Vragen van de leden Oskam en Van Toorenburg (beiden CDA) aan de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over het bericht «Kweekschool voor criminelen» (ingezonden 22 augustus 2014).

Antwoord van Staatssecretaris Teeven (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 6 oktober 2014). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2014–2015, nr. 32

Vraag 1

Hoe beoordeelt u de inhoud van het artikel «Kweekschool voor criminelen», waaruit blijkt dat een jeugdgevangenis met te weinig therapie een kweekschool is voor harde criminaliteit, mede in het licht van uw eerdere beoordeling dat «we anno 2014 er gewoon veel beter voorstaan met de kwaliteit»?1 2

Antwoord 1

Ik vind het artikel een onevenwichtig beeld schetsen van hetgeen in de Justitiële Jeugdinrichtingen (JJI’s) gebeurt. Er is wel degelijk sprake van begeleiding en behandeling. In antwoord op vragen van het lid Kooiman (SP) (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2013–2014, nr. 2983) eerder deze maand, over dit artikel, geef ik aan dat er de afgelopen jaren juist talrijke maatregelen zijn genomen om de behandeling en begeleiding in de JJI’s te verbeteren. Voorbeelden zijn de verkleining van de groepen, de hogere opleidingseisen voor pedagogische medewerkers en de gedragsinterventies.

In het artikel wordt expliciet verwezen naar JJI De Hartelborgt. De personeelsbezetting is bij deze JJI een aandachtpunt geweest. In antwoord op recente vragen van het lid Marcouch (PvdA) (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2014–2015, nr. 49) ben ik ingegaan op de personeelsbezetting bij JJI Hartelborgt naar aanleiding van doorlichtingsonderzoeken van de gezamenlijke inspecties3. In de brief van het Hoofd van de Inspectie Veiligheid en Justitie mede namens de Hoofdinspecteur van de Inspectie Jeugdzorg d.d. 7 april 2014 (www.ivenj.nl) staat benoemd dat het personeelstekort bij De Hartelborgt per 1 maart 2014 structureel is opgelost.

Vraag 2

Kunt u aangeven wat de redenen zijn achter het veronderstelde hoge ziekteverzuim van medewerkers binnen de Justitiële Jeugdinrichtingen (JJI’s)?

Antwoord 2

Executieve functies binnen DJI (en dus ook binnen JJI) worden gezien als substantieel bezwarende functies. In de JJI’s verblijft de zwaarste doelgroep jongeren in Nederland die veelal zware strafbare feiten hebben gepleegd. Het gaat hier om een groep jongeren met ernstige en meervoudige (gedrags)problematiek. Het merendeel van de JJI populatie heeft licht verstandelijke beperkingen, een slecht ontwikkeld probleembesef en geweten, psychische problemen en/of weinig sociale vaardigheden. Dat maakt dat de begeleiding van deze groep jongen een uitdaging en intensieve taak is voor begeleiders.

Door de beperkte instroom van jongeren in de afgelopen jaren is een groot aantal inrichtingen dan wel locaties van inrichtingen gesloten. Dit heeft bij het personeel tot onrust geleid. Ik heb echter geen aanwijzingen dat hierdoor het ziekteverzuim recent is toegenomen en evenmin dat de jeugdigen hierdoor te weinig behandeling of begeleiding krijgen.

Vraag 3

Kunt u meer inzicht geven in de gemiddelde ziekteverzuimpercentages binnen de JJI's in de periode tot en met juli 2014, uitgesplitst per JJI?

Antwoord 3

Hieronder staan de verzuimcijfers over de eerste acht maanden van 2014.

Er is een dalende lijn te zien in het ziekteverzuim over 2014. In de eerste vier maanden van 2014 lag het gemiddelde op 7,8%. Dit gemiddelde is gedaald naar 7,2%.

JJI

Arbeidsverzuim

 

Amsterbaken

8,6%

 

De Hartelborgt

8,7%

 

De Heuvelrug

9,5%

 

De Hunnerberg

4,9%

 

Den Hey-Acker

10,0%

 

Het Keerpunt

5,6%

 

Lelystad

6,2%

 

Juvaid*

7,5%

 

Teylingereind

4,1%

 

Gemiddeld

7,2%

 

* exclusief ondersteunende diensten

De verzuimcijfers lopen per inrichting redelijk uiteen. Dit heeft onder meer te maken met lokale omstandigheden waaronder de leeftijdsopbouw van het personeelsbestand en de diversiteit in kort, midden en lang ziekteverzuim. Daarbij komt dat de sluiting van JJI’s, het afstoten van locaties van inrichtingen en de reorganisatie tot onrust heeft geleid bij het JJI personeel.

