Vragen van het lid Voortman (GroenLinks) aan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie en de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de gezondheidszorg in penitentiaire inrichting Nieuwegein (ingezonden 10 augustus 2012).

Antwoord van staatssecretaris Teeven (Veiligheid en Justitie), mede namens de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (ontvangen 24 september 2012) Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2011–2012, nr. 3373

Vraag 1

Kent u de reportage van RTV Utrecht waarin aandacht wordt besteed aan de ernstige misstanden bij de medische dienst van Penitentiaire Inrichting (PI) Nieuwegein?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Wat vindt u ervan dat niet alleen de betrokken ex-gedetineerde P. zelf, maar ook zijn voormalig behandelend arts van oordeel zijn dat P.  tijdens zijn detentie niet of niet adequaat medisch is verzorgd, met verzwakking en mogelijke resistentie als gevolg? Klopt het dat de rechter hierin aanleiding heeft gezien om zijn detentie hiervoor te schorsen?

Antwoord 2

Tijdens de detentie is de door de behandelend arts van betrokkene voorgeschreven behandeling voortgezet door de medische dienst van de penitentiaire inrichting (PI) Nieuwegein. Over de behandeling van betrokkene is vervolgens veelvuldig overleg gepleegd tussen de medische dienst en de behandelend arts. De behandelend arts heeft geen signaal aan de PI afgegeven dat betrokkene tijdens zijn detentie niet adequaat medisch is verzorgd. De rechter heeft op 18 april 2012 de voorlopige hechtenis voor een maand geschorst om de betrokkene in de gelegenheid te stellen een geëigende behandeling te ondergaan tegen zijn chronische ziekten. De (motivering bij) deze beslissing bevat geen oordeel over beweerdelijk niet of niet adequate medische verzorging in de PI.

Betrokkene heeft over zijn behandeling een klacht bij de medisch adviseur van het Ministerie V&J ingediend. Deze heeft de klachten van de gedetineerde beoordeeld en geconcludeerd dat er geen sprake van medisch onverantwoord handelen was. Betrokkene heeft zijn klachten in beroep voorgelegd aan de Raad voor de Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (RSJ). De RSJ is in zijn uitspraak van 10 augustus 2012 van mening dat de medische dienst van de PI Nieuwegein op geen van de vier door betrokkene aangedragen gronden onzorgvuldig danwel verwijtbaar heeft gehandeld, en verklaart het beroep derhalve ongegrond. Voor een uitgebreidere versie van deze uitspraak verwijs ik naar de website van de RSJ (http://asp-c1.ithos.nl/indexDB.html, zaakskenmerk 12/1329/GM).

Vraag 3 en 4

Voldoet de medische zorg in PI Nieuwegein aan uw criteria voor verantwoorde medische zorg in detentie? Bent u bereid om de Inspectie Veiligheid en Justitie, de Nationale Ombudsman en de Inspectie voor de Gezondheidszorg te vragen een onderzoek in te stellen naar de kwaliteit van de medische zorg in deze inrichting en in hoeverre eerdere aanbevelingen van de Inspectie voor de Sanctietoepassing zijn opgevolgd? Zo nee, waarom niet?

Bent u, met het oog op de tientallen verklaringen van gedetineerden over de medische zorg in PI Nieuwegein, bereid om acute noodvoorzieningen te treffen om te kunnen voldoen aan de normen voor verantwoorde medische zorg? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 3 en 4

In juni 2009 heeft de Inspectie voor de gezondheidszorg (IGZ) een rapport uitgebracht over de medische zorg in penitentiaire inrichtingen: «Achter tralies nu veiliger zorg, maar verbetering nog nodig». Dit rapport is opgesteld naar aanleiding van toezichtrondes bij 16 medische diensten in het gevangeniswezen, waaronder de medische dienst van PI Nieuwegein. In dit rapport spreekt de IGZ zich overwegend positief uit over de bereikte resultaten van het verbetertraject en de inzet van artsen en verpleegkundigen. Wel geeft de IGZ in dit rapport aan dat er nog verbetering mogelijk is en zij formuleert hiertoe een aantal aanbevelingen voor onder andere de PI’s, het ministerie van V&J en DJI. De toenmalige minister van Justitie heeft de Tweede Kamer in juli 2009 over zijn beleidsreactie geïnformeerd2.

In januari 2011 heeft de IGZ in een follow-up ronde – waarbij acht medische diensten van penitentiaire inrichtingen zijn bezocht – gekeken in hoeverre de aanbevelingen ter hand waren genomen en of er verbetering zichtbaar was. Tijdens die ronde is ook de PI Nieuwegein bezocht. De algemene conclusie van deze toezichtbezoeken van de IGZ is dat er sprake is van verbetering en dat de medische zorg in de bezochte penitentiaire inrichtingen voldoet aan de normen van verantwoorde zorg. Ten aanzien van de PI Nieuwegein concludeert de IGZ dat «de medische zorg voldoende goed is toegerust om tijdige en efficiënte zorg aan gedetineerden te kunnen bieden».

In 2012 zijn tot nu toe zes klachten over de medische zorg in PI Nieuwegein ingediend bij de medisch adviseur van het Ministerie V&J. Deze klachten zijn door een onafhankelijke commissie beoordeeld en zijn allemaal ongegrond verklaard.

Gelet op het voorgaande, en mijn antwoord op vraag 2, acht ik nader onderzoek en het treffen van noodvoorzieningen niet noodzakelijk.


X Noot
1

RTV Utrecht 9 augustus 2012

X Noot
2

TK 2008–2009, 24 587, nr. 355.

Naar boven