Vragen van de leden Van Dekken en Wolbert (beiden PvdA) aan de Staatssecretaris van Economische Zaken en de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht dat minimaal 33% en mogelijk zelfs 60% van de inwoners van Herpen besmet is met Q-koorts (ingezonden 26 mei 2014).

Mededeling van Minister Schippers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 24 juni 2014).

Vraag 1

Bent u bekend met de resultaten van het bevolkingsonderzoek naar besmetting met Q-koorts dat de GGD Hart voor Brabant begin dit jaar heeft laten uitvoeren onder 1.517 van de 2.163 inwoners in het Brabantse dorp Herpen?

Vraag 2

Bent u er ook van geschrokken dat minimaal 33% en mogelijk zelfs 60% van de inwoners van Herpen met Q-koorts besmet is (geweest)?

Vraag 3

Deelt u de mening dat het, gezien het feit dat er met de reguliere testmethode 507 positieve diagnoses werden gesteld en met de nieuwe InnatOss methode 900 positieve diagnoses werden gesteld, van belang is dat de Q-koortstest van InnatOss zo snel mogelijk wordt gevalideerd? Zo ja, wat kunt u doen om erkenning van deze test te bespoedigen?

Vraag 4

Deelt u de mening dat zeer opmerkelijk is dat er in Herpen 7 jaar na de eerste Q-koorts uitbraak nog 6 inwoners van Herpen met gezondheidsklachten zijn gevonden die zich nader moeten laten onderzoeken om vast te stellen of ze chronische Q-koorts hebben?

Vraag 5

Deelt u de mening dat het van groot belang is dat er bij mensen die besmet zijn met chronische Q-koorts snel een diagnose wordt gesteld, zodat er een passende behandeling kan worden toegepast?

Vraag 6

Deelt u de mening dat, gezien de diagnosering van mogelijk 6 patiënten met chronische Q-koorts in Herpen, het bevolkingsonderzoek in Herpen dient te worden uitgebreid naar andere dorpen in de buurt van Herpen?

Vraag 7

Bent u – gezien de diagnosering van mogelijk 6 patiënten met chronische Q-koorts in Herpen – bereid om ook in de omgeving van de andere geitenbedrijven die besmet zijn of waren met Q-koorts bevolkingsonderzoek te laten uitvoeren?

Vraag 8

Hoe duidt u het dat er bij de GGD de afgelopen jaren slechts 74 meldingen van Herpenaren zijn binnengekomen over besmetting met Q-koorts, terwijl uit dit bevolkingsonderzoek blijkt dat er minimaal 507 inwoners van Herpen besmet zijn met Q-koorts? Bent u het met de GGD eens dat het aantal meldingen slechts het topje van de ijsberg is?

Vraag 9

Welke schatting kunt u op basis van dit bevolkingsonderzoek maken over het totaal aantal Q-koortsbesmettingen in Nederland?

Vraag 10

Deelt u de mening dat het niet acceptabel is dat dergelijke grote aantallen burgers besmet raken met een zoönose? Zo ja, deelt u de mening dat er fundamentele stappen moeten worden gezet om de omvang en aard van de veehouderij in Nederland te beperken? Zo nee, waarom niet?

Vraag 11

Heeft de stichting Q-support al een bestedingsreglement vastgesteld en activiteiten verricht om Q-koortspatiënten te ondersteunen met de 10 miljoen euro die de Rijksoverheid ter beschikking heeft gesteld voor hulp aan Q-koortspatiënten? Heeft u al meer inzicht of de Q-koortspatiënten voldoende kunnen worden geholpen door de Stichting Q-support en in de inzet van de 10 miljoen euro?

Mededeling

De vragen van de Kamerleden Van Dekken (PvdA) en Wolbert (PvdA) over het bericht dat minimaal 33% en mogelijk zelfs 60% van de inwoners van Herpen besmet is met Q-koorts (2014Z09512) kunnen tot mijn spijt niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord.

De reden van het uitstel is afstemming met betrokkenen.

Ik zal u zo spoedig mogelijk de antwoorden op de kamervragen doen toekomen.

Naar boven