Vragen van het lid Leijten (SP) aan de Minister en Staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport over investeren in luxueuze verpleeghuizen door zorgverzekeraar CZ
(ingezonden 29 augustus 2013).
Antwoord van Staatssecretaris Van Rijn (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) mede namens
de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (ontvangen 30 oktober 2013). Zie
ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2013–2014, nr. 55.
Vraag 1
Wat is uw reactie op het bericht dat zorgverzekeraar CZ geld steekt in luxueuze verpleeghuizen
voor Alzheimerpatiënten?1
Antwoord 1
Ik heb kennis genomen van dit bericht. Een inhoudelijke reactie geef ik in de beantwoording
van uw onderstaande vragen.
Vraag 2, 3, 4
Is het zo dat alleen mensen die minimaal 4.000 euro per maand kunnen betalen voor
zorg voldoende verzorging kunnen krijgen? Zo nee, waarom suggereert CZ dit dan? Zo
ja, vindt u dit fatsoenlijk overheidsbeleid?
Vindt u het een goede ontwikkeling dat een verzekeraar de suggestie wekt dat de reguliere
ouderenzorg ondermaats is en dat dit kan worden gerepareerd door duizenden euro’s
eigen bijdragen per maand extra te vragen? Kunt u uw antwoord toelichten?
Deelt u de mening dat de dikte van de portemonnee niet zou moeten uitmaken voor de
kwaliteit en continuïteit van zorg waarop ieder mens recht heeft? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 2, 3, 4
De basiszorg waarop eenieder recht heeft, is uit hoofde van de AWBZ voor eenieder
gelijk. De IGZ ziet toe op de kwaliteit van de zorg. Cliënten betalen in de AWBZ een
inkomensafhankelijke eigen bijdrage. Voor cliënten die aanvullende wensen hebben en
bereid zijn om daarvoor te betalen, zijn er initiatieven die dat mogelijk maken. Daarmee
wordt naar mijn idee niet de suggestie gewekt dat de reguliere zorg onder de maat
is.
Vraag 5
Zullen de luxe verpleeghuizen van CZ, die via de investeringstak Cbusinez worden gefinancierd,
via een AWBZ-erkenning ook in aanmerking komen voor AWBZ-gelden? Kunt u uw antwoord
toelichten?
Antwoord 5
Het recht op basiszorg is voor een ieder gelijk. Deze basiszorg komt in aanmerking
voor bekostiging vanuit de AWBZ. Een instelling die voldoet aan de voorwaarden voor
AWBZ-erkenning, kan ook in aanmerking voor vergoeding van AWBZ-zorg.
Vraag 6
Vindt u de vermenging van zorgverzekeraar en zorgaanbieder nog steeds wenselijk, ondanks
het fusieverbod van het vorige kabinet, het risico op valse concurrentie en het risico
dat de verzekeraar op de stoel van de arts gaat zitten?
Antwoord 6
Zolang investeringen van zorgverzekeraars in zorgverleners niet leiden tot verticale
integratie, heb ik daar geen bezwaar tegen. Verticale integratie vind ik wel onwenselijk.
Dit blijkt uit het door de minister ingediende wetsvoorstel om verticale integratie
van zorgverzekeraars en zorgaanbieders te verbieden.
Vraag 7, 8, 9
Hoe is het mogelijk dat de investeringstak Cbusinez van CZ onafhankelijk kan opereren
van de zorgverzekeraar, terwijl zij wel degelijk met elkaar zijn verbonden?
Zit er in de investeringstak Cbusinez van CZ ook geld dat is verkregen uit de opbrengsten
van de basisverzekeringspremie die verzekerden betalen? Zo ja, hoeveel is dit en hoe
wordt dit verantwoord?
Vindt u het acceptabel dat premiegelden worden gebruikt voor het organiseren van tweedeling
in de ouderenzorg? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 7, 8, 9
Zoals ik in antwoord op vraag 6 heb aangegeven, heb ik op dit moment geen wettelijke
basis om een verbod op verticale integratie te handhaven.
Voor zover mijn (van CZ afkomstige) informatie reikt, is de situatie als volgt: zoals
in het maatschappelijk verslag van CZ is te lezen bestemt CZ jaarlijks een deel van
de premieopbrengsten van de basisverzekering voor het stimuleren van innovaties in
de zorg. Het gaat om € 1,20 per verzekerde per jaar. Met een deel van dat geld is
ook de participatie in Martha Flora genomen met het doel om een vernieuwende vorm
van verpleegzorg aan alzheimerpatiënten te stimuleren. De deelneming bedraagt € 400.000.
De participatie in Martha Flora verloopt via CbusineZ. Dit is een door CZ opgerichte
participatiemaatschappij in de rechtsvorm van een stichting die juridisch gescheiden
is van CZ. CbusineZ werkt met verschillende fondsen en in het geval van Martha Flora
met een fonds van CZ.
Dat betekent dat de participatie in Martha Flora afkomstig is van premieopbrengsten
van de basisverzekering. In zijn algemeenheid heb ik geen reden om dit als onacceptabel
te bestempelen, zolang een dergelijke participatie transparant is en voldoet aan huidige
wet- en regelgeving. Wat de specifieke deelneming in Martha Flora betreft ga ik er
van uit dat die is bedoeld om de innovatie te bevorderen en niet om tweedeling in
de ouderenzorg te organiseren.
X Noot
1Het Financieele Dagblad, 27 augustus 2013: «Zorgverzekeraar CZ steekt geld in luxueuze
verpleeghuizen voor alzheimerpatiënten»