Vragen van de leden Kerstens en Tanamal (beiden PvdA) aan de Ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht «Zorgbestuurder vangt twee ton voor maand werk» (ingezonden 19 december 2014).

Antwoord van Minister Plassterk (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties), mede namens de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (ontvangen 4 februari 2015) Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2014–2015, nr. 978

Vraag 1

Kent u het bericht «Zorgbestuurder vangt twee ton voor maand werk»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Is het waar dat deze zorgbestuurder € 199.732 heeft ontvangen voor één maand arbeid en een paar losse projecten in 2013? Zo ja, hoe verhoudt deze buitensporige beloning zich tot de Wet normering topinkomens (WNT)?

Antwoord 2

Nee, dat is niet waar. De inkomensgegevens van zorgbestuurders zijn te vinden op www.jaarverslagenzorg.nl. Daaruit blijkt dat de betrokken zorgbestuurder in 2013 een bedrag van € 151.963 heeft ontvangen. Dit betreft de optelsom van zijn beloning plus de belastbare onkostenvergoedingen. De normering grijpt echter aan bij het begrip «bezoldiging». Tot de bezoldiging moeten ook de beloningen betaalbaar op termijn, waaronder de werkgeversbijdrage pensioen, worden gerekend. De totale bezoldiging van betrokkene bedroeg in 2013 € 181.722. Betrokkene is tot 1 februari 2013 voorzitter van de Raad van Bestuur geweest. Volgens informatie verstrekt door de Raad van Toezicht, is betrokkene daarna in dienst gebleven en heeft hij werkzaamheden verricht met een substantieel tijdsbeslag. Per 1 februari 2013 wordt betrokkene als gewezen topfunctionaris aangemerkt. De bezoldiging van gewezen topfunctionarissen wordt niet door de WNT genormeerd, maar moet wel worden verantwoord. Alleen de bezoldiging voor de maand januari 2013 wordt dus door de WNT genormeerd (zie ook het antwoord op vraag 5).

Vraag 3

Deelt u de mening dat betalingen aan bestuurders als deze schade toebrengen aan de GGZ-sector en volledig in strijd zijn met de maatschappelijke en politieke wens om inkomens – betaald van publiek geld – te matigen en te normeren? Bent u bereid bestuurder en instelling in kwestie individueel aan te spreken op dit laakbaar gedrag?

Antwoord 3

Zie het antwoord op vraag 2; de situatie zoals u die weergeeft in vraag 2, is niet aan de orde.

Vraag 4

Deelt u de mening dat bestuurders die dergelijke salarissen wensen te verdienen niet thuishoren in deze sector?

Antwoord 4

Zie het antwoord op vraag 3.

Vraag 5

Valt de functie waarin de betreffende persoon na januari 2013 werkzaamheden uitvoerde ook onder het begrip topfunctionaris, zoals bedoeld in de WNT? Zo ja, welke handhavingsmaatregelen heeft u in deze casus ondernomen? Zo nee, waarom heeft u geen maatregelen genomen?

Antwoord 5

Nee. Nadat betrokkene zijn bestuursfunctie heeft neergelegd (i.c. per eind januari), kwalificeert hij niet langer als topfunctionaris, maar als gewezen topfunctionaris.

Zolang de gewezen topfunctionaris werkzaam blijft bij dezelfde instelling moeten de bezoldigingsgegevens op grond van de WNT openbaar gemaakt worden.

Vraag 6

Deelt u de mening dat de beloning in deze casus niet in verhouding staat tot de verrichte werkzaamheden, dit mede in relatie tot het bestuurlijk akkoord in de GGZ-sector dat ziet op doelmatigheid, beddenreductie en beperkte uitgavengroei?

Antwoord 6

Op basis van het bericht is het niet mogelijk om een oordeel te vormen over de hoogte van de beloning in verhouding tot de functiezwaarte van deze gewezen topfunctionaris. Uit de jaarstukken en uit het door u aangehaalde bericht blijkt wel dat betrokkene het hele jaar 2013 werkzaamheden heeft verricht.

Vraag 7

In welke klasse (artikel 3, Regeling bezoldigingsmaxima topfunctionarissen zorg- en welzijnssector) valt betreffende zorginstelling?

Antwoord 7

Het gaat hier om het jaarverslag over 2013. En in 2013 gold er nog geen gestaffelde normering naar indelingsklasse, maar de algemene wettelijke bezoldigingsnorm.

Vraag 8

Betreft het in deze casus een interim-bestuurder of een bestuurder die ook in 2012 in dienst was van deze GGZ-instelling?

Antwoord 8

Blijkens de jaarstukken was betrokkene 26 jaar werkzaam als bestuurder in de geestelijke gezondheidszorg waarvan ruim 17 jaar binnen hun groep. Vanaf 1 februari 2013 maakte hij geen deel meer uit van de Raad van Bestuur.

Vraag 9

Wanneer stuurt u de algemene maatregel van bestuur over de normering van interim-bestuurders naar de Kamer? Kunt u de Kamer garanderen dat deze amvb zo snel als mogelijk naar de Kamer zal worden gezonden? Deelt u de mening dat voorbeelden als deze tot grote haast met deze amvb noodzaken?

Antwoord 9

De desbetreffende algemene maatregel van bestuur wordt thans voorbereid en zal volgens de planning in medio 2015 in ontwerp kunnen worden vastgesteld. Daarover zal ik dan ook de Kamer informeren. In de onderhavige casus gaat het evenwel niet om een interim-bestuurder maar om een gewezen topfunctionaris.

Vraag 10

Valt betreffende zorgbestuurder onder het overgangsrecht uit de WNT?

Antwoord 10

Zoals gezegd, golden in 2013 in de zorg nog geen gestaffelde normen maar alleen de algemene wettelijke bezoldigingsnorm. Deze WNT-norm is door betrokkene in 2013 niet overschreden. Dus is er ook geen sprake van overgangsrecht. Overigens gold die normering alleen voor de maand januari 2013 waarin hij nog als bestuurder werkzaam was.

Vraag 11

Is het met een beroep op het overgangsrecht toegestaan om bestuurders uit te betalen terwijl daar geen feitelijke werkzaamheden tegenover staan?

Antwoord 11

Voor zover er vóór inwerkingtreding van de WNT afspraken zijn gemaakt over de wijze van beëindiging van een dienstverband van een bestuurder is dit op grond van het overgangsrecht toegestaan. In deze casus is er evenwel geen sprake van de beëindiging van een dienstverband maar van een andere functievervulling.

Vraag 12

Zijn er juridische mogelijkheden om (een deel van) dit bedrag terug te vorderen van bestuurder in kwestie? Zo ja, bent u bereid deze ten volle te benutten?

Antwoord 12

Volgens de gegevens van het Ministerie van VWS is in dit geval geen sprake van een overtreding van de WNT. Dus is er ook geen sprake van een juridische titel voor een terugvordering van betaalde bedragen.

Vraag 13

Welk salaris ontving deze bestuurder (tot op heden) in 2014?

Antwoord 13

Dat moet blijken uit het jaarverslag 2014. Dat moet uiterlijk in juli 2015 worden aangeleverd.


X Noot
1

RTLnieuws.nl, 16 december 2014.

Naar boven