Vragen van het lid Van Klaveren (PVV) aan de Ministers van Veiligheid en Justitie en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over opgepakte jihadisten in Turkije (ingezonden 3 december 2013).

Antwoord van Minister Opstelten (Veiligheid en Justitie), mede namens de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (ontvangen 28 januari 2014). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2013–2014, nr. 876.

Vraag 1

Bent u bekend met het artikel «Turkije pakte al 1.100 Europese jihadisten op»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2 en 3

Kunt u aangeven hoeveel jihadisten die (ook) de Nederlandse nationaliteit hebben, in Turkije zijn opgepakt?

Wat is er met de naar Nederland teruggestuurde jihadisten gebeurd?

Antwoord 2 en 3

Er is bij het Openbaar Ministerie en de Landelijke Eenheid van de politie geen informatie beschikbaar over in Turkije opgepakte jihadisten die (ook) de Nederlandse nationaliteit hebben en naar Nederland zijn teruggestuurd.

Ingeval sprake is van officiële aanhoudingen en uitzettingen door de Turkse autoriteiten, dienen de Nederlandse autoriteiten – op verzoek en met instemming van betrokkene – hiervan op de hoogte te worden gesteld zodat consulaire bijstand kan worden verleend. De Turkse autoriteiten hebben echter geen melding gemaakt van eventueel opgepakte jihadstrijders die naar Nederland terug zijn gestuurd. Het kabinet streeft in dit kader naar een verdere versterking van de samenwerking met Turkije bij het tegenhouden van jihadistische strijders.

Het is mogelijk dat personen op doorreis naar Syrië door de Turkse autoriteiten staande zijn gehouden en verzocht zijn (als reguliere reizigers) naar Nederland terug te keren. Mocht de AIVD over informatie of aanwijzingen beschikken dat dit geval is, dan wordt deze informatie vanzelfsprekend betrokken bij het inlichtingenonderzoek naar jihadgang naar en terugkeer uit Syrië. Ik verwijs in dit kader ook naar mijn antwoord op vraag 5.

Over eventuele informatie verstrekt door de Turkse inlichtingen-en veiligheidsdiensten aan de AIVD doe ik in het openbaar geen verdere mededelingen.

Vraag 4

Kunt u de Kamer periodiek op de hoogte houden van het aantal aangehouden jihadisten (in binnen- en buitenland) met (ook) de Nederlandse nationaliteit en het aantal veroordeelde jihadisten in Nederland?

Antwoord 4

Elke drie maanden ontvangt uw Kamer reeds een samenvatting van het Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland, opgesteld door de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV). Met deze samenvatting informeer ik uw Kamer ook over (de dreiging en aanpak van) gewelddadig jihadisme en jihadisten. Ik doe in het openbaar geen verdere mededelingen over concrete gevallen.

Vraag 5

Wanneer wordt er in Nederland gestopt met het pamperen van teruggekeerde islamitische terroristen met banen, huizen en opleidingen en wordt er nu eindelijk ingezet op keiharde repressie en waar mogelijk uitzetting van deze groep?

Antwoord 5

Van elke naar Nederland teruggekeerde jihadstrijder maakt de AIVD een dreigingsinschatting. Ook bekijkt het OM of strafrechtelijk optreden noodzakelijk en mogelijk is. Parallel hieraan zet de burgemeester in de lokale driehoek een specifieke aanpak in op een persoon die een mogelijk risico vormt. In elk individueel geval wordt de beste aanpak vormgegeven met als doel de mogelijke dreiging die van deze personen uitgaat te verminderen.

Deelname aan de jihadistische strijd of training in het buitenland is strafbaar op grond van artikel 134a Wetboek van Strafrecht. Het Openbaar Ministerie (OM) kijkt per geval of tot vervolging wordt overgegaan. Daarbij betrekt het OM de bij de Landelijke Eenheid en de inlichtingen- en veiligheidsdiensten beschikbare informatie.

Naar boven