Vragen van het lid Marcouch (PvdA) aan de minister van Veiligheid en Justitie over het bericht dat allochtone verdachten met een psychiatrische stoornis vaker gedwongen worden opgenomen dan vergelijkbare autochtone verdachten (ingezonden 25 oktober 2012).

Mededeling van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 14 november 2012)

Vraag 1

Kent u het bericht «Allochtoon veel sneller opgenomen»?1

Vraag 2

Heeft het Nederlands Instituut voor Forensische psychiatrie en psychologie (NIFP) recent onderzoek gedaan naar de wijze waarop forensische psychiaters oordelen over allochtone dan wel autochtone verdachten en de verschillen daartussen? Zo ja, kunt u dat onderzoek, voorzien van uw reactie, aan de Tweede Kamer doen toekomen? Zo nee, waarop zijn de in het berichte genoemde bevindingen dan wel gebaseerd?

Vraag 3

Is het waar dat allochtone verdachten vaker toerekeningsvatbaar worden geacht dan autochtone verdachten? Zo ja, wat is hier van de oorzaak? Zo nee, wat is er niet waar?

Vraag 4

Is het waar dat allochtone verdachten met een psychiatrische stoornis tot wel vier keer vaker gedwongen opgenomen [worden] dan vergelijkbare autochtone verdachten? Zo ja, wat is hiervan de oorzaak? Zo nee, wat is er niet waar?

Vraag 5

Welke gevolgen voor de behandeling of strafmaat heeft het verschil tussen beoordeling van allochtone en autochtone verdachten?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Marcouch (PvdA) van uw Kamer aan de Minister van Veiligheid en Justitie over het bericht dat allochtone verdachten met een psychiatrische stoornis vaker gedwongen worden opgenomen dan vergelijkbare autochtone verdachten (ingezonden 25 oktober 2012) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.

Naar boven