Aanhangsel van de Handelingen
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2014-2015 | 1358 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2014-2015 | 1358 |
Bent u bekend met het bericht «Partos verzoekt bij Belastingdienst juiste toepassing BTW resolutie», waarin staat dat het besluit BTW-283 over teruggaaf van de voorheffing niet juist wordt toegepast?1
Voor wie is de toepassing van deze resolutie bedoeld en onder welke omstandigheden kan deze in de praktijk worden toegepast?
Op basis van welke voorwaarden toetst de Belastingdienst of de resolutie van toepassing is?
Op basis van de resolutie BTW-283 (hierna: BTW-283) kunnen Nederlandse hulporganisaties op het gebied van ontwikkelingssamenwerking die projecten uitvoeren in ontwikkelingslanden in aanmerking komen voor toepassing van het btw-nultarief. Het moet daarbij gaan om diensten die aan het Ministerie van Buitenlandse Zaken (of een ander departement of een andere Nederlandse organisatie) tegen vergoeding worden verricht, waarbij de opdrachtnemer die diensten als btw-ondernemer verricht. Wanneer op die diensten het nultarief van toepassing is komt de btw die aan de opdrachtnemende hulporganisatie in rekening is gebracht en die betrekking heeft op die verrichte diensten (de voorbelasting) voor aftrek in aanmerking. Het gaat hierbij om diensten die voor de btw-heffing in Nederland plaatsvinden en niet om diensten die voor de btw-heffing in andere landen plaatsvinden (zoals bepaalde diensten aan onroerende zaken als die onroerende zaken zich niet in Nederland bevinden).
Om op grond van BTW-283 aan toepassing van het nultarief toe te kunnen komen moet de hulporganisatie voor het verrichten van de betreffende diensten de status van btw-ondernemer hebben. Een hulporganisatie die voor de btw-heffing geen ondernemer is kan dan ook niet in aanmerking komen voor de toepassing van het nultarief en heeft geen recht op aftrek van btw.
Bent u bekend met het verschil in interpretatie door belastinginspecteurs van de eis op ondernemerschap voor organisaties die in ontwikkelingslanden projecten realiseren in opdracht van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (of andere ministeries of organisaties, zoals in 1999 door het Ministerie van Financiën is goedgekeurd), waardoor sommige organisaties wel en andere organisaties geen gebruik kunnen maken van de resolutie BTW-283?
Deelt u de mening dat gelden die op grond van het medefinancieringsstelsel (MFS) door het Ministerie van Buitenlandse Zaken worden verstrekt en door een NGO worden aanvaard, een opdracht van het Ministerie van Buitenlandse Zaken aan de desbetreffende NGO is, die onder de gestelde verplichtingen moet worden uitgevoerd om de financiering te ontvangen? Zo nee, waarom niet?
Deelt u de mening dat projecten gefinancierd onder MFS worden uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, voldoen aan de criteria van de resolutie BTW-283 en daarmee tegen 0% omzetbelasting belastbaar zijn?
Evenals bij andere subsidies moet ook ten aanzien van subsidies die worden verstrekt in het kader van het MFS per geval worden beoordeeld of deze subsidies kwalificeren als een vergoeding in de zin van de btw. Alleen in dat geval kan sprake zijn van diensten in de zin van de btw die aan het Ministerie van Buitenlandse Zaken (of andere departementen) worden verleend. Hiervan is sprake als partijen een rechtsbetrekking zijn aangegaan op basis waarvan over en weer prestaties worden uitgewisseld en de door de dienstverrichter ontvangen subsidie de werkelijke tegenwaarde vormt voor de aan het departement verleende dienst. Of dat zo is, is mede afhankelijk van de omstandigheden (zoals de voorwaarden) waaronder de subsidie wordt verstrekt. Is dat niet het geval en wordt de subsidie in het algemeen belang verstrekt zonder dat sprake is van verbruik door het desbetreffende departement, dan is de subsidie niet belast met btw. In die situatie is BTW-283 niet van toepassing.
Indien uw antwoord op vraag 6 bevestigend luidt, deelt u de mening dat de omzetbelasting op kosten die rechtstreeks samenhangen met projecten die onder MFS worden uitgevoerd, ook door de NGO kunnen worden afgetrokken?
Indien een subsidie die onder het MFS wordt verstrekt kan worden aangemerkt als een vergoeding voor een dienst in de zin van de btw, komt de aan de NGO voor het verrichten van die dienst toerekenbare btw voor aftrek in aanmerking.
Indien uw antwoord op vraag 6 en/of 7 ontkennend luidt, deelt u dan de mening dat er een ongewenste en niet bedoelde omzetbelastingdruk ontstaat op projecten die volledig ten goede komen aan de bevolking in ontwikkelingslanden, en dat het budget voor ontwikkelingshulp daardoor ongewenst wordt afgeroomd? Zo ja, wat gaat u hieraan doen?
Wanneer een hulporganisatie de aan haar berekende btw niet in aftrek kan brengen vermindert dat de beschikbare financiële ruimte van die hulporganisatie. Dit gevolg vloeit voort uit de (Europese en nationale) btw wet- en regelgeving, waarin het recht op aftrek is gekoppeld aan het verrichten van btw-belaste prestaties door ondernemers. De Europese btw-richtlijn, waarop de Nederlandse wetgeving is gebaseerd, staat niet toe dat teruggaaf van btw plaatsvindt aan niet-ondernemers.
Partos verzoekt bij Belastingdienst juiste toepassing BTW resolutie, 20 januari 2015 https://partos.nl/actueel/nieuws/partos-verzoekt-bij-belastingdienst-juiste-toepassing-btw-resolutie
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-1358.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.