Vragen van het lid Rebel (PvdA) aan de Staatssecretarissen van Volksgezondheid, Welzijn
en Sport en van Veiligheid en Justitie over Nederland als grootproducent van neppeuken
(ingezonden 5 juni 2015).
Antwoord van Staatssecretaris Van Rijn (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen
23 juni 2015).
Vraag 1
Kent u het bericht «Nederland paft minder, maar produceert meer neppeuken»?1
Vraag 2
Heeft u voldoende zicht op de negatieve gezondheidseffecten van nepsigaretten? Hoe
verhouden die zich tot legale sigaretten? Klopt het dat nepsigaretten nóg slechter
zijn voor de gezondheid van rokers, omdat ze niet voldoen aan kwaliteits- en veiligheidseisen?
Antwoord 2
Alle tabaksproducten zijn schadelijk voor de gezondheid. Er is op dit moment onvoldoende
bewijs om aan te nemen dat illegale sigaretten schadelijker zijn dan legale producten.
Het probleem van illegale sigaretten is dat zij de toegankelijkheid van (vaak goedkopere)
tabaksproducten vergroten. Daarnaast krijgt de overheid geen informatie over de samenstelling
van illegale tabaksproducten, waardoor niet beoordeeld kan worden of ze voldoen aan
de kwaliteits- en beveiligingseisen.
Vraag 3
In hoeverre acht u het wenselijk Nederlanders te beschermen tegen de schadelijke effecten
van nepsigaretten?
Antwoord 3
Ik acht dit wenselijk.
Vraag 4
Wat vindt u ervan dat Nederlanders steeds meer nepsigaretten produceren?
Deelt u de mening dat het produceren, doorvoeren en daarmee consumeren van nepsigaretten
moet worden bestreden? Met welke partijen werkt u hier voor samen?
Antwoord 4
In het algemeen kan worden gesteld dat een toename van namaaksigaretten een ongewenste
zaak is met het oog op de volksgezondheid en de belastinginkomsten. Echter, op basis
van de aantallen illegale sigarettenfabrieken die in Nederland zijn ontdekt (2013:
1, 2014: 3) kan niet geconcludeerd worden dat er sprake is van een toename van de
productie van namaaksigaretten in Nederland. Daarvoor zijn meer statistische gegevens
nodig.
Ik deel de mening dat het produceren, doorvoeren en daarmee consumeren van nepsigaretten
bestreden moet worden. VWS heeft geen taak op de bestrijding van namaaksigaretten.
Dit is voorbehouden aan de Douane en FIOD.
De Douane en de FIOD werken ook op internationaal vlak samen. Zo is er onder andere
samenwerking in EU-verband om de illegale productie en handel te bestrijden. De Nederlandse
Douane heeft de mededeling van de Europese Commissie «intensivering aanpak sigarettensmokkel»
(COM 2013/324 van 6 juni 2013) onderschreven. Tevens heeft de Douane een «meldpunt
accijnsfraude» opgezet.
Vraag 5
Hoe controleert u de invoer van ruwe tabak en andere grondstoffen die dienen voor
de productie van nepsigaretten? In hoeverre acht u de controle voldoende, gezien de
professionaliteit waarmee illegale sigarettenproducenten te werk gaan?
Antwoord 5
Allereerst merk ik op dat ruwe tabak geen accijnsproduct is. Ruwe tabak valt daarom
niet onder de controlebepalingen van de Wet op de accijns. Wel is Nederland binnen
de EU één van de weinige lidstaten die bij de aangifte ten invoer van ruwe tabak een
vergunningplicht heeft ingesteld.
Daarnaast is er ook illegale handel in ruwe tabak (smokkel). De Douane controleert
hierop aan de EU-buitengrens op basis van risicoselectie.
Andere grondstoffen die kunnen worden gebruikt voor de productie van namaaksigaretten
vallen niet onder controlebepalingen.
Zoals ik aangaf in het antwoord op vraag 4 heeft de Nederlandse Douane de mededeling
van de Europese Commissie «intensivering aanpak sigarettensmokkel» (COM 2013/324 van
6 juni 2013) onderschreven.
Vraag 6
Hoe controleert u dat Nederlandse havens niet als doorvoer worden gebruikt voor nepsigaretten?
Antwoord 6
Zie het antwoord op vraag 4 en 5.
Vraag 7
Wilt u deze vragen beantwoorden voor het Algemeen overleg Tabaksontmoedigingsbeleid
voorzien op 23 juni 2015?
X Noot
1Nederland paft minder, maar produceert meer neppeuken, AD, 28 mei 2015