Vragen van de leden Merkies (SP) en Klaver (GroenLinks) aan de Staatssecretaris van
Financiën over het nieuws dat de fiscale structuur van Philip Morris wel in Nederland
blijft (ingezonden 10 april 2014).
Antwoord van Staatssecretaris Wiebes (Financiën) (ontvangen 9 mei 2014).
Vraag 1, 2, 3
Wat is uw reactie op het bericht dat de fiscale structuur van Philip Morris in Nederland
blijft?1
Kunt u bevestigen dat de holdingstructuur in Nederland blijft?
Heeft u reden om aan te nemen dat het bedrijf om een andere reden in Nederland blijft
dan alleen vanwege de mogelijkheden om belasting te ontwijken? Zo ja, welke?
Antwoord 1, 2, 3
Op grond van de geheimhoudingsverplichting van artikel 67 van de Algemene wet inzake
rijksbelastingen kan ik geen informatie geven over individuele belastingplichtigen.
Uit de berichtgeving in de media maak ik overigens op dat Philip Morris een kantoor
en wat kleinschalige productiefaciliteiten in Bergen op Zoom handhaaft. Het bedrijf
schroeft daarmee wel de productiecapaciteit in Nederland terug, maar verdwijnt zeker
niet uit ons land. In totaal resteert er werk voor zo'n honderdveertig mensen, waarmee
Philip Morris een significante aanwezigheid in ons land behoudt.
Vraag 4, 5
In het geval een bedrijf zo wezenlijk van karakter verandert door de productie hier
te stoppen, maar tegelijk wel hier om fiscale redenen blijft, moet het bedrijf dan
opnieuw een tax ruling aanvragen om aanspraak te maken op verdragsvoordelen?
Bent u het er mee eens dat de Belastingdienst bij grootschalig ontslag opnieuw moet
toetsen of het bedrijf aan alle substance eisen voldoet?
Antwoord 4, 5
De Belastingdienst verstrekt zekerheid vooraf over internationale aspecten van de
belastingheffing voor het toetsingskader dat ligt verankerd in de APA- en ATR-besluiten.
Een bedrijf kan om zekerheid vooraf verzoeken in de vorm van een Advance Pricing Agreement
(APA) of Advance Tax Ruling (ATR). Een APA geeft goedkeuring vooraf over de vaststelling
van een zakelijke beloning of een methode voor de vaststelling van een dergelijke
beloning voor grensoverschrijdende transacties tussen gelieerde lichamen. Een ATR
geeft zekerheid vooraf over de fiscale gevolgen van een voorgenomen transactie of
samenstel van transacties.
In zijn algemeenheid geldt dat indien zich een wijziging voordoet in de relevante
feiten en omstandigheden die ten grondslag hebben gelegen aan de totstandkoming van
een APA of ATR, dit aanleiding is voor heroverweging of beëindiging van de APA of
ATR. In de praktijk worden bij gewijzigde feiten en omstandigheden ook nieuwe afspraken
gemaakt. In dat geval zal uiteraard ook worden gekeken naar de beoogde gewijzigde
activiteiten in Nederland. Deze vormen namelijk de basis voor de fiscale gevolgen,
waarvoor eventueel zekerheid vooraf wordt gegeven.
Vraag 6
Houdt u bij hoe vaak het gebeurt dat multinationals hun productie weghalen uit Nederland,
maar hier wel om fiscale redenen blijven zitten? Zo ja, hoe vaak gebeurt dat?
Antwoord 6
De Belastingdienst houdt het aantal keren dat multinationals hun productie naar het
buitenland verplaatsen niet bij.
Vraag 7, 8
Vindt u het wenselijk wanneer multinationals enkel om fiscale redenen in Nederland
blijven?
Bevestigt een dergelijke praktijk niet het beeld van Nederland als paradijs voor multinationals
die de belasting willen ontlopen door de geldstromen via Nederland te laten lopen?
Antwoord 7, 8
Een aantrekkelijk investerings- en vestigingsklimaat voor binnenlandse en buitenlandse
bedrijven is van groot belang voor economische bedrijvigheid, het groeivermogen en
daarmee gepaard gaande werkgelegenheid in Nederland. Het fiscale stelsel kan daaraan
een wezenlijke bijdrage leveren. Het kabinet kiest daarom voor een aantrekkelijk fiscaal
vestigingklimaat voor substantiële activiteiten en tegelijkertijd voor het tegengaan
van misbruik van verdragen en regelgeving.
Vraag 9, 10
Welke ondersteuning heeft Philip Morris de afgelopen tien jaar van de overheid gekregen?
Wat is uw reactie op het bericht over geheime afspraken die zouden zijn gemaakt met
de Belastingdienst?2
Antwoord 9, 10
Zoals hiervoor is aangegeven kan de Belastingdienst op grond van haar geheimhoudings-verplichting
van artikel 67 van de algemene wet inzake rijksbelastingen geen informatie over individuele
belastingplichtigen naar buiten brengen.
De Belastingdienst maakt slechts afspraken met belastingplichtigen die vallen binnen
de kaders van wet, beleid en jurisprudentie. De suggestie dat er geheime afspraken
zijn gemaakt buiten de hiervoor geschreven kaders is daarom niet juist.