Vragen van de leden Verhoeven en Schouw (beiden D66) aan de Ministers van Economische Zaken en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de signalen dat de Amerikaanse NSA ook topmensen uit het bedrijfsleven afluistert (ingezonden 25 oktober 2013).

Antwoord van Minister Plasterk (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen 29 oktober 2013).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het bericht «Snowden leaks: France summons US envoy over NSA surveillance claims»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Kunt u ingaan op de suggestie dat niet alleen mogelijke terroristen worden afgeluisterd, maar ook mensen uit het bedrijfsleven, en hierbij ook berichten over het Braziliaanse Petrobras betrekken?2

Antwoord 2

Het kabinet acht op zichzelf het intercepteren van metadata en het analyseren daarvan in zijn algemeenheid een aanvaardbare methode in het kader van onderzoek naar terroristen, andere gevaren voor de nationale veiligheid of in het kader van militaire operaties (zie art. 26 en 27 van de Wet op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten). Het afluisteren van telefoonverkeer en het aftappen van emailverkeer in Nederland door inlichtingen- en veiligheidsdiensten kan alleen geschieden binnen de kaders van de Wet op de Inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2002 en alleen op last van de desbetreffende ministers. Iedere andere vorm is niet acceptabel.

Vraag 3, 4

Kunt u uitsluiten dat de Amerikaanse veiligheidsdiensten voor economische doeleinden Nederlandse bedrijven in Nederland bespioneren?

Hoeveel voorbeelden van dergelijke bedrijfsspionage zijn bij u bekend, om welke sectoren gaat het en wat gaat u hieraan doen?

Antwoord 3, 4

De AIVD doet onderzoek naar spionage van buitenlandse mogendheden ten behoeve van de nationale veiligheid. In het openbaar kunnen geen mededelingen worden gedaan over de werkwijze en het kennisniveau van AIVD, inclusief voorbeelden van bedrijfsspionage.

Vraag 5

Welke risico’s lopen het Nederlandse bedrijfsleven en de Nederlandse burger door spionage voor economische doeleinden?

Antwoord 5

De AIVD heeft herhaaldelijk gewezen op de risico’s voor spionage, onder meer in het jaarverslag 2012 (Kamerstuk 30 977, nr. 52). Het Cyber Security Beeld Nederland (Kamerstuk 26 643, nr. 285), dat onder coördinatie van de minister van Veiligheid en Justitie tot stand is gekomen, benoemt digitale spionage als één van de grootste dreigingen voor overheid en bedrijfsleven. Bovendien blijft de kwetsbaarheid van ICT onverminderd hoog.

Vraag 6

In hoeverre is en blijft bedrijfsspionage een prioriteit voor de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD)?

Antwoord 6

De AIVD doet onderzoek naar spionage van buitenlandse mogendheden ten behoeve van de nationale veiligheid. Bovendien ondersteunt de AIVD de vitale sectoren met het verbeteren van de veiligheid. U bent hierover onder meer geïnformeerd in het jaarverslag 2012. Onderzoek naar bedrijfsspionage buiten het kader van de nationale veiligheid is geen taak van de AIVD, dit is een zaak van de bedrijven zelf (waar de AIVD ze wel bij steunt met de Kwetsbaarheidsanalyse Spionage en advies).

Vraag 7, 8

Bent u bereid een expliciet signaal aan de Verenigde Staten te geven dat bedrijfsspionage niet past in een relatie tussen bevriende landen?

Bent u bereid deze vragen voor maandag 28 oktober a.s. 12.00 uur te beantwoorden?

Antwoord 7, 8

Ja, zie de activiteiten zoals beschreven in mijn brief van 28 oktober 2013.

Naar boven