Vragen van het lid Siderius (SP) aan de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de begeleiding van pleegouders in de Jeugdwet (ingezonden 20 januari 2015).

Antwoord van Staatssecretaris Van Rijn (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 10 februari 2015).

Vraag 1, 2

Is u bekend dat er enige onduidelijkheid is over een passage in de Jeugdwet, waarin een scheiding wordt gemaakt in het begeleiden van pleegouders binnen dezelfde pleegzorgorganisatie, waardoor ervaren pleegouders mogelijk geen aspirant pleegouders kunnen begeleiden wanneer zij zelf pleegouder zijn bij deze organisatie? Zo ja, wat is de reden dat deze scheiding in de Jeugdwet is opgenomen?1 2

Kunt u toelichten wat er precies wordt bedoeld met de woorden «belast met begeleiding»? Valt hieronder ook de situatie dat ervaren pleegouders aspirant pleegouders wegwijs maken in de pleegzorg? Op welke frequentie en duur van begeleiding doelt dit wetsartikel precies?3 4

Antwoord 1, 2

Het is mij bekend dat er in de praktijk onduidelijkheid bestaat over artikel 5.1, eerste lid, onderdeel b, van de Jeugdwet. Dit artikel belemmert dat een medewerker van een pleegzorgaanbieder die is belast met de begeleiding van pleegouders (hierna: pleegzorgbegeleider) tegelijkertijd pleegouder kan zijn bij dezelfde pleegzorgaanbieder. Hiermee wordt voorkomen dat een pleegouder pleegzorgbegeleiding ontvangt van een collega, waarbij onwenselijke belangenverstrengeling zou ontstaan. Iedere pleegouder ontvangt namelijk begeleiding van een pleegzorgaanbieder (zie ook artikel 5.2, eerste lid, Jeugdwet). Het is overigens wel mogelijk dat een pleegzorgbegeleider pleegouder is bij een andere pleegzorgaanbieder. De Jeugdwet belemmert niet dat pleegouders elkaar onderling begeleiden.

Ik begrijp dat er met de woorden «belast met begeleiding» enige onduidelijkheid is ontstaan over de vraag of ervaren pleegouders andere (aspirant-)pleegouders mogen ondersteunen in die zin dat zij die pleegouders wegwijs maken in de pleegzorg. Artikel 5.1, eerste lid, onderdeel b, vormt echter geen belemmering voor initiatieven waarbij pleegouders andere (aspirant-)pleegouders ondersteunen. Zij werken ten slotte niet als pleegzorgbegeleider voor de pleegzorgaanbieder. Integendeel, ik juich initiatieven waarbij pleegouders andere (apirant-)pleegouders ondersteuning bieden door bijvoorbeeld coaching en intervisie van harte toe.

Om verdere onduidelijkheid te voorkomen zal ik Jeugdzorg Nederland over de werking van artikel 5.1, eerste lid, onderdeel b, van de Jeugdwet informeren en haar vragen deze informatie te verspreiden onder haar leden.

Vraag 3

Kunt u toelichten in hoeverre het risico bestaat dat een verzameling pleegouders zich onder een corporatie afscheidt van een zorgaanbieder, waardoor de mogelijkheid van begeleiding van ervaren pleegouders aan aspirant pleegouders bij dezelfde zorgaanbieder mogelijk blijft? Acht u dit een wenselijke ontwikkeling?

Antwoord 3

Zoals ik u in mijn antwoord hierboven heb aangegeven, belemmert artikel 5.1, eerste lid, onderdeel b, van de Jeugdwet niet dat pleegouders ondersteuning bieden aan (aspirant-)pleegouders. Zij kunnen voor dezelfde pleegzorgaanbieder alleen niet betrokken zijn bij pleegouders in de hoedanigheid van pleegzorgbegeleider. Daarom is het niet nodig dat pleegouders zich verenigen in een corporatie om de ondersteuning aan elkaar in stand te kunnen houden.

Indien pleegouders zich alsnog willen verenigen in een corporatie dan acht ik dat op zich niet onwenselijk. Naast deze samenwerking blijft de pleegzorgbegeleiding vanuit de pleegzorgaanbieder bestaan.

Vraag 4

Verhindert dit artikel dat kwalitatief goede pleegouders, die een actieve plaatsing hebben bij dezelfde zorgaanbieder, ook pleegzorgbegeleider kunnen worden? Zo ja, acht u het niet juist wenselijk dat expertise met betrekking tot de pleegzorg binnen een zorgaanbieder kan worden overgedragen?

Antwoord 4

Pleegouders kunnen ondersteuning bieden aan andere (aspirant-)pleegouders bij dezelfde pleegzorgaanbieder. Daarmee kunnen pleegouders hun expertise gebruiken om andere (aspirant-)pleegouders te ondersteunen.

Zoals ik in mijn eerdere antwoord ook heb aangegeven, is het echter niet mogelijk dat een pleegouder tevens een pleegzorgbegeleider is bij dezelfde pleegzorgaanbieder. Dit moet juist voorkomen worden omdat die pleegouder dan begeleid zou worden door een collega.


X Noot
1

artikel 5.1. 1b van de Jeugdwet

X Noot
2

Kamerstuk 33 684, nr. 3

X Noot
3

artikel 5.1. 1b van de Jeugdwet

X Noot
4

Kamerstuk 33 684, nr. 3

Naar boven