Vragen van de leden Mohandis (PvdA) en Jaspervan Dijk (SP) aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht dat de Universiteit van Amsterdam (UvA) voornemens is om extra te bezuinigen op het onderwijs (ingezonden 16 april 2015).

Mededeling van Minister Bussemaker (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen 1 mei 2015).

Vraag 1

Bent u bekend met de berichten «De UvA heeft nog vele kopzorgen1 en «Bestuur UvA verder onder druk na aankondiging bezuinigingen»?2

Vraag 2

Klopt het dat de verliezen dit jaar 28 miljoen euro zullen bedragen en de komende jaren op zullen lopen tot ruim 83 miljoen euro? Zo ja, in hoeverre is dit tekort te wijten aan investeringen in nieuwe huisvesting en de kosten van afgesloten derivaten?

Vraag 3

Is het waar dat de slechte financiële vooruitzichten tot bezuinigingen op het primaire proces, het onderwijs, leiden?

Vraag 4

Herinnert u zich de uitspraak van voormalig UvA-bestuurder Paul Doop uit 2012, die stelde dat de universiteit «financieel zeer gezond» was en verantwoord omgaat met derivaten?

Vraag 5

Is het waar dat afgelopen jaar de derivaten portefeuille voor 46 miljoen euro onder water stond? Zo ja, zijn deze risico's destijds niet aan het licht gekomen in het onderzoek van de onderwijsinspectie?

Vraag 6

Kunt u inzichtelijk maken of er bij de UvA sprake is van ongedekte derivatencontracten en open posities?

Vraag 7

Is het huidige financiële toezicht van de onderwijsinspectie naar uw mening toereikend om problemen rondom derivaten tijdig te signaleren en te voorkomen?

Vraag 8

Geeft de financiële positie van de UvA reden om de universiteit onder aangepast financieel toezicht te plaatsen?

Vraag 9

Bent u voornemens om het gesprek aan het gaan met het College van Bestuur over de ontstane financiële situatie? Zo nee, waarom niet?

Mededeling

De afgelopen weken heb ik drie sets Kamervragen ontvangen over de Universiteit van Amsterdam (UvA):

  • Vragen van het lid Van Dijk (SP) over (financieel) wanbeleid van het CvB van de UvA (ingezonden 7 april, met kenmerk 2015Z06156);

  • Vragen van de leden Mohandis (PvdA) en Van Dijk (SP) over het bericht dat de UvA voornemens is om extra te bezuinigen op het onderwijs (ingezonden 16 april, met kenmerk 2015Z07010);

  • Vragen van het lid Van Dijk over de groeiende roep om het aftreden van het College van Bestuur van de UvA (ingezonden 16 april, met kenmerk 2015Z07001).

Vanwege de grote raakvlakken tussen deze drie sets met Kamervragen wil ik de beantwoording hiervan tegelijkertijd afdoen, zodat ik u in één keer volledig kan informeren. De antwoorden zullen in week 20 (uiterlijk woensdag 13 mei 2015) naar uw Kamer worden verstuurd, voor het debat over betere medezeggenschap en het behoud van unieke studies in de Geesteswetenschappen.

Naast bovengenoemde sets met Kamervragen heeft de regering ook vragen van de leden Van Dijk en Gesthuizen (SP) ontvangen over studenten in vreemdelingendetentie (ingezonden 20 april, met kenmerk 2015Z07201). Hierbij meld ik u dat beantwoording van deze vragen niet binnen de gestelde termijn van drie weken mogelijk is, vanwege een verwachte gerechtelijke uitspraak die bij de beantwoording zal worden betrokken.

Naar boven