Vragen van de leden Kuzu en Öztürk (beiden Groep Kuzu/Öztürk) aan de Ministers van
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Veiligheid en Justitie over de discriminerende
uitspraak van de burgemeester van Gilze-Rijen (ingezonden 1 april 2015).
Antwoord van Minister Plasterk (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) mede namens
de Minister van Veiligheid en Justitie (ontvangen 29 april 2015). Zie ook Aanhangsel
Handelingen, vergaderjaar 2014–2015, nr. 2056.
Vraag 1
Kent u het artikel «Turken boos op bedreigde burgemeester Gilze-Rijen»?1
Vraag 2, 3, 4 en 5
Wat vindt u van de uitspraak van burgemeester Boelhouwer «Ze weten allemaal, van één
tot 2.400 hoe ze aan hun geld komen. Legaal of illegaal. Dat weten ze alle 2.400 van
elkaar», waarmee hij refereert aan de 2.400 Nederlanders van Turkse afkomst in Gilze-Rijen?
Deelt u de opvatting dat dergelijke uitlatingen aantonen dat deze burgemeester de
situatie niet onder controle heeft? Zo ja, welke acties gaat u ondernemen om de controle
te herstellen in Gilze-Rijen? Zo nee, vindt u dan dergelijke discriminerende uitlatingen
een burgemeester waardig?
Bent u van mening dat deze burgemeester in strijd met de zorgvuldigheid – hij moet
alle burgers gelijk en met respect behandelen –, en betrouwbaarheid – burgers moeten
kunnen vertrouwen op de juistheid van de informatie van de burgemeester – heeft gehandeld?
Zo nee, vindt u dat hij volgens de burgemeesterscode handelt?
Bent u van mening dat ook het belang van de gemeente geschaad wordt omdat deze burgemeester
de indruk wekt dat het gemeentebestuur niet integer is of kan zijn door de aanwezigheid
van een Turks-Nederlands raadslid of van oud-bestuursleden van Turkse afkomst?
Antwoord 2, 3, 4, en 5
Tijdens het vragenuur op 31 maart jl heb ik mijn zorg met de Tweede Kamer gedeeld
dat er sprake is van ondermijnende activiteiten, maar daarbij gesteld dat de herkomst
van deze criminaliteit divers is. Soms komen die voort uit de vastgoedsector, soms
zijn ze drugsgerelateerd, soms betreft het motorbendes. Ik heb gesteld dat er daarmee
sprake is van diverse criminele achtergronden die het bestuur raken en kunnen ondermijnen.
Ik heb er voorts op gewezen dat we er niet van uit moeten gaan dat het in één hoek
te zoeken is en de problematiek dus over de volle breedte serieus moet worden opgepakt.
Burgemeester Boelhouwer verdient alle steun in zijn aanpak van de georganiseerde en
ondermijnende criminaliteit. Zoals mijn ambtgenoot van Veiligheid en Justitie uw Kamer
onlangs heeft laten weten2 staan hij en ik, vanuit mijn verantwoordelijkheid voor de integriteit van het bestuur,
daarom vierkant achter functionarissen binnen het openbaar bestuur die de georganiseerde
en ondermijnende criminaliteit bestrijden.
De burgemeester heeft inmiddels excuses aangeboden aan het bestuur van de moskee in
Rijen en tijdens een aparte bijeenkomst aan de Turkse gemeenschap. Deze excuses zijn
aanvaard. Ook heeft de burgemeester aan een voormalig wethouder/raadslid en een zittend
raadslid van Turkse afkomst aangegeven dat er geen aanwijzingen zijn dat beiden zich
in welke zin dan ook bij het uitoefenen van hun taak als volksvertegenwoordiger niet
integer hebben gedragen.
Ik ben van mening dat de burgemeester hiermee adequaat heeft gehandeld.
Vraag 6
Wat voor effect denkt u dat een dergelijke uiting heeft op de inwoners van Gilze-Rijen?
Wilt u met onderzoek en met aanbevelingen komen om het vertrouwen van de burger in
de (lokale) overheid te herstellen?
Antwoord 6
Als er sprake zou zijn van een noodzaak om vertrouwen te herstellen, is het in de
eerste plaats aan de burgemeester en het lokale bestuur om actie te ondernemen. Door
het aanvaarden van de excuses van de burgemeester is daartoe een belangrijke stap
gezet.
Vraag 7 en 8
Deelt u de mening dat deze burgemeester na dergelijke discriminerende uitlatingen
over een complete bevolkingsgroep niet kan functioneren als burgemeester? Zo ja, wanneer
wordt deze burgemeester op non- actief gesteld? Zo nee, waarom niet?
Bent u van mening dat deze burgemeester zo snel mogelijk af dient te treden en zijn
excuses aan dient te bieden gezien de schade die hij het ambt en de gemeente Gilze-Rijen
berokkent?
Antwoord 7 en 8
Een burgemeester is over zijn handelen in de eerste plaats verantwoording schuldig
aan de raad van zijn gemeente. De burgemeester heeft inmiddels zijn excuses aangeboden
voor zijn uitlatingen. Voorts heb ik vernomen dat het Volkskrantartikel aanleiding
is geweest voor een brede gedachtewisseling met de Turks-Rijense gemeenschap en dat
is afgesproken de dialoog in de nabije toekomst regelmatig voort te zetten.
Ik zie geen reden tot een nadere interventie met betrekking tot de positie van de
burgemeester.