Vragen van het lid De Roon (PVV) aan de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over Nederlands geld voor een onderzoek naar kinderarbeid in de hazelnootpluk in Turkije (ingezonden 7 november 2012).

Antwoord van minister Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) (ontvangen 4 december 2012).

Vraag 1

Is het u bekend, dat Turkije de snelst groeiende economie van Europa heeft1, dat het minimumloon in Turkije hoger is dan in negen lidstaten van de Europese Unie en dat Turkije nu al de 15e economie ter wereld is?2

Antwoord

Ja.

Vraag 2

Kent u de uitspraak van de minister-president, dat Nederland de 16e economie van de wereld is?3

Antwoord

Ja.

Vraag 3

Is het u bekend, dat premier Erdogan heeft aangekondigd dat de Turkse economie in tien jaar tijd zal verdrievoudigen en dan tot de tien grootste economieën ter wereld zal behoren?4

Antwoord

Ja.

Vraag 4 en 5

Onderschrijft u de gedachte, dat Turkije zelf volledig verantwoordelijk is voor het tegengaan van kinderarbeid in Turkije?

Kan Turkije volgens u niet zelf de kosten van het tegengaan van kinderarbeid betalen?

Antwoord

De Turkse overheid is primair verantwoordelijk voor het tegengaan van kinderarbeid in Turkije en dus primair aanspreekpunt voor beleid. De Turkse overheid heeft hiervoor middelen beschikbaar en een actieplan opgesteld om kinderarbeid tegen te gaan met daarin expliciet aandacht voor de agrarische ketens. Hierbij is samenwerking met alle stakeholders van belang om resultaten te behalen. Tot die stakeholders behoren ook de economieën die producten importeren die mogelijk met kinderarbeid tot stand zijn gekomen. Het project met de ILO in samenwerking met de Turkse overheid, dat de Nederlandse ambassade vanuit het Mensenrechtenfonds financiert, draagt bij aan het verder uitbannen van kinderarbeid en bevordert daarmee het draagvlak voor internationale handel.

Vraag 6

Deelt u de mening dat de € 90 000 die u schenkt voor een onderzoek naar kinderarbeid in Turkije5, beter besteed kan worden aan kinderen in Nederland die het moeilijk hebben? Zo neen, waarom niet?

Antwoord

Zoals aangegeven in het regeerakkoord bevordert de regering in bilaterale- en multilaterale samenwerking en contacten mensenrechten, duurzaamheid en goede arbeidsomstandigheden. Dit betreft ook de wereldwijde eerbiediging van fundamentele arbeidsnormen zoals het verbod op kinderarbeid. Dat is niet alleen een kwestie van opstaan tegen onrecht, maar levert ook een bijdrage aan een gelijk speelveld voor (Nederlandse) bedrijven.

Naar boven