Vragen van de leden AgnesMulder en Omtzigt (beiden CDA) aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over de verklaring van het bedrijf Vitens over de beëindiging van zijn samenwerking met het Israëlische waterbedrijf Mekorot (ingezonden 15 januari 2014).

Antwoord van Minister Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) (ontvangen 17 januari 2014).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van de verklaring1 van het bedrijf Vitens over de beëindiging van zijn samenwerking met het Israëlische waterbedrijf Mekorot?

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Hoe beoordeelt u de verklaring van Vitens dat uw afzeggen van een gepland bezoek aan Mekorot de aanleiding was om een gesprek aan te gaan met het Ministerie van Buitenlandse Zaken over het ontmoedigingsbeleid van de regering ten aanzien van handel met Israëlische nederzettingen?

Antwoord 2

Ik heb kennis genomen van de verklaring van Vitens.

Vraag 3

Wanneer en om welke redenen bent u overgegaan tot afzeggen van het bezoek aan Mekorot?

Vraag 4

In hoeverre heeft het ontmoedigingsbeleid van de regering een rol gespeeld in uw afwegingen om het bezoek aan Mekorot af te zeggen?

Vraag 5

Heeft u voorafgaand aan uw besluit om het bezoek aan Mekorot af te zeggen hierover overeenstemming gezocht met de Minister van Buitenlandse Zaken en/of de Minister-President? Zo nee, heeft u dit besluit eigenstandig genomen en waarom?

Antwoord 3, 4 en 5

Graag verwijs ik u naar de brief aan uw Kamer van 16 januari 2014, met kenmerk 2014.35843, waarin op deze kwestie wordt ingegaan.

Vraag 6

Heeft u kennisgenomen van de uitspraken2 van de Minister van Buitenlandse Zaken dat de regering «geen enkel bezwaar ziet» tegen de samenwerking tussen Vitens en Mekorot?

Antwoord 6

Ja

Vraag 7

Heeft u bovendien kennisgenomen van de uitspraken3 van de Minister van Buitenlandse Zaken dat de regering bedrijven stimuleert om zaken te doen met Israël, omdat dat goed is voor Nederland, voor Israël en voor het vredesproces?

Antwoord 7

Ja.

Vraag 8

Hoe verhouden deze uitspraken zich tot het door u afzeggen van het bezoek aan Mekorot?

Antwoord 8

De uitspraken van de Minister van Buitenlandse Zaken vertolken het standpunt van het kabinet.

Vraag 9

Was u zich bij het nemen van het besluit tot afzegging bewust van de mogelijke consequenties voor de samenwerking tussen Vitens en Mekorot, alsook het nadien ontbieden van de Nederlandse ambassadeur door de Israëlische regering?

Antwoord 9

De door u genoemde gebeurtenissen zijn niet van te voren in overweging genomen bij het vaststellen van mijn programma voor het bezoek aan Israël.

Vraag 10

Heeft u of de regering bij monde van de Minister-President of de Minister van Buitenlandse Zaken op enigerlei wijze excuses aangeboden aan de Israëlische regering voor het afzeggen van het bezoek aan Mekorot?

Antwoord 10

Het kabinet ziet geen reden om excuses aan te bieden voor het schrappen van het bezoek aan de Shafdan waterzuiveringsinstallatie.

Vraag 11

Bent u bereid toe te geven dat u met het afzeggen van het bezoek aan Mekorot heeft bijgedragen aan het beëindigen van een samenwerkingsovereenkomst tussen Vitens en Mekorot waar de regering geen enkel bezwaar tegen ziet, aan chaos en onduidelijkheid over het ontmoedigingsbeleid van de regering, alsmede aan een diplomatieke rel met Israël?

Antwoord 11

Ik herken mij niet in het door u geschetste beeld.

Vraag 12

Bent u bereid deze vragen te beantwoorden voor het Algemeen overleg op 16 januari a.s. over de Raad Buitenlandse Zaken?

Antwoord 12

Ik ben graag bereid deze vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.

Naar boven