Vragen van de leden Marcouch en Hilkens (beiden PvdA) aan de minister van Veiligheid en Justitie over agressie tegen medewerkers van de NS door drugsrunners op Rotterdam CS (ingezonden 8 oktober 2012).

Antwoord van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 30 oktober 2012).

Vraag 1

Kent u de brief van FNV Bondgenoten aan het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam met als onderwerp «Rotterdam Centraal»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2, 3, 4

Bent u op de hoogte van de agressie en het geweld tegen personeel van de Nederlandse Spoorwegen door drugsrunners op Rotterdam Centraal? Zo ja, wat is de aard en de omvang daarvan? Zo nee, waarom niet en wilt u zich op de hoogte stellen?

Wat gaat u doen om deze agressie en dit geweld te doen stoppen? Welke concrete middelen uit de aanpak van geweld tegen publieke dienstverleners worden gebruikt?

Is het waar dat Rotterdam en vooral Rotterdam Centraal de laatste jaren geen last hadden van drugsrunners en sinds kort weer wel? Zo ja, hoe komt dat? Zo nee, wat is er dan niet waar?

Antwoord 2, 3, 4

Uit informatie van het korps Rotterdam-Rijnmond blijkt dat ten aanzien van het in de media genoemde incident geen aanwijzingen bestaan dat de persoon die in gevecht raakte met de NS-medewerkers een drugsrunner was. Het ging om een dronken jongen.

Op station Rotterdam CS is een klein aantal drugsrunners actief. Die personen zijn bekend bij de leden van het lokale toezichtmodel, waarin ook de NS is vertegenwoordigd, en worden aangepakt. Deze personen zijn opgenomen in de recent opgestarte drugsrunneraanpak van de Rotterdamse deelgemeente Centrum.

Vraag 5

Deelt u de analyse dat er verband is tussen enerzijds de invoering van de wietpas in de grensstreek en anderzijds de terugkeer van drugsrunners op Rotterdam Centraal? Zo ja, was daar met de invoering van de wietpas rekening mee gehouden en op welke wijze hebt u hierop geanticipeerd? Zo nee, gaat u dit nu wel meenemen in uw evaluatie van de wietpas?

Antwoord 5

Nee.

Vraag 6

Kent u signalen uit andere steden en vooral treinstations van overlast van drugscriminelen? Zo ja, welke signalen zijn dit en is er verband tussen de datum van invoering van de wietpas in de grensstreek en de terugkeer van die overlast?

Antwoord 6

Nee.

Vraag 7

Deelt u de mening van FNV Bondgenoten dat er een volwaardige politiepost op Rotterdam Centraal aanwezig moet zijn om de genoemde overlast adequaat en snel aan te kunnen pakken? Zo ja, bestaat er ruimte hiervoor binnen de toekomstige nationale politie? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 7

Er is een politiepost van de Dienst Spoorwegpolitie van het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD) bij station Rotterdam CS. Deze is gedurende de verbouwing van het station verplaatst naar de overzijde van het station. Het KLPD heeft mij meegedeeld dat het de bedoeling is dat de politiepost na de verbouwing van het station weer terugkomt in het station.

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid De Graaf (PVV), ingezonden 5 oktober 2012 (vraagnummer 2012Z16851).


X Noot
1

brief van FNV Bondgenoten aan het college van B&W van Rotterdam met als onderwerp «Rotterdam Centraal»

Naar boven