Vragen van leden De Graaf en Wilders (beiden PVV) aan de Ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Veiligheid en Justitie over het bericht «Omstreden haatsjeik donderdag naar Eindhoven» (ingezonden 29 april 2015).

Antwoord van Minister van der Steur (Veiligheid en Justitie) mede namens de Ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (ontvangen 17 juni 2015)

Vraag 1

Kent u het bericht over het bericht «Omstreden haatsjeik donderdag naar Eindhoven»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Deelt u de mening dat iemand die oproept tot het doorsnijden van kelen en het inslaan van schedels geen visum hoort te krijgen en bent u bereid zijn verkregen visum alsnog af te nemen? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 2

Nederland heeft geen visum verstrekt aan de genoemde persoon. Door de Italiaanse autoriteiten was een visum verstrekt en op basis daarvan kon de heer Al-Qarni vrij reizen in het Schengengebied. Het visum is door de Italiaanse autoriteiten ingetrokken en derhalve voldoet hij niet langer aan de vereisten voor verblijf binnen het Schengengebied. Deze spreker mag dan ook niet in Nederland verblijven.

Vraag 3

Deelt u de mening dat de Al Fourqaan-moskee door het uitnodigen van deze geweldsprediker bewijst nog steeds een broeinest van haat- en geweldsprediking te zijn en daarom gesloten dient te worden? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 3

Wanneer tijdens een bijeenkomst strafbare feiten worden gepleegd, zoals opruien of aanzetten tot geweld of haat tegen bevolkingsgroepen, dan kan strafrechtelijk worden opgetreden. Als blijkt dat er tijdens een evenement sprake is geweest van het aanzetten tot haat zoals vastgelegd in artikel 137d Wetboek van Strafrecht, dan kan het Openbaar Ministerie beoordelen of alleen degene die aanzette tot haat moet worden vervolgd, of ook degene die bij de strafbare uitingen heeft geholpen (zoals de organisator of de verstrekker van de locatie). Het sluiten van een gebouw als zodanig is mogelijk als er sprake is van niet-naleving van brand- en veiligheidsvoorschriften of van drugshandel. In geval van een rechtspersoon is (verboden verklaring en) ontbinding mogelijk als het doel en/of de werkzaamheid in strijd is met de openbare orde.

Vraag 4

Wilt u deze vragen beantwoorden vóór 30 april a.s.?

Antwoord 4

Ik heb uw vragen zo spoedig mogelijk beantwoord.

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van de leden Van Klaveren en Bontes (Groep Bontes/Van Klaveren), ingezonden 29 april 2015 (vraagnummer 2015Z07931).

Naar boven