Vragen van het lid Van Gerven (SP) aan de Staatssecretaris van Economische Zaken over Europese berisping van Nederlandse nertsenhouders (ingezonden 8 mei 2015).

Antwoord van Staatssecretaris Dijksma (Economische Zaken) (ontvangen 10 juni 2015). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2014–2015, nr. 2375.

Vraag 1

Heeft u het artikel «Europese kritiek op dodingsmethodes Nederlandse nertsenhouders» op de website van Bont voor Dieren gelezen?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2, 4

Wat is uw reactie op de kritiek van het Europese Voedsel en Veterinaire Bureau FVO (Food and Veterinary Office) op de dodingsmethodes van de Nederlandse nertsenhouders?

De kritiek van de FVO is dat er geen goed functionerend systeem is dat de slachting van nertsen aankondigt en controles op de slachting achtereenvolgens mogelijk maakt; hoe gaat u zorgen dat dit er wel komt?

Antwoord 2, 4

De FVO signaleert dat een formeel meldingssysteem waarmee nertsenhouders van tevoren kunnen melden wanneer de dieren worden gedood, in Nederland ontbreekt. Daardoor kan de NVWA niet aanwezig zijn om te controleren of het dierenwelzijn wordt gerespecteerd.

De NVWA richt momenteel een meldingssysteem in. Ook de noodzakelijke aanpassing van de Nederlandse regelgeving vind momenteel plaats. Dit zal in de loop van 2015 afgerond worden.

Vraag 3

Bent u bereid om het rapport over en de inspectierapporten van de FVO naar de Kamer te sturen?

Antwoord 3

Het rapport is geplaatst op de website van de FVO. (http://ec.europa.eu/food/fvo/audit_reports/details.cfm?rep_id=3409)

Vraag 5, 6

Wat gaat u doen om onnodig lijden van nertsen te voorkomen aangezien onbetrouwbare concentraties gas of onjuist gebruik het dierenwelzijn ernstig kan aantasten en resulteren in minutenlange pijnlijke doodsstrijd? Acht u dit in strijd met de intrinsieke waarde van het dier zoals beoogd in de Wet dieren?

Hoe heeft u zich ervan verzekerd de afgelopen jaren dat gas op de juiste manier en in de juiste concentraties door de nertsenhouders is gebruikt?

Antwoord 5, 6

Alle nertsenhouders hebben een instructie en training gevolgd over het juiste gebruik van de gassen en de dodingsmethode. Zij hebben hier een getuigschrift van vakbekwaamheid voor ontvangen. In de periode 2006 t/m 2009 zijn door de NVWA in totaal 30 inspecties op het doden van nertsen uitgevoerd. Tijdens deze inspecties zijn geen overtredingen geconstateerd. Dit was voor de NVWA aanleiding om vanaf 2010 niet meer jaarlijks te inspecteren op het doden van nertsen. Vanaf 2016 voert NVWA tijdens de periode waarin de dieren worden gedood steekproefsgewijs controles uit.

Vraag 7

Bent u bereid alle nertsenhouders te beboeten die de afgelopen jaren niet gemeld hebben dat er geslacht ging worden, aangezien het is vast te stellen hoeveel dieren er op het bedrijf waren en of er al dan niet gemeld is?

Antwoord 7

Omdat er nog geen meldingssysteem was, zullen de nertsenhouders niet worden beboet voor het niet van tevoren melden van dieren die zijn gedood.

Vraag 8

Wat gaat u doen om de controle capaciteit van de NVWA (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit) op niveau te krijgen?

Antwoord 8

De werkzaamheden worden opgenomen in het Jaarplan 2016 van de NVWA.

Vraag 9

Welke NVWA kosten worden de nertsenhouders in rekening gebracht?

Antwoord 9

De kosten voor het toezicht op het doden van nertsen zijn niet retribueerbaar.

Vraag 10

Welke wetsartikelen zijn volgens de FVO overtreden?