De aanpak van het ziekteverzuim is binnen DJI een belangrijk aandachtspunt waarbij de focus ligt op preventief handelen. Oftewel niet pas in actie komen op het moment dat medewerkers zich ziek melden, maar kijken of dit voorkomen kan worden door binnen DJI te werken aan een zo gezond en veilig mogelijke werkplek voor iedereen. Hiervoor staan veel instrumenten ter beschikking, variërend van het functioneringsgesprek tot het frequent verzuimgesprek, van de fysieke vaardigheidstoets (FVT) tot het werken aan dossiervorming.

Vanaf voorjaar 2012 is ook gebruik gemaakt van verzuimcoaches en re-integratieadviseurs bij rijksinstellingen. Vanuit de sectordirectie JJI is in de vier maandelijkse P&C gesprekken de aanpak van het ziekteverzuim een terugkerend bespreekpunt.

Vraag 4

Klopt het dat de ziekteverzuim-streefnorm voor 2014 nog steeds 4,5% bedraagt? Hoe verhouden de resultaten uit de beantwoording op de vorige vraag zich tot deze streefnorm?3

Antwoord 4

Ja, de genoemde 4,5% is de Verbaannorm. Dit is een algemene norm die de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) hanteert waarbij slechts beperkt rekening gehouden is met substantiële bezwarende functies. Het is dan ook niet reëel om onderdelen waar veel executief personeel werkt strikt langs de Verbaannorm te meten. De sectorale streefnorm voor het ziekteverzuim ligt voor 2014 op 6,5%. Hierin zijn de substantieel bezwarende functies verdisconteerd. De hiervoor gepresenteerde tabel laat zien dat een aantal inrichtingen nog niet op het niveau van de sectorale streefnorm zit.

Vraag 5

Klopt het dat het gemiddelde ziekteverzuimpercentage 10,6% bedroeg in 2012 in plaats van de gestelde 8,5% en in 2013 tot en met juli van dat jaar 9,7% in plaats van de gestelde 7,5%?4

Antwoord 5

In het jaarplan 2012 was de streefnorm 8,5%. Het feitelijke verzuimpercentage in 2012 bedroeg 10,4%. In het jaarplan 2013 was de streefnorm 7,5%. Het feitelijke verzuimpercentage in 2013 bedroeg 8,9%. Medio 2013 is een tussenbalans opgemaakt en bedroeg het verzuimpercentage 9,7%. Het ziekteverzuim bij de JJI’s vertoont sinds 2012 een dalende lijn. De streefnorm voor 2014 ligt op 6,5%. In de eerste vier maanden van 2014 lag het verzuim gemiddeld op 7,8%, dit is gedaald naar gemiddeld 7,2% tot en met augustus 2014.

Vraag 6

Kunt u aangeven wat de ziekteverzuimpercentages bedragen van de overige organisatieonderdelen binnen DJI (Gevangeniswezen, Directie Forensische Zorg, Directie Bijzondere Voorzieningen, Landelijke Diensten, Hoofdkantoor DJI) tot en met juli 2014?

Antwoord 6

Informatie over de afgelopen jaren staan in de DJI jaarverslagen op www.dji.nl.

Hieronder staan de verzuimcijfers over de eerste acht maanden van 2014.

DJI onderdeel

Arbeidsverzuim

 

JJI

7,2%

 

DBV

6,1%

 

Forzo*

6,0%

 

GW

7,2%

 

Landelijke diensten

5,0%

 

Hoofdkantoor DJI

5,3%

 

* exclusief particuliere instellingen

Vraag 7

Klopt het dat bij De Hartelborght in Spijkernisse één op de vijf groepsleiders thuis zit en soms hele teams tegelijkertijd zijn uitgeschakeld? Deelt u de mening dat dit niet alleen heel vervelend is voor de medewerkers zelf, maar dat dergelijke situaties ook nadelig zijn voor de behandeling van de jongeren en daarmee samenhangend een negatieve invloed kunnen hebben op de veiligheid van de samenleving als geheel?

Antwoord 7

Nee, de beweringen over De Hartelborgt herken ik niet. Ik verwijs hierbij naar mijn antwoord op vraag 1 voor wat betreft JJI De Hartelborgt. De re-integratie activiteiten (zoals verlof) en het activiteiten/dagprogramma zijn vaste onderdelen in het toetsingskader van de Inspecties. De recente doorlichtingen van de Inspecties tonen aan dat het kwaliteitsniveau van de sanctietoepassing in de JJI’s op orde is.

