Vragen van het lid De Lange (VVD) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over gezondheidsrisico’s die kunnen optreden als gevolg van aderlating of «wet cupping therapie» (ingezonden 7 mei 2015).

Antwoord van Minister Schippers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 25 juni 2015) Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2014–2015, nr. 2348

Vraag 1 en 2

Heeft u kennisgenomen van de berichten: «Kamer wil cupping aanpakken, therapie waarbij in lichaam wordt gesneden» en «Een snee, een cup en bloed vloeit»?1

In het betreffende artikel staat het volgende beschreven: «volgens de GGD heeft de therapie een hoog risico op besmetting of infecties. Omdat bloed in kopjes wordt opgevangen, bestaat onder meer het risico dat hepatitis wordt overgedragen».

Deelt u de mening dat er gezondheidsrisico’s kunnen optreden bij de therapie die in het artikel worden beschreven onder de naam «wet cupping of Hijama»?

Zo ja, bent u van plan om hiertegen op te treden?

Zo nee, waarom niet?

Antwoord 1 en 2

Ik heb kennis genomen van de berichten. Ik maak mij zorgen over de gezondheidsrisico’s van »wet cupping».

Cupping valt, als voorbehouden heelkundige behandeling, onder de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG). Alleen daartoe aangewezen en bekwame zorgverleners, zoals artsen, zijn formeel bevoegd deze handeling uit te voeren. De IGZ houdt hier toezicht op.

Indien deze voorbehouden handeling wordt uitgevoerd door iemand die niet BIG-geregistreerd is, kan hier door de IGZ een bestuurlijke boete worden opgelegd.

Indien deze voorbehouden handeling wordt uitgevoerd door iemand die wel BIG-geregistreerd is, bijvoorbeeld een arts, kan deze handeling tuchtrechtelijk worden getoetst.

Ook kan er in beide gevallen sprake zijn van een strafbaar feit, zoals mishandeling of het buiten noodzaak toebrengen van schade, waarop het Openbaar Ministerie kan handhaven. Als de IGZ bij haar toezicht een strafbaar feit constateert, kan zij daarvan aangifte doen.

Verder heeft de gemeente in het kader van de Wet publieke gezondheid als taak de technische hygiënezorg te bevorderen. De uitvoerende instantie is doorgaans de GGD. De GGD kan in het geval van besmetting passende maatregelen nemen en een melding doen bij de IGZ. De IGZ heeft dergelijke meldingen nog niet ontvangen.

Vraag 3

Beschikt u over cijfermateriaal over het aantal mensen dat dit soort therapieën uitoefent en bestaat er een actueel beeld van de hoeveelheid mensen in Nederland die hier gebruik van maken?

Antwoord 3

Nee, mij zijn noch exacte cijfers bekend van het aantal cuppingtherapeuten, noch van het aantal mensen dat cupping ondergaat.

Vraag 4

In het betreffende artikel staat het volgende beschreven: «volgens de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg mogen alleen erkende gezondheidswerkers, zoals artsen, sneden maken in het lichaam. Cuppingtherapeuten zijn hiervoor niet opgeleid en mogen deze handelingen dus niet uitvoeren, beaamt Johan Legemaate, hoogleraar gezondheidsrecht van het Academisch Medisch Centrum (AMC)».

Deelt u de mening van hoogleraar Legemaate?

Zo ja, op welke wijze gaat u hier tegen optreden?

Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4

Ja, ik deel de mening van de heer Legemaate. Zie het antwoord op vraag 2.

Vraag 5

Bent u bekend met het Opleidingsinstituut Hijama & Cupping in Rotterdam en met mogelijke andere opleidingsinstituten?

Zo ja, hoe kijkt u aan tegen deze opleiding(en) en is er voldoende aandacht voor het tegengaan van gezondheidsrisico’s?

Zo nee, bent u van plan op korte termijn dit opleidingsinstituut en/of andere instituten te inspecteren?

Antwoord 5

Ook opleidingsinstituten hebben zich te houden aan de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg. Zie het antwoord op vraag 2. Ik zal de IGZ en de Onderwijsinspectie vragen of zij dit opleidingsinstituut willen gaan bezoeken.

Vraag 6

Deelt u de mening van de artsenfederatie KNMG (Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Geneeskunde) dat de overheid toezicht moet houden op de wet cuppingtherapeuten?

Zo ja, bent u voornemens om de Inspectie voor de Gezondheidszorg opdracht te geven hierop te gaan controleren?

Zo nee, waarom niet?

Antwoord 6

Ja, ik deel de mening van de KNMG. Zie het antwoord op vraag 2.

Vraag 7 en 8

Bent u bereid om de Kamer te informeren over de wijze waarop in de komende periode het toezicht op de toepassing van «de wet cupping therapie» wordt vormgegeven en de wijze waarop de risico’s op infecties en bloedingen wordt bestreden?

Deelt u de mening dat u op dit moment beschikt over voldoende wet- en regelgeving om gezondheidsrisico’s die kunnen voortkomen uit aderlating of «wet cupping» zoveel mogelijk te bestrijden?

Zo nee, bent u voornemens om met voorstellen te komen om de wet- en regelgeving hierop aan te passen?

Antwoord 7 en 8

Zie het antwoord op vraag 2.


X Noot
1

Kamer wil cupping aanpakken, therapie waarbij in lichaam wordt gesneden – en bijbehorend achtergrondartikel – Een snee, een cup, en bloed vloeit (www.nrc.nl, 2 mei 2015: http://www.nrc.nl/nieuws/2015/05/02/kamer-wil-cupping-aanpakken-therapie-waarbij-in-lichaam-wordt-gesneden/

Naar boven