Vragen van de leden Van Dekken en Timmermans (beiden PvdA) aan de ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Buitenlandse Zaken over het slopen van sloppenwijken voor de Olympische Spelen in Rio de Janeiro (ingezonden 23 augustus 2012).

Antwoord van minister Schippers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport), mede namens de minister van Buitenlandse Zaken (ontvangen 26 september 2012). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2011–2012, nr. 3450.

Vraag 1

Heeft u kennis genomen van het bericht «Sloppen willen niet wijken voor Spelen Rio»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Is het waar dat er zo’n 8000 mensen uit hun huis gezet zijn om plaats te maken voor bouwprojecten voor grote toernooien? Deelt u de mening dat de belangen en rechten van deze mensen niet voor het een groot sporttoernooi opzij gezet mogen worden? Bent u bereid deze kwestie in internationaal verband aan de orde te stellen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze?

Antwoord 2

De Braziliaanse autoriteiten melden dat in voorkomende gevallen mensen gevraagd kan worden te verhuizen voor grote infrastructurele projecten van grote sportevenementen, maar een exact aantal valt niet te achterhalen. Hen wordt woonruimte aangeboden. Er zijn afspraken gemaakt voor de bouw van meer dan tienduizend woningen in zes wijken en favelas van Rio de Janeiro. Ik zie daarom op dit moment geen aanleiding om deze kwestie in internationaal verband aan de orde te stellen.

Vraag 3

Herinnert u zich de motie Van Dekken/Dijkstra2 en de motie Timmermans/Pechtold3 waarin het kabinet wordt opgeroepen in Europees verband te komen tot een gedragscode voor Non-Gouvernementele Organisaties (NGO’s) in het algemeen en sportkoepels en sportbonden in het bijzonder? Wat is de stand van zaken met betrekking tot de uitvoering van deze motie? Deelt u de mening dat er niet alleen op het organiserend land, maar ook op de sportkoepels een verantwoordelijkheid en zorgplicht rust? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 3

Deze kwestie is aan de orde gesteld in diverse gremia in de EU. Zoals ik op

11 november 2011 aan de Kamer rapporteerde is een nieuwe expertgroep opgericht voor het uitwerken van dit vraagstuk. De groep zal eind 2012 een aantal aanbevelingen doen aan de lidstaten en de Europese Commissie. De aanbevelingen zullen uiterlijk eind 2012 in EU-verband besproken worden. Uw Kamer wordt daarna over de uitkomsten geïnformeerd.

Vraag 4

Wat gaat u doen om te voorkomen dat de sportkoepel FIFA, die miljarden op de bank heeft staan, forse winst maakte in Zuid-Afrika en daarna het straatarme land weer berooid achter liet, ook de arme bevolking in Brazilië in 2016 in de steek laat? Deelt u de mening dat er niet alleen een verantwoordelijkheid en zorgplicht rust op het organiserende land, maar dat er ook een verantwoordelijkheid ligt bij de sportkoepels als de FIFA en het IOC? Bent u bereid deze kwestie in internationaal verband aan de orde te stellen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze?

Antwoord 4

De financiële jaarverslagen van de FIFA zijn opgemaakt volgens de strengste internationale accountancy standaards en geven uitputtend inzicht in de geldstromen bij de FIFA. Opbrengsten vanuit de WK-eindronde worden onder meer gebruikt om het voetbal in grote delen van de wereld te ondersteunen. De meerderheid van de aangesloten bonden kan alleen met deze hulp functioneren. Daarnaast worden veel projecten gefinancierd in het werelddeel van de WK eindronde. Zo is een aantal projecten in de sociale sector gesteund, maar ook zijn er kunstgrasvelden aangelegd in Afrika. Daarnaast wil de FIFA een zodanige reserve hebben dat zij een mislukte inkomstencyclus kan overleven. Zowel FIFA als IOC dringt er bij elke organisator op aan een eindtoernooi vooral een langdurig positief effect te laten hebben. Het gaat te ver om de FIFA en IOC verantwoordelijk te maken voor de politieke keuzes die landen maken bij het realiseren van de infrastructuur, die nodig is voor een mega-sportevenement.

Naar boven