Vragen van het lid Bashir (SP) aan de Staatssecretaris van Financiën over de toepassing van de onderwijsvrijstelling (ingezonden 14 juli 2014).

Antwoord van Staatssecretaris Wiebes (Financiën) (ontvangen 15 september 2014)

Vraag 1

Wanneer is onderwijs in techniek wel onderdeel van het wettelijk geregeld onderwijs en wanneer niet?

Antwoord 1

Technieklessen vallen onder wettelijk geregeld onderwijs dat vrijgesteld is van btw wanneer deze lessen een onderdeel vormen van het reguliere lesprogramma van scholen die primair of ander wettelijk geregeld onderwijs verzorgen. Bij basisscholen zal normaal gesproken techniek een onderdeel vormen van het reguliere lesprogramma, omdat in de kerndoelen is bepaald dat basisscholen aandacht moeten besteden aan wetenschap en techniek. Derden (ondernemers) die tegen betaling een onderdeel van dit vrijgestelde onderwijs verzorgen, zijn dan ook vrijgesteld van btw voor het verrichten van dat onderwijs. Wanneer technieklessen worden aangeboden in het kader van een beroepsopleiding, is het onderwijs vrijgesteld als het onderwijs wordt gegeven door ondernemers die zijn ingeschreven in het Register Kort Beroeps Onderwijs of door ondernemers die zijn genoemd in de bijlage van de Wet op het hoger onderwijs (WHW) of bedoeld in de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB).

Vraag 2

Waarom valt onderwijs in techniek niet onder de algemene maatregel van bestuur die categorieën onderwijs en nauw daarmee samenhangende diensten als vrijgesteld onderwijs aanwijst?1

Antwoord 2

Onderwijs in techniek valt onder het bij algemene maatregel van bestuur vrijgesteld onderwijs als sprake is van algemeen vormend onderwijs dat is ontleend aan het uit de openbare kassen bekostigde onderwijs2. Bij het onderwijs dat is ontleend aan het uit de openbare kassen bekostigde onderwijs gaat het om onderwijs dat inhoudelijk overeenstemt met of soortgelijk is aan het uit de openbare kassen bekostigde onderwijs. Naschoolse technieklessen die (soort)gelijk zijn aan de technieklessen, die in het kader van het kerndoel »wetenschap en techniek» door een wettelijk erkende onderwijsinstelling worden gegeven, zijn dus ook vrijgesteld van btw.

Vraag 3

Bent u met mij van mening dat alle belastingkantoren op dezelfde manier de regels moeten toepassen? Hoe controleert u dat belastingkantoren op dezelfde manier de belastingwet- en regelgeving toepassen?

Antwoord 3

Ja, ik ben met u van mening dat alle belastingkantoren op dezelfde manier de regels moeten toepassen. Waar nodig wordt daartoe fiscaal uitvoeringsbeleid vastgesteld. Het management van de Belastingdienst ziet er op de diverse niveaus op toe dat de belastingwet- en regelgeving juist, en derhalve ook eenduidig, wordt toegepast.

Vraag 4 en 5

Klopt het dat in de casus van het bedrijf MadScience het Belastingkantoor Oost-Brabant de onderwijsvrijstelling wel toepast en het Belastingkantoor Limburg niet?

Hoe gaat u ervoor zorgen dat verschillende belastingkantoren de toepassing van de onderwijsvrijstelling op dezelfde manier gaan interpreteren?

Antwoord 4 en 5

Over individuele belastingplichtigen doe ik gelet op art. 67 van de AWR geen mededelingen. Overigens is mij van een verschillende interpretatie van de onderwijsvrijstelling door verschillende belastingkantoren ter zake van naschoolse technieklessen niet gebleken.

Vraag 6

Waarom kan de onderwijsvrijstelling niet worden gegeven aan instellingen die een certificering hebben (bijvoorbeeld CRKBO), zodat alle belastingkantoren dit keurmerk kunnen gebruiken voor controle?

Antwoord 6

De certificering via het Register Kort Beroepsonderwijs geldt alleen voor beroepsonderwijs. De wettelijk geregelde onderwijsvrijstelling heeft een ruimere reikwijdte dan alleen het beroepsonderwijs. De vrijstelling geldt voor onderwijs dat bekostigd wordt uit de openbare kassen en wordt gegeven door erkende onderwijsinstellingen. De vrijstelling geldt ook voor hetzelfde onderwijs dat inhoudelijk overeenstemt met of soortgelijk is aan het uit de openbare kassen bekostigde aanbod van onderwijs en ook voor beroepsonderwijs door CRKBO-instellingen. Binnen dit wettelijke kader bestaat voor een ruimere vrijstelling voor techniekonderwijs dan hiervoor is aangegeven geen ruimte.


X Noot
1

artikel 11, eerste lid, onderdeel o, 2°, van de wet op de Omzetbelasting 1968 en artikel 8 van het Uitvoeringsbesluit omzetbelasting 1968

X Noot
2

Als bedoeld in artikel 11, eerste lid, onderdeel o, ten eerste, van de Wet op de omzetbelasting 1968.

Naar boven