel voor toepassing
in visproducten niet was toegestaan heeft het bedrijf direct de maximale boete van
€ 1.050,– gekregen.
Vraag 3
Is het jarenlang gebruik van natriumnitriet, ondanks een waarschuwing, reden het beleid
van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) op dit gebied te herzien? Zo
ja, welke veranderingen zullen plaatsvinden, en op welke termijn? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3
Het interventiebeleid van de NVWA houdt in dat na een geconstateerde overtreding vervolginspecties
plaatsvinden om zeker te stellen dat de geconstateerde tekortkomingen zijn verholpen.
Het is niet uit te sluiten dat een bedrijf opnieuw in dezelfde fout vervalt. Ook in
dat geval neemt de NVWA maatregelen conform het geldende interventiebeleid.
Ik heb eerder aangegeven dat ten algemene het interventiebeleid van de NVWA scherper
moet. De NVWA werkt hieraan. De Staatssecretaris van Economische Zaken en ik stellen
een toezichtkader op. Dit moet richting geven voor het aan te scherpen interventiebeleid.
Daarnaast is recent het wetsvoorstel dat het boeteplafond optrekt naar een veel hoger
niveau door het parlement goedgekeurd.
Vraag 4
Kunt u reageren op de reactie van Foppen op het nieuws «Foppen heeft op dit gebied
de wetgeving verkeerd geïnterpreteerd, omdat Foppen ervan uitging dat het gebruik
van natriumnitriet verboden was in visproducten en het in dit geval halffabricaat
betrof» en daarbij in ogenschouw nemen dat de NVWA hiervoor in 2010 al waarschuwde?
Antwoord 4
De additievenwetgeving verbiedt geen additieven, maar staat deze voor specifieke producten
toe. Ze maakt daarbij geen onderscheid tussen de toegelaten stoffen voor halffabricaten
of eindproducten. Natriumnitriet is in combinatie met visproducten niet toegelaten.
Iedere andere interpretatie van deze wetgeving is niet correct. De NVWA heeft Foppen
al in 2010 gewezen op het feit dat de toepassing van deze stof in visproducten niet
is toegestaan. Het bedrijf beschikte dus al sinds 2010 over de kennis dat het gebruik
van het middel natriumnitriet voor visverwerking niet was toegelaten.
Vraag 5
Ligt de fout voor het gebrek aan kennis bij Foppen over het gevaar van natriumnitriet
bij deze toepassing bij de NVWA of bij Foppen? Welke stappen zullen worden genomen
om dit en soortgelijke kennishiaten in de toekomst, ongeacht de oorzaak, bij Foppen
en andere bedrijven te voorkomen?
Antwoord 5
De producent heeft de wettelijke verantwoordelijkheid om over voldoende kennis over
zijn producten en productieprocessen te beschikken. De NVWA neemt deze verantwoordelijkheid
niet over.
NVWA heeft regelmatig overleg met het bedrijfsleven over de toepassing van de regelgeving.
Hiermee helpt de NVWA de bedrijven met het up-to-date houden van de kennis over de
relevante regelgeving. De regelgeving over de toepassing van natriumnitriet is duidelijk
en niet nieuw.
Vraag 6
Kunt u deze vragen beantwoorden vóór het Algemeen overleg NVWA voorzien op 30 juni
a.s.?