Vragen van de leden Van Klaveren en Wilders (PVV) aan de Ministers van Veiligheid en Justitie en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de aanhoudende Marokkaanse straatterreur in Helmond (ingezonden 25 februari 2014).

Antwoord van Minister Opstelten (Veiligheid en Justitie), mede namens de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (ontvangen 14 maart 2014).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Jongerenterreur in Aldi en Molenstraat Helmond»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Deelt u de mening dat het feit dat Helmondse ondernemers en winkelend publiek geconfronteerd worden met geweld, handel in harddrugs, intimidatie, bedreiging en diefstal keihard moet worden bestreden? Zo ja, hoe en wanneer toont dit kabinet eens spierballen in plaats van de falende pamper-aanpak voort te zetten?

Antwoord 2

Ja. Van de lokale autoriteiten heb ik vernomen dat het toezicht door politie en stadswachten in de binnenstad van Helmond fors is geïntensiveerd. Agenten surveilleren nadrukkelijk en hanteren bij de betreffende overlastgevende jongeren een «zero tolerance»-beleid met betrekking tot strafbare feiten. Bij alle geconstateerde strafbare feiten wordt repressief opgetreden.

Ik verwijs verder naar mijn antwoord op vraag 3 en 4.

Vraag 3 en 4

Kunt u aangeven waarom het wederom vrijwel allemaal Marokkaans tuig betreft?

Hoe duidt u het gegeven dat 65% van de Marokkaanse jongens tot 23 jaar in aanraking komt met politie, dat Marokkanen tot acht keer vaker verdachte zijn van gewelddelicten en dat deze groep tot 22 keer vaker verdachte is van vermogensdelicten met geweld (onder andere straatroven en overvallen)?

Antwoord 3 en 4

Het aandeel verdachten onder Marokkaans-Nederlandse jongens tot 23 jaar is inderdaad veel hoger dan het aandeel verdachten onder autochtone jongeren. Om overlast en criminaliteit op straat aan te pakken, zet het Kabinet stevig in op het terugdringen van grensoverschrijdend gedrag van risicojongeren, zowel individueel als in groepsverband. In deze aanpak wordt geen onderscheid naar etniciteit gemaakt.

Vraag 5

Wanneer pakt u deze problematiek eens structureel aan door de straffen fors te verhogen en criminele vreemdelingen en criminelen met een dubbele nationaliteit op te pakken, vast te zetten en (in geval van een dubbele nationaliteit, na denaturalisatie) uit te zetten?

Antwoord 5

Jongeren die overlast veroorzaken, moeten worden aangepakt. Als daarbij bovendien sprake is van strafbare feiten dan is het aan het OM om te beoordelen welke straf passend is, gelet op het delict, de persoon van de dader(s) en het aangedane leed. De intrekking van de Nederlandse nationaliteit wegens een veroordeling voor commune misdrijven is niet mogelijk.

Naar boven