Aanhangsel van de Handelingen
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2013-2014 | 2181 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2013-2014 | 2181 |
Kent u het bericht «Melkkamelen zijn gevoelige dieren»?1
Kent u het bericht «Wat is MERS, en hoe gevaarlijk is het?»2
Kunt u aangeven waarom de kamelenmelkerij in Berlicum een ontheffing heeft gekregen voor het houden van kamelen en dromedarissen, terwijl deze niet op de lijst staan van voor productie te houden dieren? Zo nee, waarom niet?
Het toenmalige Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie heeft in 2012 Livestock Research van Wageningen Universiteit (WUR) gevraagd een advies op te stellen over het toevoegen van de Camelus Dromedaris aan de positieflijst voor productiedieren. De WUR heeft hiervoor een commissie van deskundigen samengesteld bestaande uit experts van de WUR, Faculteit Diergeneeskunde en Safaripark Beekse Bergen. De commissie heeft geadviseerd om de Camelus dromedaris niet aan de positieflijst productiedieren toe te voegen indien toepassing van oxytocine structureel noodzakelijk blijkt te zijn om de melkgift te bevorderen. De commissie heeft verder geen onoverkomelijke welzijnsproblemen bij de lacterende dieren en hun jongen geconstateerd.
Gelet het feit dat de voorschriften van het Besluit welzijn productiedieren wordt nageleefd, het bedrijf onder controle staat van een dierenarts en oxytocine niet meer structureel wordt toegepast om de melkgift te stimuleren heb ik onder voorwaarden de ontheffing voor het bedrijf in 2013 verlengd met 5 jaar tot
1 maart 2018.
Erkent u dat het houden van kamelen en dromedarissen leidt tot ongerief en stress als gevolg van het machinaal melken, het routinematig inspuiten van oxitocine en de scheiding van jong en moeder?3 Zo nee, waarom niet?
Deelt u de bevindingen van de Wetenschapswinkel Wageningen UR (2008) dat het routinematig inspuiten van oxitocine om dromedarissen machinaal te kunnen melken een fundamenteel probleem vormt, en negatieve gevolgen heeft voor de dromedarissen? Bent u bereid maatregelen te treffen tegen het stelselmatig injecteren van oxitocine bij dieren? Zo ja, op welke wijze, en op welke termijn?
Zo nee, waarom niet?
Voor het stimuleren van de melkgift worden de jongen eerst bij de moeder gelaten. Het drinken van het jong bij de moeder is voldoende om de melkgift op gang te laten komen waarna het moederdier aan de melkmachine wordt gekoppeld. Het jong en de moeder worden tijdens het melken niet gescheiden.
Na het melken drinkt het jong de resterende, nog in het uier aanwezige melk, op. Het structureel inspuiten van oxytocine is hierbij niet nodig en wordt ook niet toegepast.
Is het waar dat het MERS-virus wordt overgedragen via onder meer melk van kamelen en dromedarissen, en in verse melk drie dagen kan overleven? Zo ja, op welke wijze wordt gewaarborgd dat de in Nederland geproduceerde melk vrij is van het MERS-virus, en hoe beschermt u de volksgezondheid tegen dat virus?
Het is bekend dat MERS in melk kan overleven. Door verhitting wordt het virus gedood. Het is niet bekend wat het uitscheidingspatroon in melk is en of het wordt overgedragen via de melk. Het MERS-virus is niet geconstateerd in Nederland en er zijn ook geen aanwijzingen dat dit virus in Nederland zou voorkomen. Het bedrijf is vanaf 2010 geheel zelfvoorzienend met betrekking tot uitbreiding van het aantal dieren en daarmee niet afhankelijk van import van dieren uit landen waar de kans op besmetting aanwezig is. Op 15 mei jl. heeft de NVWA een extra inspectiebezoek ingelast en geconstateerd dat in oktober 2013 het bedrijf bloed heeft laten afnemen voor een drachtigheidsonderzoek en daarnaast dit bloed door het RIVM heeft laten onderzoeken op het MERS-virus.
Alle uitslagen waren negatief. Er is geen reden om aan te nemen dat er door dit bedrijf een risico is op besmettingsgevaar.
Erkent u dat het houden van exotische dieren als kamelen en dromedarissen in Nederland niet wenselijk is? Zo ja, bent u bereid een verbod in te stellen op het houden van kamelen en dromedarissen? Zo nee, waarom niet?
Bent u bereid alsnog de ontheffing tot het houden van kamelen en dromedarissen in te trekken? Zo nee, waarom niet? Op welke wijze, en op welke termijn, wilt u de ontheffing evalueren?
Bij het houden van dieren is niet de vraag van belang of de soort exotisch is maar de vraag of aan het houden ervan onacceptabele welzijns- of gezondheidsrisico’s voor mens of dier verbonden zijn die niet of nauwelijks te minimaliseren zijn middels diersoortspecifieke houderijvoorschriften. Aan het houden van dromedarissen op het onderhavige bedrijf zijn geen onacceptabele welzijns- of gezondheidsrisico’s verbonden. Om deze reden zie ik geen noodzaak de ontheffing in te trekken. Dit laat onverlet dat na afloop van elke ontheffingsperiode wordt geëvalueerd of het bedrijf heeft voldaan aan de bij de ontheffing behorende voorwaarden. Ook in 2018 zal worden geëvalueerd of het bedrijf hieraan heeft voldaan en zal worden bezien of de ontheffing kan worden verlengd of dat de soort kan worden toegevoegd aan de positieflijst productiedieren.
Kunt u aangeven op welke wijze MERS-besmetting de Nederlandse exportpositie zou kunnen schaden, en of er aanwijzingen zijn op kruisbesmetting via andere diersoorten? Zo nee, bent u bereid daarnaar onderzoek te laten verrichten, en de uitkomsten daarvan met de Kamer te delen?
MERS is tot op heden alleen aangetroffen bij kameelachtigen buiten Europa en niet bij voor Nederland economisch belangrijke diersoorten, zoals runderen, varkens of pluimvee. Er zijn geen aanwijzingen voor het optreden van kruisbesmettingen met andere diersoorten. Ik vind het daarom op dit moment niet nodig extra onderzoek te laten verrichten.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20132014-2181.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.