Vragen van de leden Voordewind (ChristenUnie) en Van der Staaij (SGP) aan de minister van Buitenlandse Zaken over de verslechterde positie van moslims in Birma (ingezonden 12 november 2012).

Antwoord van minister Timmermans (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 27 november 2012).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het bericht «Moslims Birma vogelvrij»?1

Antwoord

Ja.

Vraag 2

Is het juist te stellen dat de Birmese overheid de gewelddadige escalatie tussen de boeddhistische meerderheid en de islamitische minderheid niet aankan? Deelt u de mening dat door het oplaaiend conflict de voorzichtige hervormingen van de Birmese regering, in ruil voor (financiële) westerse steun, grotendeels teniet worden gedaan?

Antwoord

De gebeurtenissen in de deelstaat Rakhine laten zien dat in Birma sprake is van etnische spanningen die soms leiden tot sektarisch geweld tussen gemeenschappen. Na de recente gewelddadigheden in Rakhine heeft de regering de militaire aanwezigheid aldaar versterkt en maatregelen genomen om verder geweld te voorkomen. Het geweld in Rakhine doet de ingezette hervormimgen niet teniet. Tegelijkertijd is duidelijk dat daadwerkelijke democratisering alleen mogelijk is indien de ethnische conflicten in Birma tot een oplossing worden gebracht.

Vraag 3

Hoe verhoudt de huidige verslechterde situatie in het land, waarbij soms hele islamitische dorpen met de grond gelijk worden gemaakt, zich tot uw uitspraken eerder dit jaar dat de banden met Birma aangehaald moeten worden?

Antwoord

Nu Birma door politieke en economische hervormingen langzaam uit het internationale isolement komt, is het van groot belang dat de internationale gemeenschap de positieve veranderingen in het land ondersteunt, zonder daarbij de vele uitdagingen uit het oog te verliezen. De situatie in de etnische gebieden stemmen in dat kader tot zorg. Voortzetting van de dialoog en samenwerking tussen de internationale gemeenschap enerzijds en de autoriteiten en non-gouvernementele organisaties in Birma anderzijds, kunnen naar mijn overtuiging de oplossing van de problemen in dat land eerder naderbij brengen dan terugkeer naar een politiek van afzijdigheid.

Vraag 4

In hoeverre bent u van mening dat Birma steun nodig heeft, bijvoorbeeld in VN-verband, om de orde en veiligheid te herstellen en de islamitische minderheid effectief te beschermen? Bent u bereid u hiervoor in internationaal verband sterk voor te maken? Zo nee, waarom niet?

Antwoord

De internationale gemeenschap dringt er bij de Birmese autoriteiten op aan de orde en veiligheid in Rakhine op vreedzame wijze te herstellen en de islamitische minderheid effectief te beschermen. Ook Nederland maakt zich hiervoor sterk, in multilateraal verband bijv. door ondersteuning van de mensenrechtenresolutie van de AVVN, en langs bilaterale weg bijv. tijdens een gesprek van de Nederlandse delegatie met de Birmese minister van Buitenlandse Zaken en marge van de ASEM-top in Vientiane (5–6 november jl.). Het is tevens van cruciaal belang dat internationale hulporganisaties toegang krijgen tot mensen die op de vlucht zijn geslagen voor het recente geweld. Via het VN Central Emergency Response Fund (CERF) wordt noodhulp verleend aan vluchtelingen. Nederland is een van de grootste donoren van het CERF.


X Noot
1

30 oktober 2012, http://www.nd.nl

Naar boven