Vragen van het lid Bruins Slot (CDA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de uitzending Beschadigd (ingezonden 13 februari 2015).

Mededeling van Minister Schippers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 4 maart 2015).

Vraag 1

Heeft u de eerste uitzending van «Beschadigd» gezien? Zo ja, wat vindt u hiervan?1

Vraag 2

Hoeveel mensen in Nederland, en van welke leeftijd, beschadigen zichzelf? Hoeveel van die mensen zoeken hulp bij professionele zorgverleners?

Vraag 3

Welke vormen van behandeling bij zelfbeschadiging c.q. gespecialiseerde instellingen zijn er in Nederland?

Vraag 4

Wat vindt u van de negatieve ervaringen van patiënten met zelfbeschadiging die op de Eerste Hulp terechtkomen?

Vraag 5

Deelt u de mening dat de eerste opvang op de Eerste Hulp van ziekenhuizen en huisartsenpost voor elke patiënt gelijkwaardig moet zijn? Zo nee, waarom niet?

Vraag 6

Wat vindt u ervan dat patiënten aangeven onverdoofd gehecht te zijn, en dat dit vaak om grote wonden gaat? Is dit in overeenstemming met de richtlijnen die artsen hiervoor hebben vastgesteld? Op welke wijze houdt de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) hier toezicht op?

Vraag 7

Wat vindt u van het feit dat deze patiënten na afloop geen klacht in durven dienen bij het ziekenhuis?

Vraag 8

Deelt u de in de uitzending uitgesproken zienswijze over handelingsverlegenheid» van medewerkers? Wat kunt u doen om deze handelingsverlegenheid te verbeteren?

Vraag 9

Op welke wijze kan de kennis over en aandacht voor mensen die met zelfbeschadiging op de Eerste Hulp voor hulp komen worden verbeterd? Bent u bereid hierover met de vertegenwoordigers van de ziekenhuizen in gesprek te gaan?

Vraag 10

Op welke wijze kunnen mensen die aan zelfbeschadiging doen door de spoedeisende hulp beter naar achterliggende hulpverlening worden geholpen?

Vraag 11

Bent u van mening dat er in opleidingen van medisch personeel (van verpleegkundigen tot artsen) die later werkzaam zullen zijn op Eerste Hulpposten of huisartsenposten voldoende aandacht en kennis voorhanden is om patiënten met een GGZ-problematiek (specifiek: automutilatie) goed te helpen?

Vraag 12

Als u van mening bent dat er in de opleidingen meer aandacht moeten komen voor patiënten met een GGZ-problematiek op eerste hulpposten en huisartsenposten, wat kunt u hier concreet aan doen?

Vraag 13

Bent u bekend met het feit dat mensen die zichzelf beschadigen binnen een behandelrelatie met een zorgverlener soms een contract moeten tekenen zichzelf niet te beschadigen en als zij dit wel doen zij een soort van strafmaatregel krijgen? Wat vindt u hiervan?

Vraag 14

Heeft u er zicht op hoeveel van dit soort contracten (zie vraag 13) er afgesloten zijn, en hoe vaak zorgverleners dit instrument gebruiken? Is dit een normale handelwijze in de geestelijke gezondheidszorg?

Vraag 15

Deelt u de mening dat het afsluiten van dit soort «niet-beschadigingscontracten» gezondheids- en veiligheidsrisico’s voor de patiënt met zich mee kan brengen, en dus contraproductief kan werken? Zo nee, waarom niet?

Mededeling

De vragen van het Kamerlid Bruins Slot (CDA) over de uitzending Beschadigd (2015Z02676) kunnen tot mijn spijt niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord.

De reden van het uitstel is, dat het opvragen van nadere informatie meer tijd vergt.

Ik zal u zo spoedig mogelijk de antwoorden op de kamervragen doen toekomen.


X Noot
1

NPO 3, donderdag, 12 februari 2015

Naar boven