Vragen van het lid Van Nispen (SP) aan de Minister van Veiligheid en Justitie over het verrichten van gerechtelijke sectie bij zelfmoord (ingezonden 10 april 2015).

Antwoord van Minister Van der Steur (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 9 juni 2015). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2014–2015, nr. 2210.

Vraag 1, 2

Wat is uw reactie op de oproep van een forensisch patholoog dat bij elk overlijden waar een vermoeden is van zelfmoord er sectie verricht zou moeten worden?1

Wat is uw reactie op de uitspraak van dezelfde forensisch patholoog dat op dit moment heel wat zelfmoorden onterecht als dusdanig de boeken ingaan?2

Antwoord 1, 2

Ik heb kennisgenomen van de oproep van forensisch patholoog Van der Goot om bij elk overlijden met een vermoeden van zelfdoding sectie te verrichten. Ik heb daarbij ook kennisgenomen van zijn motivering dat hiermee bijvoorbeeld (eerder) erfelijke medische aandoeningen aan het licht kunnen komen en dat dit vanuit het oogpunt van de nabestaanden en vanuit verzekeringstechnisch oogpunt van belang is. In dit argument zit hem ook het onderscheid dat gemaakt wordt tussen klinische en forensische pathologie. Ik heb uw Kamer daar reeds per brief van 31 maart 20153 over bericht.

Vanuit mijn verantwoordelijkheid als Minister van Veiligheid en Justitie vind ik het van belang dat er sectie door de officier van justitie gevorderd wordt indien dit vanuit het strafrechtelijke belang noodzakelijk is.

Hiermee doe ik overigens niets af aan het eventuele klinisch medische belang waar de heer Van der Goot op wijst. Het is aan de behandelend arts om in samenspraak met de nabestaanden te besluiten of er tot nader (klinisch) pathologisch onderzoek, de obductie, wordt overgegaan.

Vraag 3

Klopt het dat deze secties uitgevoerd kunnen worden door klinisch pathologen die in ziekenhuizen werken?

Antwoord 3

In het artikel verwijst «deze secties» naar secties die de medische oorzaken van het overlijden moeten achterhalen, zoals erfelijke hartkwalen. Deze kunnen door klinisch pathologen worden uitgevoerd. Ingeval van vermoeden van een strafbaar feit dient een gerechtelijke sectie te worden uitgevoerd. Die kan alleen door forensisch pathologen worden uitgevoerd.

Vraag 4

Is in elk ziekenhuis een klinisch patholoog werkzaam? Zo nee, waarom niet? Hoeveel klinisch pathologen zijn er gemiddeld per ziekenhuis beschikbaar?

Antwoord 4

Niet aan ieder ziekenhuis is een klinisch patholoog verbonden. In een aantal gevallen zijn klinisch pathologen in ziekenhuis-overstijgende maatschappen georganiseerd. Binnen de klinische pathologie is het met het oog op de kwaliteit van zorgverlening bovendien gebruikelijk en wenselijk dat er voor deelspecialisatie gekozen wordt.

Ik merk op dat het verrichten van een obductie slechts een zeer klein deel van het werk van pathologen omvat.

Vraag 5, 6, 8

Onder welke omstandigheden wordt er op dit moment besloten om bij een vermoedelijke zelfmoord over te gaan tot sectie?

In hoeveel procent van de (vermoedelijke) zelfmoorden vindt er gerechtelijke sectie plaats?

Klopt het dat er in Nederland vrijwel nooit gerechtelijke secties plaatsvinden bij verdrinkingsslachtoffers? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat is daar de reden van? Kunt u in beide gevallen uw antwoord tevens cijfermatig toelichten?

Antwoord 5, 6, 8

De officier van justitie oordeelt per geval en op basis van het totale complex van feiten en omstandigheden. Ingeval van een vermoeden van een strafbaar feit zal nader onderzoek plaatsvinden, waarbij het gelasten van een gerechtelijke sectie mogelijk is.

Wanneer de lijkschouwer vaststelt dat er sprake is van een niet-natuurlijke dood, bekijkt de officier van justitie of er aanleiding is om de oorzaak die geleid heeft tot het niet-natuurlijke overlijden nader te laten onderzoeken. In het geval de oorzaak voor een niet-natuurlijk overlijden lijkt te zijn gelegen in een ongeluk of in zelfdoding, hetgeen wordt bevestigd door de omstandigheden en een verklaring van de lijkschouwer, dan zal de officier van justitie niet besluiten tot verder politieonderzoek en/of een sectie.

Deze keuze steunt dus niet alleen op de bevindingen en het schouwverslag van de lijkschouwer, maar ook op de bevindingen van het (technisch) onderzoek door de politie.

De officier van justitie streeft naar waarheidsvinding in het kader van een strafrechtelijk onderzoek. Hij handelt vanuit een strafrechtelijk belang.

Een antwoord op vraag 6 is derhalve niet te geven, omdat in het geval dat er geen strafrechtelijk belang aanwezig is, de officier van justitie geen gerechtelijke sectie zal gelasten.

Vraag 7, 9

Waarom worden er in België meer gerechtelijke secties dan in Nederland verricht in het geval van een ongeval of zelfmoord?4 Kunt u tevens aangeven in hoeveel procent van de (vermoedelijke) zelfmoorden men in België overgaat tot een gerechtelijke sectie?

Waarin zit nu precies het verschil tussen het Belgische en het Nederlandse beleid waar het gerechtelijke secties in geval van zelfmoorden of verdrinkingsslachtoffers betreft?

Antwoord 7, 9

Gerechtelijke secties worden in België uitgevoerd door (universitaire) ziekenhuizen, waarbij er geen dan wel een zeer beperkte gegevensuitwisseling onderling plaatsvindt. Ik beschik dan ook niet over een landelijk beeld in België.

Vraag 10

Wat is uw reactie op de ervaring van de betreffende forensisch patholoog dat hij van de 35 zelfdodingen die hij in 2014 onderzocht twee lichamen voor verder onderzoek naar het Nederlands Forensisch Instituut heeft gestuurd wegens een vermoeden van een strafbaar feit?5 Hoe staat dit voorts in verhouding tot uw uitspraak dat er volgens u geen aanknopingspunten zijn dat het Nederlandse systeem leidt tot het missen van strafbare feiten?6

Antwoord 10

Ik ben ermee bekend dat in één geval na een door de familie aangevraagde klinische obductie, er een aanvullende gerechtelijke sectie door het NFI heeft plaatsgevonden. Deze zaak is nog in onderzoek. Ik kan daarom niet bevestigen of hier ook daadwerkelijk sprake is van een strafbaar feit.

Vraag 11

Bent u bereid om te onderzoeken wat de ervaringen van andere pathologen zijn als het gaat om secties in geval van zelfmoorden en verdrinkingsslachtoffers? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 11

Zoals ik in mijn eerdergenoemde brief van 31 maart 20157 aan uw Kamer heb aangegeven ligt mijn verantwoordelijkheid ten aanzien van de geschetste problematiek in het belang voor de opsporing en vervolging. Derhalve zie ik geen reden om hier nader onderzoek naar te verrichten.

Voor wat betreft het klinisch medisch belang zie ik een rol van de medische sector zelf om dit in eigen kring meer onder de aandacht te brengen. Ik lees de oproep van de heer Van der Goot ook als een oproep aan de beroepsgroep zelf om te leren van iedere niet-natuurlijke dood, juist als daar geen aantoonbare strafrechtelijke aanleiding voor is.

Naar boven