Vragen van het lid Pechtold (D66) aan de minister-president en de minister van Buitenlandse Zaken over hun werkbezoek aan de Amerikaanse president Obama (ingezonden 28 november 2011).

Antwoord van minister Rosenthal (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 26 september 2012).

Vraag 1

Welke mogelijkheden ziet u om tijdens uw werkbezoek aan de Verenigde Staten de Amerikaanse regering aan te sporen om de erkenning van het Internationaal Strafhof te bevorderen?

Antwoord 1

Tijdens dit bezoek is er geen geschikte mogelijkheid om ratificatie van het Statuut van Rome door het Amerikaanse Congres te bevorderen.

Vraag 2

Bent u bereid deze gelegenheden te benutten? Zo ja, welke? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 2

Het Nederlandse standpunt dat ratificatie door de Verenigde Staten van het Statuut van Rome wenselijk is, is voldoende bekend bij de Amerikaanse Administratie.

Vraag 3

Vindt u het feit dat het Amerikaanse Congres niet bereid is ondertekende afspraken te ratificeren, genoeg aanleiding om het thema helemaal niet te bespreken? Zo ja, waarom?

Antwoord 3

Aangezien het Amerikaanse Congres niet bereid is het eerder door president Clinton ondertekende Statuut te ratificeren, is bespreking van het onderwerp met president Obama niet opportuun.

Vraag 4

Deelt u de mening dat het agenderen van erkenning van het Hof voor de Amerikanen nogmaals het belang dat Nederland hieraan hecht zou onderstrepen? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 4

In het licht van bovenstaande heeft het opnieuw opbrengen van Amerikaanse ratificatie door het Congres van het Statuut van Rome bij de Administratie onvoldoende toegevoegde waarde.

Vraag 5

Bent u bereid deze vragen te beantwoorden voordat uw werkbezoek aan de Verenigde Staten aanvangt?

Antwoord 5

Ja.

Naar boven