Antwoord 10

Uit artikel 7, derde lid van EU-Verordening 1099/2009 vloeit voort dat nertsenhouders bij de bevoegde autoriteit moeten melden wanneer zij hun dieren doden. De FVO signaleert dat er geen systeem bestaat waarmee dergelijke meldingen kunnen worden gedaan.

Vraag 11

Hoeveel en welke controles zijn er de afgelopen jaren geweest bij nertsenhouders? Waarop is gecontroleerd? Betrof het aangekondigde of onaangekondigde controles? Hoe vaak wordt een gemiddelde nertsenhouderij bezocht door de NVWA? Hoeveel boetes zijn uitgedeeld en hoeveel waarschuwingen zijn gegeven?

Antwoord 11

De controles betreffen de vervoedering van dierlijke bijproducten aan nertsen, de huisvesting van nertsen en de inspecties in het kader van de Wet verbod pelsdierhouderij.

Tussen 2011 en 2013 zijn er 185 inspecties bij nertsenbedrijven uitgevoerd op het vervoederen van dierlijke bijproducten, het onthuiden van pelsdieren en het drogen van pelzen op nertsenhouderijen. Er zijn 2 schriftelijke waarschuwingen gegeven. In 2014 en 2015 heeft er een herprioritering van taken plaatsgevonden en zijn er, vanwege de hoge naleving, op dit onderdeel geen controles geweest.

De controles op de huisvesting (Verordening welzijnsnormen nertsen) zijn tot en met 2014 uitgevoerd door het productschap, waarbij alle bedrijven jaarlijks zijn gecontroleerd. Met ingang van 2015 vinden de inspecties op de welzijnsnormen plaats door de NVWA. In 2015 zijn 80 inspecties gepland.

Daarnaast zijn in 2013 en 2014 nagenoeg alle bedrijven bezocht in het kader van de Wet verbod pelsdierhouderij.

Vraag 12, 13

Welke sancties zijn opgelegd voor het niet melden van slachtingen? Welke sancties zijn opgelegd voor fouten bij het slachtproces? Welke sancties zijn er mogelijk voor deze zaken en op basis van welk wetsartikel kunnen deze worden opgelegd? Hoe hoog zijn de boetes?

Is het mogelijk nertsenhouderijen te sluiten voor het niet naleven van regels rondom de slacht? Wanneer is het mogelijk om nertsenhouderij te sluiten?

Antwoord 12, 13

Voor het niet melden van het doden van nertsen verwijs ik u naar het antwoord op vraag 7. Bij het niet of te laat melden en bij overtredingen bij het doden van de nertsen zijn bestuursrechtelijke maatregelen op basis van de Wet Dieren mogelijk, zoals het geven van een boete van € 1.500, het opleggen van een last onder dwangsom en indien nodig zelfs het sluiten van het bedrijf.

Vraag 14, 15

Op basis van welk artikel is vergassing met koolstofdioxide (CO2) toegestaan? Onder welke voorwaarden moet dit gebeuren?

Bent u bereid het doden van nertsen met koolstofdioxide te verbieden? Zo ja: per wanneer?

Antwoord 14, 15

In Verordening 1099/2009 zijn de toegelaten dodingsmethodes, en de daarbij in acht te nemen gebruiksvoorschriften en cruciale parameters vastgelegd.

Doding met koolstofdioxide is één van de toegelaten methodes.

Nederlandse nertsenhouders doden de dieren met koolstofmonoxide. Dit is eveneens een toegelaten methode. De gebruikte methode en de daarbij in acht te nemen procedures en parameters zijn door Wageningen UR ontwikkeld. De nertsenhouders hebben instructie en training ontvangen in het juiste en veilige gebruik. Conform artikel 7 lid 3 van de Verordening is hen een getuigschrift van vakbekwaamheid verleend.


X Noot
1

Europese kritiek op dodingsmethodes Nederlandse nertsenhouders http://www.bontvoordieren.nl/europese-kritiek-op-dodingsmethodes-nederlandse-nertsenhouders/

Naar boven