Vragen van het lid Ouwehand (PvdD) aan de staatssecretaris van Economische Zaken over het plankgasplannetje op de A2 (ingezonden 12 september 2013).

Antwoord van staatssecretaris Dijksma (Economische Zaken) (ontvangen 7 oktober 2013)

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van de antwoorden die de minister van Infrastructuur en Milieu (I&M) heeft gegeven eerdere schriftelijke vragen over snelheidsverhoging op de A2?1 Zijn de antwoorden op deze vragen met u afgestemd? Zo ja, waarom was u geen mede-ondertekenaar van de brief? Zo nee, vond u het verstandig van uw collega-bewindspersoon om afstemming achterwege te laten?

Antwoord 1

Ja, de beantwoording geschiedde namens het kabinet.

Vraag 2

Deelt u de inschatting van de minister van I&M dat de maximumsnelheid op vrijwel de gehele A2 omhoog kan naar 130 km per uur, op sommige delen volgend jaar al? Zo ja, waar baseert u dat op en kunt u uiteenzetten welke gevolgen dat heeft voor de milieuruimte voor de agrarische en andere sectoren?

Antwoord 2

Zoals ik in het Algemeen Overleg Natura 2000 heb aangegeven, blijkt uit voorlopige berekeningen van het rekeninstrument AERIUS dat dit voor veel trajecten, voor wat betreft stikstof, wel het geval kan zijn en vermoedelijk niet ten koste zal gaan van ontwikkelruimte voor andere sectoren. Naast stikstof zijn ook de kwaliteit van de lucht en de geluidsproductie variabelen waar rekening mee gehouden moet worden bij snelheidsverhogingen. Hiervoor is het Ministerie van Infrastructuur en Milieu verantwoordelijk.

Vraag 3

Kunt u garanderen dat uw Programmatische Aanpak Stikstof de stikstofreductie zal bewerkstelligen die de minister van I&M nu alvast claimt door beloftes te doen over snelheidsverhogingen op de A2? Zo ja, welke onderbouwing heeft u daarvoor en welke economische ontwikkelingen bent u bereid op te geven voor dit plankgasplannetje? Zo nee, bent u bereid de minister van I&M te laten weten dat zij ten onrechte op de zaken vooruit is gelopen?

Antwoord 3

De Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) is gebaseerd op stikstofreductie in combinatie met herstelmaatregelen in de natuur. Bij de vaststelling van het conceptprogramma PAS zal dit worden onderbouwd met de berekeningen op basis van het rekeninstrument AERIUS. Dan wordt duidelijk aan welke economische activiteiten de PAS ruimte zal bieden. Het conceptprogramma PAS zal ter inzage worden gelegd.

Vraag 4

Op welke termijn denkt u dat de natuur en het milieu in Nederland zich voldoende hebben hersteld, zodat aan de voorwaarden2 van de minister van I&M wordt voldaan?

Antwoord 4

Zie antwoord op vraag 3. Met de PAS wordt zorg gedragen dat economische ontwikkelingen hand in hand kunnen gaan met verbetering van de natuurcondities.

Vraag 5

Vindt u het chique om mensen voor te spiegelen dat de maximumsnelheid op bepaalde wegen of wegdelen zal worden verhoogd, terwijl nog allerminst zeker is of dat wel daadwerkelijk gaat gebeuren? Zo nee, bent u bereid de minister van I&M te vragen om het ontstane beeld te corrigeren?

Antwoord 5

Zie antwoord op vragen 2, 3 en 4.


X Noot
1

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2012–2013, nr. 3195

X Noot
2

Het is mijn voornemen om de snelheid pas te verhogen wanneer door autonome ontwikkelingen voldaan wordt aan de randvoorwaarden voor milieu en natuur zodat grote investeringen in mitigerende maatregelen achterwege kunnen blijven. (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2012–2013, nr. 3195)

Naar boven