Vragen van het lid Voordewind (ChristenUnie) aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over de test van de Consumentenbond, waaruit blijkt dat supermarkten onvoldoende presteren op het gebied van arbeidsomstandigheden in ontwikkelingslanden (ingezonden 7 februari 2014).

Antwoord van Minister Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) mede namens de Staatssecretaris van Economische Zaken (ontvangen 1 april 2014).

Vraag 1

Kent u de test van de Consumentenbond over verantwoord inkopen door de vijf grootste supermarkten?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2 t/m 4

Wat vindt u van de uitkomsten van deze test, waaruit onder meer blijkt dat vier van de vijf grootste supermarkten onvoldoende tot slecht scoren op het gebied van verantwoord inkopen?

Wat vindt u van de conclusie dat alle onderzochte supermarkten nog te weinig werk maken van eerlijke lonen in productielanden? Wat vindt u van de conclusie dat vier van de vijf supermarkten te weinig aandacht besteden aan goede arbeidsomstandigheden in ontwikkelingslanden?

Wat is uw mening over de slechte arbeidsomstandigheden van plantagewerkers in de ananasteelt, waarbij onder meer fysiek zwaar werk moet worden verricht, laag loon wordt betaald en werknemers blootgesteld worden aan bestrijdingsmiddelen en besmet water? Deelt u de mening dat supermarkten een verantwoordelijkheid hebben in het verbeteren van de arbeidsomstandigheden bij bijvoorbeeld fruitteelt? Zo ja, voldoet het ingekochte fruit, waaronder ananassen, in alle Nederlandse supermarkten in 2015 aan de internationale arbeidsrechten?

Antwoord 2 t/m 4

Het Ministerie van Buitenlandse Zaken en het Ministerie van Economische Zaken laten op dit moment een sectorrisicoanalyse uitvoeren. Daarmee wil het Kabinet inzicht krijgen in welke sectoren zich de grootste risico’s op het vlak van mens en milieu voordoen. In de vervolganalyse wordt gekeken welke van deze risico’s mogelijk nog onvoldoende aandacht krijgen door de bedrijven in de betreffende sector. Op basis van de uitkomsten van deze analyse kan een sectorgerichte dialoog met bedrijfsleven en andere stakeholders plaatsvinden. Het onderzoek van de consumentenbond wordt in deze sectorrisicoanalyse meegenomen. Nadat de analyse is afgerond zal uw Kamer geïnformeerd worden met welke sectoren het Kabinet in dialoog zal treden en of de retail daar onderdeel van is.

Uit diverse rapporten van de International Labour Organization (ILO)2 blijkt dat verschillende ontwikkelingslanden achterlopen in de implementatie van internationale standaarden waar het gaat om arbeidsomstandigheden. Voor supermarkten als inkopers van producten uit de voedsel en tuinbouwsector voor de Nederlandse markt is het van belang transparant te zijn over hun inzet om risico’s te verkleinen. Supermarkten hebben als inkopers in het kader van maatschappelijk verantwoord ondernemen een verantwoordelijkheid waar het gaat om de arbeidsomstandigheden bij de producenten. Onder leiding van het Initiatief Duurzame handel is een fruitconvenant tussen marktpartijen, waaronder supermarkten, gesloten. Het fruitconvenant heeft tot doel toename in het volume van duurzaam geproduceerde groente en fruit (inclusief de arbeidsrechten) uit Midden- en Zuid-Amerika, Afrika en Azië te realiseren. De convenantpartners willen dat op 1 januari 2015 minimaal 50% van de inkoop van groente en fruit uit Midden- en Zuid-Amerika, Afrika en Azië duurzaam is op het terrein van arbeid. De convenantpartners hebben zich gecommitteerd aan de inkoop van 100% duurzaam geproduceerd groente en fruit in 2020.

Vraag 5

Bent u bereid om in overleg te treden met de in Nederland actieve supermarkten over de resultaten van de test van de Consumentenbond en de supermarkten daarbij aan te sporen tot verbetering?

Antwoord 5

De Staatssecretaris van Economische Zaken voert reeds overleg met supermarkten over dierenwelzijn, verminderen voedselverspilling en voedselveiligheid. Zij zal ook het onderzoek van de Consumentenbond bij de supermarkten agenderen.

Vraag 6

Op welke manier geeft u uitvoering aan de motie Voordewind (Kamerstuk 32 500 V, nr. 48), die verzoekt tot het sluiten van een convenant dat zich richt op verduurzaming van de huismerkprodukten van supermarkten in 2015?

Antwoord 6

Per brief van 25 november 2011 (Kamerstuk 32 500 V, nr. 122) is uw Kamer geïnformeerd over de verschillende initiatieven van bedrijven actief in de voedselketen gericht op het verduurzamen van de handelsketens. Een convenant specifiek gericht op huismerken voegt daar te weinig aan toe. In plaats daarvan richt dit Kabinet zich op ketenverduurzaming, waar zowel huismerken als niet-huismerken onderdeel van zijn. Zo is er het convenant specifiek gericht op de verduurzaming van import groente en fruit. Nagenoeg alle supermarkten en grote inkooppartijen hebben dit convenant mede ondertekend. De Nederlandse overheid ondersteunt de realisatie van dit convenant via het Initiatief Duurzame Handel (IDH). Soortgelijke afspraken zijn gemaakt voor andere productcategorieën en grondstoffen waar veel MVO-issues spelen, te weten: kweekvis, soja, palmolie, bloemen, koffie en cacao.

Vraag 7

Bent u bereid om, aanvullend op het onderzoek van de Consumentenbond, op korte termijn een uitgebreidere monitor bij supermarkten over internationale arbeidsrechten en eerlijke lonen aan de Kamer te doen toekomen, in lijn met de motie Voordewind (Kamerstuk 32 500 V, nr. 48)?

Antwoord 7

Rapportage over verduurzaming en maatschappelijk verantwoord ondernemen vind ik een primaire verantwoordelijkheid van de bedrijven zelf. Wel vallen de supermarkten net als alle andere economische sectoren onder de sectorrisicoanalyse. Indien uit deze sectorrisicoanalyse blijkt dat de supermarkten een hoog risicoprofiel hebben, dan wordt in de vervolganalyse gekeken welke van de risico’s op het vlak van mens en milieu mogelijk nog onvoldoende aandacht krijgen vanuit het bedrijfsleven. In dat geval zal ik uw Kamer daarover informeren.

Vraag 8

Bent u bereid deze monitor ook beschikbaar te stellen aan consumenten, aangezien een aantal supermarkten slecht scoort op het gebied van transparantie? Zo nee, op welke manier zijn consumenten in staat om een verantwoorde keuze te maken, aangezien enkele supermarkten geen of beperkte informatie geven over de herkomst van producten en over het voldoen aan de internationale arbeids- en mensenrechten?

Antwoord 8

Consumenten die een verantwoorde keuze willen maken, kunnen nu reeds in verschillende supermarkten een keuze maken voor fairtrade producten en producten met andersoortige keurmerken.


X Noot
1

Consumentengids februari 2014, «Ons eten, onze zorg», p. 50

X Noot
2

Report of the ILO for the Fourth UN Conference on the Least Developed Countries, 2011, Growth, Employment and Decent Work in the Least Developed Countries http://www.ilo.org/wcmsp5/groups/public/---dgreports/---dcomm/---publ/documents/publication/wcms_153868.pdf , pagina’s 96 en 97

Naar boven