Vragen van de leden De Graaf, Klever, Graus, Bosma en Van Vliet (allen PVV) aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu over het bericht «Topsalaris staatsbedrijven nog ruim boven Balkenendenorm»? (ingezonden 27 november 2012).

Antwoord van minister Dijsselbloem (Financiën) (ontvangen 4 december 2012)

Vraag 1, 2, 3, 4 en 5

Bent u bekend met het bericht «Topsalaris staatsbedrijven nog ruim boven Balkenendenorm»?1

Klopt de inhoud van het bericht?

Deelt u de mening dat de Balkenendenorm voor de top van (semi-) overheidsinstellingen hoog genoeg is en dat de overschrijding daarvan teruggestort dient te worden door betrokkenen? Zo neen, waarom niet?

Zijn er bij de in het artikel genoemde bedrijven meer functionarissen die een salaris vangen dat boven de Balkenendenorm uitkomt?

Bent u bereid om aan te dringen op het terugstorten van het salarisdeel van betrokkenen, dat boven de Balkenendenorm uitkomt, over de afgelopen jaren? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 1, 2, 3, 4 en 5

De vragen één tot en met vijf worden hieronder tezamen beantwoord.

Ik ben bekend met het artikel. Echter, staatsdeelnemingen vallen niet onder de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector, omdat zij niet met publieke middelen worden bekostigd. De in deze wet genoemde maxima zijn dan ook niet van toepassing op de bij de deelnemingen werkzame bestuurders. Het huidige beloningsbeleid van staatsdeelnemingen is door mijn voorgangers getoetst aan een hiervoor opgesteld beoordelingskader, zoals in 2008 en 2009 met uw Kamer besproken_. Het uitgangspunt van dit kader is om bij het vaststellen van de hoogte van de totale maximale beloning zowel naar de (semi)publieke als de private sector te kijken. Dit omdat enerzijds de achterliggende overweging van het staatsaandeelhouderschap altijd het met de deelnemingen gemoeide publieke belang is, maar anderzijds staatsdeelnemingen tevens in een private, commerciële omgeving opereren.

Zoals aangekondigd in mijn aanbiedingsbrief aan uw Kamer over het jaarverslag staatsdeelnemingen zal ik dit beoordelingskader van mijn voorgangers versneld herijken, waarbij er tevens richtlijnen zullen worden gesteld voor de variabele beloning.

Vraag 6

Bent u bereid deze vragen te beantwoorden vóór het algemeen overleg over Connexxion en NS op 6 december 2012?

Antwoord 6

Ja.

Naar boven