Vragen van de leden Van Klaveren en Bontes (beiden Groep Bontes/Van Klaveren) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de gevaarlijke uitspraak van het Hof van Justitie van de EU dat Hamas van de terreurlijst af moet (ingezonden 18 december 2014).

Antwoord van Minister Koenders (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 14 januari 2015).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Hof van Justitie EU bepaalt dat Hamas van terreurlijst moet»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2 t/m 5

Deelt u de verbijstering dat het Hof tot zo'n bizarre uitspraak is gekomen? Zo neen, waarom niet?

Welke exacte gevolgen heeft het dat de islamitische terroristen van Hamas niet langer beschouwd zullen worden als terreurgroep? Graag een zo breed mogelijk overzicht van zaken (o.a. juridisch en financieel) die daardoor veranderen.

Welke stappen (o.a. in internationaal opzicht) bent u voornemens te zetten om ervoor te zorgen dat Hamas gewoon op de terreurlijst blijft staan?

Bent u bereid u zeer expliciet uit te spreken tegen deze gevaarlijke uitspraak van het Hof? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 2 t/m 5

Het gaat om een arrest van het Gerecht van de Europese Unie. Het Gerecht is de eerste rechterlijke instantie in een vernietigingsprocedure tegen een plaatsing op de EU-terrorismelijst. Tegen een uitspraak van het Gerecht staat hogere voorziening open bij het Hof van Justitie van de EU.

Het Gerecht heeft besloten de plaatsing van Hamas op de EU-terrorismelijst nietig te verklaren, wegens procedurele gebreken. Het Gerecht benadrukt geen uitspraak te hebben gedaan over de vraag naar de kwalificatie van Hamas als terroristische groepering. Daarbij heeft het Gerecht ook besloten de gevolgen van de maatregel in stand te houden voor een periode van drie maanden. Momenteel staat Hamas derhalve nog steeds op de EU-terrorismelijst.

De Raad heeft binnen deze drie maanden de mogelijkheid een nieuwe maatregel vast te stellen, waardoor Hamas op de lijst blijft staan. De Raad heeft tevens de mogelijkheid binnen twee maanden hogere voorziening in te stellen bij het Hof van Justitie tegen de uitspraak van het Gerecht. In dat geval zou de huidige maatregel eveneens van kracht blijven voor de duur van die procedure.

Momenteel bestudeert de Raad de uitspraak. Nederland zal zich met andere lidstaten inzetten om de door het Gerecht geconstateerde gebreken te adresseren.

Het kabinetsstandpunt ten aanzien van Hamas is niet veranderd.

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Ten Broeke (VVD), ingezonden 18 december 2014 (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2014–2015, nr. 1032)

Naar boven