Vragen van de leden Knops en Omtzigt (beiden CDA) aan de minister van Buitenlandse Zaken over de ontvoering van de Nederlandse fotojournalist Jeroen Oerlemans (ingezonden 15 oktober 2012).

Antwoord minister Timmermans (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 17 december 2012)

Vraag 1

Kent u het bericht over de arrestatie van twee Britse burgers in verband met mogelijke betrokkenheid bij de ontvoering van de Nederlandse fotojournalist Jeroen Oerlemans?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Is er contact geweest tussen de Nederlandse en de Britse overheden over deze arrestatie en eventuele vervolgstappen die hieruit voort kunnen vloeien?

Antwoord 2

De dienst Nationale Recherche heeft na de ontvoering de aangifte en een verklaring van de heer Oerlemans opgenomen en verder onderzoek verricht. Bij de ontvoering was ook een Brits slachtoffer betrokken. De Britse politie is daarom ook een opsporingsonderzoek gestart. In verband hiermee is er contact geweest tussen de Nederlandse en de Britse opsporingsdiensten, waarbij informatie is uitgewisseld en afstemming heeft plaatsgevonden over de te nemen vervolgstappen. In onderling overleg is besloten om de resultaten van het Nederlandse onderzoek ter beschikking te stellen aan de Engelse autoriteiten en de resultaten van het Britse onderzoek af te wachten omdat dit meer aanknopingspunten biedt. De heer Oerlemans is hiervan op de hoogte gesteld.

Vraag 3

Wat kunt u zeggen over de betrokkenheid van het gearresteerde tweetal bij de ontvoering van Oerlemans?

Antwoord 3

Aangezien de aanhoudingen hebben plaatsgevonden op verzoek van de Britse autoriteiten en het onderzoek aldaar nog loopt kan ik hierover geen mededelingen doen.

Vraag 4

Is er inmiddels meer duidelijkheid over de betrokkenheid van de Turkse geheime dienst bij de vrijlating?2 Was er een verzoek tot geheimhouding tot de volgende dag, 27 juli, 12:00 van de Turkse geheime dienst? Zo ja, waarom had dit verzoek de Nederlandse overheid niet bereikt? Zo ja, waarom sprak u dan toch op 26 juli in Nieuwsuur over de vrijlating van Oerlemans?

Antwoord 4

Neen. Een dergelijk verzoek heeft de Nederlandse overheid niet ontvangen.

Vraag 5

Is er voor het interview in Nieuwsuur contact geweest tussen Oerlemans en de Nederlandse overheid, zodat de vrijlating met zekerheid kon worden vastgesteld? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welk moment? Wat was de inhoud van dit contact?

Antwoord 5

Op het moment van de Nieuwsuur-uitzending was betrokkene op Turks grondgebied en niet meer in handen van de gijzelhouders. De uitspraak over zijn vrijlating is gedaan op basis van de op dat moment beschikbare openbare en vertrouwelijke bronnen van onder meer de Nederlandse ambassade in Ankara, alsmede nationale en internationale contacten.

Vraag 6

Heeft er inmiddels een evaluatie plaatsgevonden naar aanleiding van de gebeurtenissen rond de vrijlating van Oerlemans? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat waren de belangrijkste lessen en tot welke wijziging van beleid leiden deze?

Antwoord 6

Er zijn meerdere momenten na de ontvoeringszaak geweest waarop de gang van zaken in deze ontvoeringszaak is besproken. Dit heeft niet geleid tot wijziging in het beleid.

Naar boven