Vragen van het lid Helder (PVV) aan de Minister van Veiligheid en Justitie over het bericht «Samenleving elk jaar voor 30 miljard getild» (ingezonden 22 augustus 2014).

Antwoord van Minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 29 september 2014) Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2014–2015, nr. 28

Vraag 1

Kent u het bericht «Samenleving elk jaar voor 30 miljard getild» en klopt hetgeen hierin wordt vermeld?1

Antwoord 1

Ja, het bericht ken ik. Ervaringen van diverse onderzoekers in Nederland en in het buitenland leren dat van de totale omvang van fraude hoogstens een zeer globale inschatting gemaakt kan worden en dat deze inschattingen zeer uiteenlopen. Het onderzoek waar het artikel naar verwijst, bestaat uit een optelsom van allerlei nationale en internationale onderzoeken die soms zeer grove schattingen en grote bandbreedtes geven. Het bedrag van 30 miljard kan ik dan ook niet bevestigen.

Vraag 2, 3, 4 en 5

Deelt u de mening dat fraude, in welke vorm dan ook, nooit mag lonen en altijd keihard aangepakt moet worden? Zo nee, waarom niet?

Bent u bereid maatregelen te treffen teneinde ervoor te zorgen dat fraude nooit zal lonen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke maatregelen?

Deelt u de mening dat de pakkans van fraudeurs omhoog moet? Zo nee, waarom niet?

Bent u bereid maatregelen te treffen om de pakkans van fraudeurs te vergroten? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke maatregelen?

Antwoord 2, 3, 4 en 5

Het kabinet acht het voorkomen en bestrijden van fraude van groot belang, evenals het terughalen en afpakken van onrechtmatig of anderszins ten onrechte ontvangen overheidsgelden en langs criminele weg verkregen vermogen. Het kabinet zet daarom in op een rijksbrede en programmatische aanpak van fraude. Het actieplan van het Kabinet tegen fraude heb ik uw Kamer gestuurd bij brief van 20 december 20132 en is aan de orde geweest tijdens het debat met uw Kamer over fraude in Nederland op 15 mei jongstleden. De aanpak richt zich onder meer op het fraudebestendiger maken van wet- en regelgeving en systemen, een krachtdadige aanpak van fraudeurs, het verhogen van de pakkans en het afpakken van frauduleus verkregen gelden. Het kabinet zal uw Kamer voor het einde van dit jaar een voortgangsrapportage sturen over de rijksbrede aanpak van fraude.

Vraag 6

Bent u van mening dat indien de in het betreffende artikel vermelde vormen van fraude keihard aangepakt zouden worden, in één klap alle andere bezuinigen op veiligheid onnodig zouden worden en er juist geïnvesteerd zou kunnen worden in veiligheid? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 6

Ik verwijs naar mijn antwoord op vraag 1. De aanpak van fraude brengt kosten en baten met zich mee. De baten vallen niet vanzelfsprekend toe aan dezelfde partijen die de kosten maken. Baten zoals versterking van het vertrouwen in de overheid, het handelsverkeer en financiële instellingen zijn bovendien lang niet altijd te kwantificeren in financiële zin. Om deze redenen kan een kosten-batenbenadering niet doorslaggevend zijn bij het vormgeven van de fraude-aanpak. Het voorkomen en bestrijden van fraude dient een breder doel, namelijk het handhaven van de norm dat fraude niet acceptabel is en het optreden tegen personen die zich niet aan de gestelde normen houden. Dit is van groot belang voor het vertrouwen in de rechtsstaat en om het draagvlak bij burgers voor collectieve voorzieningen te behouden.


X Noot
1

«Samenleving elk jaar voor 30 miljard getild», Metro d.d. 21 augustus 2014

X Noot
2

Kamerstuk 17 050, nr. 450

Naar boven