Vragen van het lid JanVos (PvdA) aan de Minister van Economische Zaken over het bericht dat lokale groene energie niet goed van de grond komt (ingezonden 25 april 2014).

Antwoord van Minister Kamp (Economische Zaken) (ontvangen 21 mei 2014).

Vraag 1

Kent u het bericht «kink in de kabel voor lokale groene energie»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Klopt het beeld dat sinds de invoering van de regeling voor decentrale energie (Verlaagd tarief Energiebelasting) per 1 januari 2014 er nog vrijwel geen projecten tot stand zijn gekomen? Zo nee, hoeveel projecten zijn er dan wel tot stand gekomen? Zo ja, moet de conclusie dan niet worden getrokken dat de regeling in de huidige vorm niet toereikend is?

Antwoord 2

De Belastingdienst heeft tot op heden nog geen beschikkingen afgegeven voor lokale energieprojecten. Dit betekent echter niet dat de conclusie moet worden getrokken dat de regeling in de huidige vorm niet toereikend is. Het is belangrijk om te beseffen dat het realiseren van een duurzaam energieproject tijd kost. Uit gegevens van de SDE+ blijkt bijvoorbeeld dat een gemiddeld zon-PV project zo’n 1 tot 1,5 jaar nodig heeft om gerealiseerd te worden. Andere technieken hebben nog meer tijd nodig. Aan de hand van het aantal gerealiseerde projecten tot op heden kan daarom niet worden geconcludeerd dat de regeling in de huidige vorm niet toereikend is.

Vraag 3

Deelt u de mening dat de onrust en onduidelijkheid rond de reikwijdte van de salderingsregeling en het inperken van ontzorgconstructies en dergelijke ervoor heeft gezorgd dat er minder projecten tot stand komen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 3

Nee, ik deel deze mening niet. U verwijst in uw vraag naar de discussie omtrent de motie Vos2. Deze motie verzocht de regering om aan de vrijstelling voor energiebelasting voor zelfopwekking «achter de meter» niet de voorwaarde te verbinden dat de opwek voor «eigen rekening en risico» van de gebruiker moet plaatsvinden. Deze discussie heeft echter alleen betrekking op energieopwekking «achter de meter», terwijl het bij lokale energieprojecten die gebruik zouden kunnen maken van het verlaagde tarief uitsluitend gaat om energieopwekking «voor de meter». Er bestaat dus geen verband tussen de discussie omtrent de motie Vos en het aantal tot stand gekomen lokale energieprojecten via het verlaagde tarief van de energiebelasting.

Vraag 4

Kunt u deze vragen beantwoorden voor het Algemeen overleg Decentrale energie op 21 mei 2014?

Antwoord 4

Ja.


X Noot
1

Financieel Dagblad, 22 april 2014

X Noot
2

EK 33 493, F

Naar boven