Antwoord 2
In de buurt van Grijpskerk (gemeente Zuidhorn) bevindt zich de grote gaswinningslocatie
van de NAM. De ondergrondse gasopslag in Grijpskerk speelt een cruciale rol in de
Nederlandse energievoorziening. Een aantal bewoners dichtbij de NAM-locatie (in respectievelijk
Niehove, Kommerzijl en Zuidhorn) geeft volgens het RIVM1 al geruime tijd aan hinder van laagfrequent geluid te ondervinden in hun woonomgeving.
De eerste klachten dateren van 1996. Allen schrijven hun klachten toe aan de NAM-locatie
in Grijpskerk. De klachten worden op zeer uiteenlopende wijze omschreven als: hoofdpijn,
druk op oren, druk op maag, slaapklachten, trillen, een continue kwelling, een gevoel
alsof je onder stroom gezet wordt. Enkele omwonenden gaven aan eerder contact met
de GGD te hebben gehad, maar hierover is geen openbaar verslag beschikbaar. Er is
zowel met de GGD als met de huisarts contact geweest, maar dit heeft niet geleid tot
een vermindering van de klachten. Hoewel de bewoners unaniem de oorzaak bij de NAM
leggen, is het geluid desgevraagd niet op alle locaties hetzelfde: op momenten dat
de één last heeft, is dat bij de ander niet altijd zo. Zij hebben regelmatig contact
met elkaar, en hebben meerdere malen de pers opgezocht om hun problemen kenbaar te
maken. Ook is er regelmatig contact geweest met verschillende medewerkers van de NAM.
Dit heeft niet geleid tot een duidelijke diagnose, noch tot oplossingen.
Sinds 2006 is een aantal onderzoeken uitgevoerd door of in opdracht van de NAM.
Er zijn hierbij verschillende bronnen en activiteiten samenhangend met laagfrequent
geluid geïdentificeerd, zoals centrifugeren, pompen, schudzeven, klep- en leidingengeluid,
gaskoelers (ventilatoren), fakkels en een compressorinstallatie. Op basis van het
eerste onderzoek, uitgevoerd in 2006, zijn geen definitieve conclusies getrokken.
In 2008 werd bij vervolgonderzoek geconstateerd dat de mogelijke oorzaak een industrieel
fornuis was. Gewezen werd op het feit dat vliegtuiglawaai een mogelijke oorzaak zou
kunnen zijn. Er werd hierbij binnenshuis op de locatie Kommerzijl gemeten. Op basis
van dit onderzoek is een aantal maatregelen getroffen. In een tweede onderzoek in
2008 werd geconstateerd dat ook andere industriële fornuizen de boosdoeners zouden
kunnen zijn. Maatregelen aan de instellingen hiervan hadden geen effect, maar vervanging
van de branderkop wel. Een onderzoek in januari 2009 toonde aan dat er geen laagfrequent
geluid meer geproduceerd werd. Omdat de bewoners aangaven dat hun klachten aanhielden,
werd er op advies van RIVM en de Inspectie VROM in 2009 en 2010 door NLR2 een uitgebreid meet- en laboratoriumonderzoek uitgevoerd. Dat heeft geen relatie
kunnen leggen tussen de klachten en bronnen van laagfrequent geluid in de omgeving.
Veel van de gemeten niveaus die aan de NAM gerelateerd konden worden, lagen overigens
beneden de gehoorgrens. De niveaus boven de gehoordrempel hebben mogelijk een andere
of natuurlijke oorsprong.
Vraag 3
Welke acties heeft u ondernomen naar aanleiding van de brief van de burgemeester van
Zuidhorn, die op 11 februari 2013 aan u is gericht, waarin deze problemen onder uw
aandacht zijn gebracht?
Antwoord 3
In dit specifieke geval is uit onderzoek geen duidelijke oorzaak voor de klachten
naar voren gekomen. De beschikbare onderzoeksresultaten geven dan ook geen aangrijpingspunten
meer voor aanpak van één of meerdere bronnen van het laagfrequente geluid. Ik heb
de burgemeester van Zuidhorn bij brief van 19 augustus 2013 over mijn conclusies geïnformeerd.
Het feit dat er in dit geval geen duidelijk aanwijsbare oorzaak voor de klachten over
laagfrequent geluid is gevonden, is overigens geen buitengewoon verschijnsel. Naar
schatting3 kan in een derde van de gevallen waarin geklaagd wordt over laagfrequent geluid geen
duidelijk aanwijsbare oorzaak voor de klachten gevonden worden.
X Noot
1RIVM: advies LFG onderzoek Grijpskerk, briefrapport 609021101, I. van Kamp, 2009
X Noot
2NLR:Analyse onderzoek laagfrequent geluid gemeente Zuidhorn, NLR-CR-2010–266, 2010
X Noot
3– Meldpunt Milieu en Gezondheid, 2009
– RIVM, Factsheet laagfrequent geluid, briefrapport 0075/2013 DMG/RvP/IvK, 2013