Vragen van het lid Omtzigt (CDA) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de mogelijke
rol van Turkije bij kidnapping van bisschoppen in Syrië (ingezonden 14 februari 2014).
Antwoord van Minister Timmermans (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 19 maart 2014).
Vraag 1
Herinnert u zich uw antwoorden op eedere schriftelijke vragen van de leden Voordewind,
Bonis, Omtzigt, Ten Broeke, Sjoerdsma, Van Bommel, Van der Staaij en Van Ojik1, waarin u grote zorgen over het lot van twee in Syrië ontvoerde bisschoppen uitsprak
en aangaf dat Nederland samen met een aantal andere EU-lidstaten actief betrokken
is bij pogingen de bisschoppen vrij te krijgen?
Vraag 2
Heeft u kennisgenomen van de berichtgeving over de mogelijke rol van Turkije bij de
ontvoering van deze bisschoppen?2 Hoe beoordeelt u de bewering dat een groep jihadisten uit de Kaukasus, onder leiding
van «Abu Banat», verantwoordelijk zou zijn geweest voor de ontvoering van en moord
op de bisschoppen?
Antwoord 1 en 2
Ja. Het kabinet heeft geen eigenstandige informatie die de genoemde bewering bevestigt.
Vraag 3, 4, 5, 6 en 7
Hoe beoordeelt u de bewering dat de Turkse autoriteiten gesteld hebben dat de Abu
Banat groep het land uitgezet zou zijn, terwijl ze in werkelijkheid in politiebewaring
zouden verkeren in Istanbul, na gearresteerd te zijn op verdenking van overtreding
van de wapenwetgeving, alsmede het voorbereiden van terroristische aanslagen?
Kunt u bevestigen dat de Abu Banat groep sinds de zomer 2013 in de Maltepe gevangenis
in Istanbul zit en dat de Turkse autoriteiten dus gelogen hebben?
Hoe beoordeelt u het in de openbaarheid gebrachte politieonderzoek naar de Abu Banat
groep, waaruit onder meer zou blijken dat Abu Banat verantwoordelijk is voor gruwelijke
onthoofdingen, en dat de politie geen vragen heeft gesteld over de ontvoering van
de bisschoppen?
Hoe beoordeelt u hetgeen gesteld wordt over openbaar gemaakte geheime documenten,
waaruit zou blijken dat de Turkse geheime dienst MIT in detail beschrijft hoe de bisschoppen
ontvoerd zijn, verplaatst zijn tussen verschillende locaties, om in het dorp Mashad
Ruhin te eindigen en dat de Turkse geheime dienst de Abu Banat groep goed kon volgen,
omdat het de groep Turkse walkie-talkies gegeven had, waarvan de frequentie gecheckt
kon worden?
Klopt het dat de Turkse justitie tot dusver heeft afgezien van vervolging van de Abu
Banat groep, omdat het een «binnenlandse Syrische aangelegenheid» zou zijn, en omdat
Turkije geen schade berokkend zou zijn?
Antwoord 3, 4, 5, 6 en 7
De Turkse autoriteiten hebben desgevraagd bevestigd dat Abu Banat en leden van zijn
groep zijn gedetineerd in de Maltepe gevangenis in Istanbul op verdenking van terroristische
activiteiten en lidmaatschap van Al Qaida. Zij geven tevens aan dat het recht zijn
beloop moet krijgen. De Turkse autoriteiten ontkennen verder dat Turkse instellingen
relaties onderhouden met of betrokken zijn bij de Abu Banat groep.
Vraag 8
Klopt het dat de Syrische Orthodoxe kerk tot dusver geen commentaar heeft willen geven
op de onthullingen in deze schokkende zaak? Zo ja, deelt u de bewering dat dit ingegeven
is door angst voor de Turkse autoriteiten?
Antwoord 8
Voor zover bekend heeft de Syrisch Orthodoxe kerk tot nu toe geen commentaar gegeven.
Het is het Kabinet niet bekend om welke reden zij tot nu toe geen commentaar zou hebben
gegeven.
Vraag 9
Bent u bereid opheldering te eisen bij Turkije naar aanleiding van de zorgelijke berichtgeving
over de ontvoering van de bisschoppen en de mogelijke betrokkenheid van Turkije daarbij?
Antwoord 9
Zie antwoord op vragen 3 t/m 7.
Vraag 10
Deelt u de mening dat Turkije de jurisdictie en de plicht heeft om terroristen die
barbaarse mensenrechtenschendingen in Syrië hebben begaan, te vervolgen als ze zich
op Turks grondgebied bevinden?
Antwoord 10
Turkije is partij bij diverse verdragen tegen terrorisme. Op grond daarvan heeft het
de plicht om verdachten van terrorisme die zich op zijn grondgebied bevinden hetzij
te berechten, hetzij voor berechting uit te leveren. In dit verband wijst het Kabinet
er op dat tijdens de bilaterale consultaties op 14 februari 2014 is overeengekomen
dat Turkije en Nederland nauwer gaan samenwerken bij de bestrijding van terrorisme.
Zie verder ook de antwoord op vragen 3, 4, 5, 6 en 7.
X Noot
1Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2012–2013, nr. 2304