Vragen van het lid Klever (PVV) aan de Minister van Economische Zaken over het bericht «Half miljoen werklozen, ook bakkers en slagers; Chemiesector vreest ontslaggolf door hoge energierekening» (ingezonden 14 november 2013).

Antwoord van Minister Kamp (Economische Zaken) (ontvangen 2 december 2013).

Vraag 1, 2

Wat is uw reactie op het bericht «Half miljoen werklozen, ook bakkers en slagers; Chemiesector vreest ontslaggolf door hoge energierekening»? Deelt u de vrees voor massaontslagen?1

Hoe verklaart u dat chemiebedrijven in de basisindustrie wegtrekken, terwijl u onlangs bij de begrotingsbehandeling Economische Zaken nog aangaf er alles aan te zullen doen om in het bijzonder de basisindustrie voor Nederland te behouden?

Antwoord 1, 2

Ik herken dat het concurrentievermogen van de chemiesector de afgelopen jaren onder druk is komen te staan. In het algemeen overleg over energie met uw Kamer van 24 april jl. heb ik aangegeven dat ik het belangrijk vind om hierover met de chemiesector in gesprek te gaan. Ik vind het namelijk van groot belang dat de basisindustrie in Nederland gevestigd blijft, dit heb ik ook tijdens de begrotingsbehandeling Economische Zaken op 7 november onderstreept.

In overleg met de VNCI en het topteam chemie heeft op 31 oktober jl. een rondetafel plaatsgevonden, waarbij gesproken is over de uitdagingen en de maatregelen en acties, die het concurrentievermogen van de chemische industrie kunnen versterken. Over de afspraken die tijdens deze rondetafel zijn gemaakt, informeer ik u parallel via een brief (kenmerk: DGBI-TOP/13178936).

Vraag 3, 4, 5

Hoe rijmt u het mogelijke verlies van 500.000 banen als gevolg van de hoge energierekening, mede veroorzaakt door het energieakkoord, met de 10.000–15.000 gesubsidieerde banen die er volgens u dankzij hetzelfde energieakkoord bij zouden komen?

Klopt het dat in de doorrekening van het energieakkoord door Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN) niet is gekeken naar het potentiële banenverlies als gevolg van de hogere energierekening?

Deelt u de mening dat het verlagen van de lasten een beter vestigingsklimaat voor de chemiesector creëert en meer banen oplevert dan het energieakkoord met een lastenverzwaring tot en met 2020 van 15 miljard euro? Zo nee, kunt u dat cijfermatig onderbouwen?

Antwoord 3, 4, 5

De chemiesector staat vooral onder druk door de verschillen in grond- en brandstofprijzen op de wereldhandelsmarkt. De VNCI heeft ook meegewerkt aan het Energieakkoord en is een van de ondertekenaars. De stijging van de energierekening zal door het Energieakkoord bovendien lager uitvallen dan voorzien in het Regeerakkoord. Voor het bedrijfsleven als geheel scheelt dit € 318 tot € 383 mln per jaar2.

De berekening van het aantal banen is gebaseerd op de extra investeringen die het Energieakkoord uitlokt. Daarbij is onder meer rekening gehouden met het effect op de binnenlandse bestedingen van subsidies, heffingen en belasting3.

De investeringen, die zijn afgesproken in het Energieakkoord, zijn nodig om de doelstellingen voor duurzame energie en energie-efficiëntie te realiseren. Investeringen op het terrein van energie-efficiëntie dragen in belangrijke mate bij aan het verbeteren van het concurrentievermogen van de industrie in Nederland. De gemaakte afspraken over bijvoorbeeld energiebesparing, cascadering bij inzet van biomassa en versterking Emission Trading System (ETS) houden rekening met de belangen van ondermeer de chemie.

In mijn eerdergenoemde brief (kenmerk: DGBI-TOP/13178936) geef ik aan welke afspraken verder zijn gemaakt om het vestigingsklimaat voor de chemiesector te versterken.

Vraag 6

Deelt u de mening dat de huidige lapmiddelen, zoals Emission Trading System (ETS)-compensatie en lagere transporttarieven, onvoldoende zijn om de chemiesector voor Nederland te behouden en dat het hoog tijd is voor structurele oplossingen om de hoge energierekening voor deze bedrijven te verlagen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 6

De genoemde maatregelen lossen concrete klachten van bedrijven op. Deze maatregelen dragen bij aan het verlagen van de energierekening voor de energie-intensieve industrie, waar een deel van de chemiesector onderdeel van uit maakt.

Tijdens de rondetafel op 31 oktober jl. heb ik gesproken met ondernemers uit het grote bedrijfsleven en innovatief mkb, topteam chemie, VNCI, VNO-NCW en FNV. Wij hebben een aantal maatregelen afgesproken om het concurrentievermogen te versterken. Informatie over deze afspraken heb ik uiteengezet in mijn brief over dit onderwerp, die ik in mijn antwoord op de eerste vraag genoemd heb.

Vraag 7

Kunt u het rapport van Deloitte, waar dit artikel naar verwijst, naar de Kamer sturen? Kunt u deze vragen beantwoorden voordat het volgende chemiebedrijf failliet is?

Antwoord 7

Het bedoelde rapport, dat is opgesteld in opdracht van de VNCI, is als bijlage4 bij deze brief gevoegd.


X Noot
1

Financieel Dagblad, 13 november 2013

X Noot
2

ECN, PBL, Het Energieakkoord: wat gaat het betekenen?, september 2013

X Noot
3

EIB, Ser Energieakkoord, Macro-economische doorwerking, september 2013, pag. 25

X Noot
4

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

Naar boven