Vraag 8

Kunt u, als het Medewerkerstevredenheidsonderzoek (MTO) binnen DJI voor 2014 al heeft plaatsgevonden, de resultaten hiervan doen toekomen aan de Kamer? Kunt u voorts in de beantwoording van deze vragen aangeven wat de uitkomsten zijn van de beoordeling van medewerkers ten aanzien van het gevoerde ziekteverzuimbeleid binnen de JJI’s?

Antwoord 8

Het medewerkerstevredenheidsonderzoek (MTO) van DJI vindt plaats in de periode april 2014 tot en met het voorjaar van 2015. Voor de rijks JJI’s is de afname van het MTO gepland in het voorjaar van 2015. De bevindingen zijn voor intern gebruik en leiden indien nog tot aanpassingen van het gevoerde ziekteverzuimbeleid binnen de JJI’s.

Vraag 9

Kunt u meer inzicht geven waarom de afgelopen jaar de gestelde normen ten aanzien van het ziekteverzuimpercentage binnen de JJI's niet gehaald zijn?

Antwoord 9

Zie het antwoord op vraag 2.

Vraag 10

Hoe beoordeelt u de werking van het «Eigen Regiemodel» dat ziekteverzuim moet terugdringen en hoe wordt dit programma ervaren door leidinggevenden zelf?

Antwoord 10

Het «Eigen Regiemodel» betreft een vorm die in de praktijk zijn meerwaarde bewijst op het moment dat leidinggevenden de rol van «casemanager» op de juiste manier oppakken. Aandacht en sturing in combinatie met de benodigde begeleiding heeft ook geleid tot een daling van het verzuim in de periode 2012–2013.

Vraag 11

Welke instrumenten, behalve de Fysieke Vaardigheids Toets en functioneringsgesprekken, zijn er nog meer voorhanden binnen de JJI’s om preventieve maatregelen te nemen tegen ziekteverzuim?

Antwoord 11

Zie het antwoord op vraag 3.

Vraag 12

In hoeverre heeft onrust over reorganisaties binnen DJI (sluitingen en reductie van personeel) zijn weerslag op het ziekteverzuim binnen het gevangeniswezen in het algemeen en meer specifiek op de jeugdgevangenissen?

Antwoord 12

Door de beperkte instroom van jongeren in de afgelopen jaren moest een groot aantal JJI’s dan wel locaties van inrichtingen gesloten worden. Dit heeft bij het JJI personeel tot onrust geleid. Dankzij een goede begeleiding en veel eigen initiatief heeft het merendeel van de medewerkers een andere baan kunnen vinden. Afgaande op de verschillende rapporten, die de inspecties in de afgelopen jaren over de JJI’s hebben gepubliceerd, heeft de sluiting niet tot kwaliteitsverlies geleid. Zie verder het antwoord op vraag 2 en 4.

Vraag 13

Op welke onderdelen en streefnormen werd gedoeld met de opmerking in het jaarplan 2014 dat DJI door de reorganisaties verwacht dat «de gestelde norm niet op alle onderdelen wordt gehaald?»5

Antwoord 13

Deze opmerking is in het algemeen gemaakt voor DJI. Er wordt gedoeld op die onderdelen die rechtstreeks te maken hebben met reorganisatie/sluiting en er wordt gedoeld op de Verbaannorm.

Vraag 14

In hoeverre is de verwachting zoals beschreven in de vorige vraag tot nu toe realiteit geworden, gemeten tot en met juli 2014?

Antwoord 14

Deze verwachting is bij een aantal inrichtingen realiteit geworden, gemeten tot en met juli 2014. Bij een aantal inrichtingen DJI breed, die gesloten of gereorganiseerd wordt, is de Verbaannorm niet gerealiseerd.

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Marcouch, ingezonden 18 augustus 2014 (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2014–2015, nr. 49) en van het lid Kooiman (SP), ingezonden 20 augustus 2014 (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2013–2014, nr. 2983)


X Noot
1

«Kweekschool voor criminelen», Algemeen Dagblad, maandag 18 augustus 2014

X Noot
2

Algemeen overleg over Justitiële Jeugdinrichtingen op 2 juli 2014

X Noot
3

Kamerstuk 24 587, nr. 603

Naar boven